Het stroomnet zit vol: hoe kan dat, en hoe erg is het?
Noord-Brabant en Limburg zitten de komende jaren aan hun stroomtaks. Bedrijven die een nieuwe aansluiting willen, kunnen daar de komende jaren naar fluiten. Wat is er aan de hand? We leggen het uit in vijf vragen.
1. Hoe kan het stroomnet nu vol zitten?
Eigenlijk is het eenvoudig: het stroomnet moet altijd in balans zijn. Dat betekent dat er evenveel stroom in moet als dat er wordt verbruikt, op ieder moment van de dag.
Als de vraag naar stroom groter wordt dan het aanbod, dan heb je dus een probleem.
2. Dan wek je toch gewoon meer op?
Dat zou kunnen, maar het probleem is niet dat er te weinig stroom opgewekt kan worden. De energiecentrales, windmolens en zonneparken kunnen prima in de vraag voorzien, in theorie dan.
Toch stokt de aanvoer van stroom geregeld. Dat komt omdat er steeds vaker simpelweg niet genoeg stroom vervoerd kan worden over het hoogspanningsnet. De kabels kunnen maar een beperkte hoeveelheid stroom aan. Als er dus meer vraag naar stroom is dan het net kan vervoeren, kun je nog zo veel productiecapaciteit hebben, het komt niet aan bij de eindverbruiker.
In Limburg en Brabant zitten de grootste problemen bij de koppelingen tussen het landelijke hoogspanningsnet en de regionale netten. Die kunnen niet genoeg stroom verwerken.
In onderstaande video legt Carien ten Have uit waarom ons stroomnet in zijn voegen kraakt:
3. Waarom is dit nu opeens een probleem?
De vraag naar elektriciteit neemt de afgelopen jaren heel erg hard toe. Dat is niet ondanks, maar dankzij de energietransitie.
Elektrische auto’s, warmtepompen, en verduurzaming van de industrie: ze zorgen er allemaal voor dat de vraag naar elektriciteit explosief stijgt. De netten kunnen dat niet aan, omdat ze daar niet op zijn ontworpen, zegt operationeel directeur Maarten Abbenhuis van Tennet. Tennet is het staatsbedrijf dat het landelijke hoogspanningsnet beheert. Zij moeten er dus voor zorgen dat de stroom van A naar B kan gaan.
Te veel stroom op de verkeerde plek
Een ander probleem voor de stroomtoevoer is dat steeds vaker de energie opgewekt wordt op de verkeerde plek. Op een winderige dag komen we om in de groene stroom van de windmolenparken, maar al die energie via de hoogspanningskabels op een hele andere plek afleveren, levert verstoppingsproblemen op.
Tennet is daardoor al constant bezig om ervoor te zorgen dat er niet te veel energie wordt geproduceerd op de 'verkeerde' plekken. Dat doen ze door een centrale of windmolenpark op de ene plek af te schakelen, en een centrale aan te zetten dichterbij de plek waar op dat moment de stroom nodig is. Dat kostte het staatsbedrijf vorig jaar al 340 miljoen euro.
4. Klinkt waardeloos, kom ik zelf ook in de problemen?
Dat is niet de verwachting. Huishoudens krijgen gewoon hun stroom geleverd, bezweren Tennet en minister Rob Jetten van Klimaat en Energie. En er kunnen ook nog nieuwe woningen bijgebouwd worden. Maar dat gaat dus wel ten koste van de grootverbruikers.
Bedrijven in Limburg en Brabant die een nieuwe aansluiting willen of hun bestaande aansluiting op het net willen verzwaren (bijvoorbeeld omdat ze een extra productiehal willen openen) krijgen nul op het rekest.
5. Kunnen we er iets aan doen?
Het goede nieuws is: ja. Het slechte nieuws is: dat duurt wel heel lang.
Tennet pompt de komende jaren miljarden in de uitbreiding van het netwerk. In Brabant en Limburg zijn er zo'n 50 extra transformators nodig en moet het netwerk worden omgebouwd om de stroom beter te kunnen verdelen, laat het bedrijf weten.
Maar voor dat allemaal is geregeld, zijn we wel een paar jaar verder. Tennet hoopt de problemen in Brabant opgelost te hebben in 2025 en in Limburg in 2027. En helaas, als het tegenzit, houden de verstoppingen op tot en met 2032.