Uit 1990
'Verdachte ten onrechte in beeld voor cold case verkrachting'
Door Wesley Meijer··Aangepast: 

In de zaak van een cold case verkrachting is ten onrechte dna door het Verenigd Koninkrijk gedeeld met Nederland. Dat stelt advocaat Yehudi Moszkowicz van verdachte Willem V.. Doordat dna is V. in beeld gekomen als verdachte van een verkrachting van een destijds 14-jarig meisje in 1990 in Bodegraven.
"Daarom had dat dna vanuit privacyoverwegingen direct verwijderd moeten worden"
Moszkowicz deed zijn beklag woensdag tijdens de inhoudelijke behandeling van de zaak in de rechtbank van Den Haag. Volgens hem had V. door de overdracht van het erfelijk materiaal nooit in beeld mogen komen. "Cliënt is ooit verdacht geweest van een strafbaar feit in het Verenigd Koninkrijk. Vanwege die verdenking heeft hij dna moeten afstaan. Dankzij dat dna is hij direct uitgesloten als verdachte in die Britse zaak en daarom had dat dna vanuit privacyoverwegingen direct verwijderd moeten worden. Dat is niet gebeurd. Dat dna heeft dus ten onrechte in die databank gezeten en is onrechtmatig met Nederland gedeeld." 
 Dat komt volgens hem ook omdat het Openbaar Ministerie (OM) 'alles heeft ingezet om die informatie te verkrijgen'. Moszkowicz: "Dat is een onrechtmatigheid van de buitencategorie." 
Onderste steen boven
Cold case
Voor de verkrachting 35 jaar geleden is nooit iemand in beeld gekomen. Tot mei van dit jaar. De toen 59-jarige V. kwam in beeld doordat er in 2003 dna van hem in een Britse databank terechtkwam en die met Nederland gedeeld werd. Dat gebeurde nadat het Verenigd Koninkrijk zich in 2019 aansloot bij het Verdrag van Prüm en sindsdien dna uitwisselt met andere aangesloten landen. Daardoor kwam er een dna-match tot stand, omdat na de verkrachting in 1990 een spermaspoor van V. was veilig gesteld. Waarom het nog jaren heeft geduurd voordat V. in beeld kwam na de match, kan het OM niet beantwoorden
Bekentenis
Tijdens de pro forma-zitting op 13 augustus vertelde de bekennende V. dat hij spijt had en opgelucht was dat het feit 35 jaar later eindelijk aan het licht is gekomen. "Ik vind het erg voor het slachtoffer, maar kan het niet meer terugdraaien."
 Volgens het OM is verdachte op een willekeurige dag naar de woning van het slachtoffer gegaan toen ze alleen thuis was. Hij zou haar hebben overmeesterd en onder bedreiging van een mes verkracht en aan haar lot overgelaten.
De officier van justitie kon de spijtbetuiging van V. moeilijk waarderen: "Verdachte heeft 35 jaar lang zijn leven kunnen leven, zijn belangen boven die van het slachtoffer en de maatschappij gesteld. Hij zegt dat hij spijt heeft, dat kan, maar het heeft 35 jaar moeten duren. 35 jaar heeft hij zijn mond gehouden. En ontkent nog altijd het geweld en de dreiging."
De rechtbank maakt over twee weken de beslissingen ten aanzien van de onderzoekswensen van de verdediging bekend. Of de zaak daarna inhoudelijk wordt behandeld of dat er nog een pro forma-zitting nodig is, is nog niet bekend.


