'Huizenprijzen in Amsterdam zijn wel hoog, maar er is geen zeepbel'
Woningen in Amsterdam zijn duur, maar er is geen sprake van een zeepbel. Tot die conclusie komen economen in vakblad ESB. Er is volgens hen dus geen reden om aan te nemen dat huizen betaalbaarder zullen worden.
Een huis in Amsterdam kost nu bijna 200 keer zoveel als in 1620. Dat komt voor een belangrijk deel door de inflatie.
Als je de inflatie eruit haalt, dan zijn woningen in de hoofdstad nog altijd 4,5 keer zo duur als 400 jaar geleden, concluderen onderzoekers in ESB.
'Geen huizen voor agenten en onderwijzers'
Zeker als je kijkt naar de laatste 50 jaar zijn huizen duurder geworden.
Op de vraag of er sprake is van een zeepbel en onderwijzers, agenten en verpleegkundigen dus straks wél een huis kunnen kopen in Amsterdam, omdat die dan misschien dalen, is het antwoord van de economen echter: nee.
Vergelijking met huren
Volgens de economen zijn de huizenprijzen in Amsterdam structureel hoog. Ze keken daarvoor naar de huizenprijzen tussen 1620 en 2019.
Daarbij vergeleken ze de prijs van huizen met de huren. Huizenprijzen kunnen immers stijgen door speculatie, maar voor woninghuren is dat niet het geval, aldus de onderzoekers.
Voor huren geldt namelijk in hoeverre mensen bereid zijn een bepaald huurniveau te betalen. Verder werd gekeken naar de rente.
Prijzen en huren niet uit de pas
De uitkomst van het onderzoek was dat de prijzen van koopwoningen nu niet uit de pas lopen met de huren.
De hoge huizenprijzen zijn volledig te verklaren door de extreem lage rente en woningschaarste, concluderen de onderzoekers.
'Bouw meer woningen'
Een oplossing voor de hoge huizenprijzen hebben ze wel en die is niet zo heel verrassend: bouw meer woningen.
Er worden al langer te weinig huizen gebouwd in Nederland. Volgens onderzoekers van onderzoeksbureau ABF zal het woningtekort wel dalen, maar nooit helemaal verdwijnen.