Beurs

Tien jaar na Lehman: wat veroorzaakt de volgende crisis?

Door Paul le Clercq··Aangepast:
© AFPTien jaar na Lehman: wat veroorzaakt de volgende crisis?
RTL

Zaterdag is het tien jaar geleden dat zakenbank Lehman Brothers ten onder ging en dat leidde uiteindelijk tot de financiële crisis. Nu draait de economie prima en Amerikaanse beursindexen bereikten twee weken geleden nog de hoogste stand ooit. Toch kan een nieuwe crisis altijd uitbreken. Welke factoren kunnen een abrupt einde maken aan het huidige feestje?

Er komt altijd weer een volgende crisis, zegt RTL Z-beurscommentator Durk Veenstra. "We proberen de vorige crisis te voorkomen, terwijl de volgende waarschijnlijk uit een andere hoek komt".

Door de lage rentes zijn banken misschien op zoek gegaan naar hogere rendementen en zijn ze risico’s aangegaan die we nu niet kunnen overzien, denkt Veenstra.

Handelsoorlog

Maar je hebt ook factoren waarmee weliswaar rekening wordt gehouden, maar niet genoeg, zegt Joost van Leenders, senior portfolio manager en equity strategist bij Kempen.

Zo is de handelsoorlog niet volledig in de koersen ingeprijsd, omdat het moeilijk is te zeggen hoe de handelsstrubbelingen zich gaan ontwikkelen. Met andere woorden: als dat conflict echt de wereldhandel gaat remmen, dan kan dat ervoor zorgen dat koersen flink zullen dalen omdat het gevolgen kan hebben voor bedrijfswinsten, denkt Van Leenders.

'Crisis of doorsneerecessie'

Ook is de gigantische schuldberg een potentieel gevaar. De hoeveelheid schulden is sinds de vorige crisis niet afgenomen en als de rente oploopt dan zal dat voor problemen kunnen zorgen, want dan stijgen de rentelasten. Maar er zal dan eerder sprake zijn van een doorsnee recessie dan van een echte crisis, denkt Van Leenders.

In de vorige crisis zat de schuld namelijk voor een groot deel in de financiële sector en nu is dat minder het geval. Ook zijn bankenbuffers gestegen en het toezicht op banken is scherper. Verder hebben bedrijven weliswaar relatief veel schulden, maar daar staan wel bezittingen tegenover en bedrijven hebben vaak flink wat contanten. Ook staan veel leningen tegen een lage rente uit.

Rente te hoog?

Op zich is een hogere rente prima, dat hoort bij een goed draaiende economie. Het is dan een teken van kracht en hoeft niet slecht te zijn voor aandelen, zegt Veenstra. De banken snakken zelfs naar een hogere rente, omdat daardoor hun winst zal stijgen. Maar als het te snel gaat, dan heb je wél een probleem, zegt hij.

Dat zou kunnen gebeuren als de inflatie uit de hand loopt of als de olieprijs plotseling omhoog schiet. Een flink hogere olieprijs kan immers ook andere producten duurder maken en tot looneisen leiden, zegt hij. En als de markt een hogere inflatie gaat inprijzen, dan zullen centrale banken meer actie moeten ondernemen door de rente te verhogen, denkt Van Leenders.

Rente te laag

Omgekeerd is er ook een ander probleem. Als de centrale banken de economie zouden willen aanjagen door de rentes juist te laten dalen, waardoor geld lenen goedkoper wordt en er dus makkelijker geïnvesteerd kan worden, is daar nu veel minder ruimte voor dan in 2008.

De Fed, de Amerikaanse centrale bank, kon toen immers de rente verlagen van 5,25 procent tot nul. Nu staat de rente echter op 1,75 tot 2 procent. Ook hebben overheden vanwege hogere schulden minder ruimte om de economie een steuntje in de rug te geven.

Veenstra wijst ook op andere kwetsbaarheden in de wereld, zoals opkomende landen met een tekort op de lopende rekening. Zo moet Turkije vanwege het handelstekort geld lenen, maar dat is lastiger geworden. Omdat de rente in de VS is gestegen, is het voor beleggers uit vooral de VS immers veel aantrekkelijker om in eigen land te beleggen. Een hoger rendement met minder risico, wie wil dat nu niet?

Uitwassen

Beurscommentator Hans de Geus denkt dat een volgende crisis van een heel andere kant komt. "De sinds 1980 heersende ideologie van vrije markten, kleine overheid, privatisering en deregulering heeft geleid tot uitwassen", zegt hij.

"Zo kunnen jongeren nu moeilijk een huis kopen en hebben ze te maken met hoge huren, terwijl ze ook nog eens rottige flexbaantjes hebben."

Extremere partijen

De groeiende vermogensongelijkheid leidt er volgens De Geus toe dat kiezers steeds meer stemmen op extremere partijen, waardoor het lastiger is om een meerderheidsregering te vormen. In landen waar je maar twee grote partijen hebt, zoals de VS en Groot-Brittannië, zijn de opkomst van Trump en de brexit een gevolg van de boosheid bij burgers, aldus De Geus.

De economische schade van het doorbreken van internationale samenwerking, zoals brexit en het opzeggen van verdagen door Trump, kan groot zijn, denkt De Geus. Zo kan Apple niet zomaar overstappen op Amerikaanse leveranciers, omdat die er niet altijd zijn. En Trump wil dat Apple de productie naar de VS verplaatst, maar dan worden iPhones waarschijnlijk duurder, aldus De Geus.

'Grote crisis'

De crisis van 2008 was slechts een kleine manifestatie van de grote crisis die ons nog staat te wachten, vreest hij. Die crisis zal de steeds verder uiteenlopende vermogensongelijkheid moeten afremmen en terugdraaien. Als de politiek daar niet op geordende wijze voor zorgt, dan zal dat vroeger of later niet zonder chaos kunnen, denkt De Geus.

Lees meer over
Durk VeenstraJoost van LeendersDonald TrumpFederal ReserveBrexitVerenigde Staten