PCR-test moet schurft opsporen: 'Met blote oog niet te herkennen'
De schurftmijt grijpt in Nederland flink om zich heen. Sinds eind 2021 is het aantal schurftgevallen bijna verdubbeld. Daar moeten we iets aan doen, vindt GGD Amsterdam. Daarom wordt er bron- en contactonderzoek ingevoerd en is er een PCR-test in ontwikkeling om de huidziekte eerder op te sporen.
Het aantal mensen dat last heeft van de schurftmijt – een klein, spinachtig beestje dat gangetjes in de huid graaft – neemt in Nederland al jaren toe. Vorig jaar kwamen er nog 15 op de 100.000 mensen met schurft bij de huisarts. Dit jaar gaat het om 27 op de 100.000. Dat blijkt uit cijfers van de GGD.
In Amsterdam is het aantal schurftgevallen ten opzichte van eind 2021 zelfs verviervoudigd. "Met name onder studenten neemt het toe", vertelt Henry de Vries, dermatoloog bij GGD Amsterdam, aan Editie NL. "We horen het ook in andere studentensteden."
Spreekuren
GGD Amsterdam gaat daarom het aantal spreekuren opschroeven. Op dit moment is er al elke woensdag zo'n spreekuur voor studenten. "Schurft onder controle krijgen in studentenhuizen is heel moeilijk. Daarom is het belangrijk om bron- en contactonderzoek te doen. Dat proberen we met die spreekuren te bereiken."
Een goed idee, vindt arts-microbioloog Matthew McCall van Radboudumc. "Schurft is tegenwoordig moeilijker te bestrijden dan vroeger", legt hij uit. "Toen kwam schurft vooral voor binnen een gezin. Dan kon een huisarts de familie in één keer behandelen en leidt het niet tot herinfectie."
Bij studenten werkt dat anders. "Als er één iemand naar de huisarts gaat, maar de bron wordt niet weggehaald, dan blijft het alsnog rondgaan. Daarom is bron- en contactonderzoek zo belangrijk."
Schurft herkennen
Tegelijkertijd ontwikkelt de GGD een PCR-test om schurft makkelijker en eerder op te sporen. "Er is vaak onduidelijkheid over plekjes op de huid", zegt De Vries. "Het verschil tussen schurft en eczeem is vaak niet goed te zien. Bovendien verschilt de allergische reactie per persoon. De een heeft er meer last van dan de ander. Dat maakt het moeilijk om snel vast te stellen of iemand schurft heeft of niet."
Met vergrotende apparatuur zoals een dermatoscoop of microscoop kan een zorgverlener aantonen of het om schurft gaat. "Maar het probleem is dat die apparaten niet overal aanwezig zijn en niet elke verpleegkundige ermee overweg kan."
De PCR-test zou dat probleem dus moeten oplossen. "Iedere huisarts en verpleegkundige kan dan schilfertjes afnemen. Die worden vervolgens in korte tijd onderzocht in het laboratorium", legt De Vries uit.
Arts-microbioloog McCall vindt het goed dat de GGD hierop inzet. "Niet elke huisarts of verpleegkundige is een even getrainde analist." Bovendien is een PCR-test vaak nauwkeuriger dan een microscoop, vertelt hij. "Je kunt dan meerdere schurftmijten tegelijkertijd onderzoeken. Onder de microscoop kan dat niet: dan bekijk je er elke keer één."
In januari begint GGD Amsterdam met het inzetten van de PCR-test tijdens spreekuren. Tot dusver gaat het nog om een pilot.