Vestager waarschuwt techbedrijven: opknippen is een optie
Eurocommissaris voor Mededinging Margrethe Vestager gaat de extreem machtige internetreuzen strenger aanpakken. Extreem hoge boetes werken niet zoals verwacht dus gaat de aanpak veranderen. Techbedrijven opknippen is een optie waarschuwt ze, al doet ze dat liever niet.
Dat zei Vestager vandaag tijdens een toespraak in het Europarlement. Daar ging ze iets verder in op uitspraken die ze gisteren deed tijdens een bijeenkomst in Lissabon. De Deense sprak daar haar teleurstelling uit over de gang van zaken rond de mededingingszaak tegen Google over hun advertentienetwerk.
Ad Sense
Google kreeg een fikse boete omdat het derde partijen verbood om advertenties te tonen die ergens anders waren ingekocht dan bij Google's eigen Ad Sense-netwerk. Door de gigantische marktmacht van Google, kon het bedrijf dat afdwingen.
Die praktijk werkte marktverstorend en was dus verboden. Google stopte ermee nadat de Commissie de klacht had verstuurd en twee jaar later kreeg het bedrijf een boete van 1,49 miljard euro.
Ingrijpen in de markt
Dat had alleen nauwelijks effect. "Twee jaar later was de markt in het geheel niet hersteld. We moeten misschien veel meer gaan doen aan marktherstel", zei Vestager. Dat wil zeggen dat de Commissie het niet alleen laat bij het beboeten en stoppen van illegale praktijken, maar actief gaat sturen op het herstellen van de markt.
Volgens Vestager is een boete en een bevel om te stoppen met de praktijken niet voldoende in de wereld van de techreuzen, waar bedrijven extreem sturen op schaalvoordelen. Met andere woorden: als de grote marktspeler eenmaal de markt heeft veroverd, is het kwaad al geschied en komen andere spelers er niet meer tussen.
Hoe dat precies zou moeten werken zei Vestager niet. Maar je zou kunnen denken aan het browserkeuzescherm dat jaren geleden werd ingevoerd bij Windows. Gebruikers kregen bij installatie een scherm te zien met daarin verschillende browsers die gebruikt konden worden in plaats van Internet Explorer. Dat keuzescherm noemde Vestager een succes.
Google Shopping: zelfde laken een pak
Hetzelfde geldt eigenlijk voor een andere zaak tegen Google, over Google Shopping. Via Google Shopping krijgen gebruikers producten aangeprezen boven de zoekresultaten, maar Google benadeelde daarmee concurrerende vergelijkingssites die niet in de resultaten voorkwamen.
Nu, een paar jaar en een boete van 2,4 miljard euro later, is daar in feite niets aan veranderd, zegt Vestager. Concurrenten kunnen wel ruimte inkopen, maar het gebeurt niet of nauwelijks, mogelijk dus omdat Google al te groot is om fatsoenlijk tegen te kunnen concurreren.
"Wij hebben geen reactie op de Vestagers uitspraken", laat een woordvoerder van Google weten, om daar vervolgens aan toe te voegen dat er wijzigingen zijn doorgevoerd na de klacht van de Commissie en dat die goed ontvangen zouden zijn door concurrerende vergelijkingssites.
Libra is een Commissiebreed project
Maar Google is niet het enige techbedrijf dat op de korrel blijft de Commissie. Ook Facebook – en dan specifiek het libra-project voor een digitale munt – neemt veel aandacht in beslag, en wel van de Commissie als geheel. Het is een 'speciale zaak' zegt Vestager, omdat de munt nog niet eens bestaat.
Dat hoeft geen probleem te zijn, want Vestager zegt dat de Commissie ook de macht heeft om onderzoek te doen naar producten die nog in de maak zijn. Vanuit haar portefeuille wordt er gekeken naar de risico's op het gebied van mededinging, maar haar collega's in de Commissie zijn druk met het in kaart brengen van de risico's voor de financiële stabiliteit.
De Commissie kijkt onder andere naar risico's op het gebied van 'witwassen, fraude, terrorismebestrijding en alle dingen waar je liever niets van wil weten', aldus Vestager. Volgens de Commissaris leven er 'grote zorgen' bij meerdere lidstaten over de mogelijk implicaties van de libra voor het financieel stelsel.
Techtaks
Ook herhaalde Vestager nog maar eens dat als de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), de club van rijke landen, er niet in slaagt om op mondiaal niveau volgend jaar met regels te komen voor het belasten van grote techbedrijven, de EU zelf met wetgeving komt.
Dat heeft de EU trouwens al eerder geprobeerd, maar die poging strandde omdat een aantal lidstaten liever niet zag dat alleen in Europa techbedrijven zwaarder worden belast. Om de concurrentie eerlijk te houden willen de landen liever dat de regels wereldwijd gaan gelden, juist omdat het hier om een industrie gaat die niet gebonden is aan landsgrenzen.
Het idee achter zo'n techbelasting is dat bedrijven als Google en Facebook, belasting gaan betalen op de plek waar de inkomsten worden gegenereerd. Op dit moment worden de winsten doorgaans naar een plek gestuurd waar er weinig, amper of zelfs geen belasting over hoeft te worden betaald. Dat is niet eerlijk ten opzichte van gewone bedrijven, zegt Vestager, want die moeten wel gewoon belasting betalen over ieder artikel dat ze verkopen.