De vijf spelregels van… het paasvuur
Het wemelt van de ongeschreven regels in het leven. Wetmatigheden die niemand je vertelt, maar waar iedereen een mening over lijkt te hebben. In deze rubriek nemen we iedere week een situatie of gelegenheid onder de loep: hoe hoort het daar eigenlijk? Deze week: het paasvuur.
De situatie
Tuurlijk, eitjes, hazen, stollen: die kennen we wel. Takken ook, versierd en wel. Maar in het noorden en oosten van het land steken ze die takken graag in de hens om te vieren dat het Paasweekend voor de deur staat. Of om gewoon lekker fikkie te stoken, dat kan natuurlijk ook. Maar wat mag nu eigenlijk wel en niet?
De spelregels
1. Flik een goede fik
Het aansteken van het paasvuur is een plechtige gebeurtenis: "Een paasvuur is niet zomaar een fikkie, weet Paasvuur.nl. Meestal is het een erebaantje voor iemand uit de gemeenschap. Een paasvuur is een heilig vreugdevuur, dus ga vooral zorgvuldig te werk. Minstens 50 meter van de bebouwde kom af, niet in de buurt van rieten daken en geen chemisch spul op de berg. Al het aangevoerde materiaal moet puur zijn: onbewerkt hout zonder lijm, metaal- of kunststofdelen, ’t liefst gewoon snoeihout, riet, stro, oude manden en zulks.
Alles wat niet verbrandt, moet later weer opgeruimd worden (spijkers en andere ijzerwaar). Kijk bij het opbouwen van de paasbult goed wie de leiding heeft en pas op voor onveilige toestanden, zoals vallen van ladders, klem raken door zware houtpartijen, schuiven van de houtbult of struikelen over uitstekende en zwiepende takken.
2. Meet wie de grootste heeft
Hoewel de traditie van paasvuren, die volgens sommigen al stamt uit de tijd van de Germanen, niet overal heeft standgehouden, is dit nog wél het geval in bepaalde delen van Nederland. Vooral in Drenthe, in het noordoosten van Gelderland, vlak bij de stad Groningen en Overijssel houden ze wel van een flinke fik, meldt Visitoost. Het grootste paasvuur vind je in het plaatsje Espelo. Zo’n 45 meter tikten ze aan in 2012. En hoewel de variant in Denekamp misschien niet het grootste paasvuur is, maken ze er hier wel een feestje vol tradities van. 'Paasstaak slepen' is hier een hele happening, waarbij liefhebbers al weken en soms zelfs maanden voor ontbranding takken naar de plek van het toekomstige paasvuur brengen. Het gaat om vuur, om vreugde, maar toch ook wel om die nou de grootste heeft.
3. Alleen maar ouwe meuk
Van uren banjeren rond zo’n paasvuur ga je enorm meuren. Logisch natuurlijk met al die rook. Zorg daarom dat je alleen maar oude meuk aantrekt, uiteraard niet van dat synthetische spul, want veiligheid voor alles natuurlijk. En wil je naar rook riekende haar een opfrisser geven, kies dan in eerste instantie voor rozenwater: een wondermiddeltje tegen vieze geurtjes en ook nog eens lekker zacht voor je haar. Je kunt rozenwater halen bij de drogist, maar je kunt het ook prima zelf maken: laat een aantal rozenblaadjes weken in lauwwarm water en je hebt het al voor elkaar. Ruik je in een mum van tijd weer naar roosjes.
4. Altijd even rapen
Je las het al even in regel 1, maar ook nog even apart: zo’n paasvuur moet tot de laatste snipper opgeruimd worden. Ga in de week na Pasen nog een paar keer met een groep terug naar het grasveld, om de laatste takken, de halve pallets en al die asvlokken op te ruimen en weg te gooien. Gratis tip van Paasvuur.nl: kom niet op je klompen, want je zal niet de eerste zijn die het letterlijk heet onder de voeten krijgt.
5. Geniet zolang het kan
Met een dikke week aan voorpret en dan ook nog een paar uur vlammen, is een paasvuur een fijn feestje voor de liefhebbers. En geniet er nog maar van zolang het kan. De afgelopen drie jaar werden de vuren verboden en ook nu nog komt er van alle kanten commentaar. Zo zorgen de jaarlijkse vreugdevuren volgens het RIVM voor 1 procent van alle fijnstof uitstoot. En daarbij geven steeds meer gemeenten er de brui aan, omdat het door alle vereiste vergunningen al lang geen koud kunstje meer is.
Elke week 'Spelregels' volgen? Klik dan op de 'Spelregels'-tag hieronder en vervolgens op 'Volgen'.