'Oliemaatschappijen schrappen 118 miljard aan investeringen'
De lage olieprijs hakt er fors in. Wereldwijd hebben de grote oliemaatschappijen voor in totaal 118 miljard dollar aan investeringen vertraagd, uitgesteld of wegbezuinigd.
Dat schrijft de Financial Times. Het zou gaan om in totaal 26 grote projecten van onder meer Shell, BP, ConocoPhillips en Statoil in 13 verschillende landen. Het onderzoek betreft alleen grotere projecten.
Vorig jaar juni stond de olieprijs nog op 115 dollar per vat. Zeven maanden later, in januari, was de olieprijs gekelderd tot 45 dollar. Inmiddels is de prijs weer wat gestegen tot zo'n 66 dollar. Dat is iets meer dan de helft van het niveau van bijna een jaar terug. De olieprijs daalde hard als doordat de producenten van Amerikaanse schalie-olie hun productie opschroefden en de vraag in Azië daalde. Daarbij besloten de Opec-landen hun productie niet te verlagen. Behoud van marktaandeel was belangrijker dan de prijs, terwijl verder wellicht ook geopolitieke redenen meespeelden.
Nog eens 750 miljard
De projecten die zijn uitgesteld kunnen slechts het topje van de ijsberg zijn. Goldman Sachs heeft een lijst met 61 nieuwe projecten opgesteld die bij een olieprijs van 60 dollar niet economisch winbaar zijn. Daarmee zouden investeringen van in totaal nog eens 750 miljard dollar gemoeid zijn.
Hogere olieprijs
De lagere investeringen kunnen er uiteindelijk weer toe leiden dat de olieprijs stijgt. Zo gaat Morgan Stanley er vanuit dat de olieprijs klimt tot 85 dollar in 2017. De 118 miljard dollar aan investeringen die wordt vertraagd of helemaal geschrapt zou over een paar jaar goed zijn voor een productie van 1,5 miljoen vaten per dag, oftewel 2 procent van de wereldproductie in 2013. De 750 miljard dollar aan investeringen die in gevaar is zou een piekproductie hebben van 10,5 miljoen vaten per dag.