Zware rokers gescreend op longkanker: 'Ziekte nu vaak te laat ontdekt'
Longkanker vroeg opsporen, dat zou een hoop ellende kunnen schelen. Het Antoni van Leeuwenhoek screent deze week als eerste Nederlandse ziekenhuis zware rokers op longkanker. De ziekte geeft vaak pas in een laat stadium klachten en wordt daarom vaak te laat ontdekt. Een screening kan een uitkomst zijn. Zouden we dat voor meer ziektes moeten doen?
Jaarlijks overlijden volgens KWF zo'n 10.000 mensen aan longkanker in Nederland. 86 procent van iedereen met longkanker krijgt dit door roken. Om dit aantal omlaag te brengen wordt er vanaf deze week onderzoek gedaan bij zware rokers. Het gaat hierbij om personen die tenminste 20 sigaretten per dag roken voor een periode van 35 jaar. Ook moeten ze tussen de 60 en 79 jaar oud zijn.
"De personen die mee willen doen aan de screening krijgen een CT-scan en een bloedonderzoek als ze dat willen", legt radioloog Alexander Schmitz van het Antoni van Leeuwenhoek uit aan Editie NL. Wanneer deze personen eerder gescreend worden is de kans dat longkanker in een vroeg stadium ontdekt wordt groot.
"Er zijn al eerder studies geweest naar longscreening en daarin hebben we al gezien dat we met behulp van CT-scan in staat zijn om in een eerder stadium longtumoren te vinden. Longtumoren geven pas heel laat klachten en dan is de ziekte vaak al uitgezaaid en de overlevingskans heel slecht."
80 procent van de patiënten overlijdt nu binnen 3 tot 5 jaar. Bij een screening op longkanker gaat de overlevingskans met bij het opsporen in vroeg stadium met 60 procent vooruit. En in het aller vroegste stadium zelfs met 80 of 90 procent. "Sterven aan longkanker kunnen we met de screening tot 26 procent omlaag brengen. Vroeg screenen loont en werkt."
Het redt mogelijk niet alleen levens, ook bespaart het een hoop zorgkosten. "Nu ontdekken we de kanker vaak in stadium vier, dat is het laatste stadium. Behandelingen die we dan moeten doen kosten zo'n 50.000 tot 100.000 euro per patiënt." Dat zijn bijvoorbeeld kosten voor chemotherapie. "Uiteindelijk blijft de levensverwachting slecht. Bij een vroegere opsporing kunnen we eenvoudigere therapie toepassen en dat kost minder, bovendien is de overlevingskans een stuk beter."
Bevolkingsonderzoek
Er wordt landelijk op drie soorten kanker gescreend. Zo is er een bevolkingsonderzoek voor borstkanker, voor darmkanker en voor baarmoederhalskanker. Zouden er meer ziektes aan dit rijtje toegevoegd moeten worden?
Hoogleraar gezondheidseconomie van de Vrije Universiteit Marcel Canoy denkt dat het niet altijd zinvol is. "Voor screenings geldt in principe niks anders dan dat er andere behandelingen gegeven worden. Het moet wel bewezen zijn dat de baten opwegen tegen de kosten", zegt hij tegen Editie NL. Daarnaast kan het volgens hem ook ervoor zorgen dat mensen onnodig ongerust worden, wat weer psychologische kosten met zich meebrengt. "Preventieve screening is niet altijd de heilige graal. In een aantal gevallen wel, bijvoorbeeld van borstkankeronderzoek weten we dat het heel effectief is.
Ook Schmitz denk niet dat het zin heeft om op alle ziektes te gaan screenen. "Je moet daar heel kritisch op zijn, je moet eerst kijken of het zin heeft. De belangrijkste vraag daarbij is: gaat de overlevingskans omhoog?" Bij het longkankeronderzoek is hij overtuigd dat het wel zin heeft. "In Amerika doen ze het al een tijd en nu wordt vanuit de EU ook geadviseerd om het te implementeren."
Iedereen die mee wil doen aan het onderzoek kan zich hier aanmelden. Er zijn inmiddels wel flinke wachtlijsten.