Mannen met een trauma: ‘Nog een keer een bevalling meemaken? Dat kan ik echt niet’
Het is een onderbelicht probleem: een trauma door de bevalling – bij vaders. Machteloosheid en paniek in de verloskamer zijn vreselijk voor de man die met zijn partner probeert mee te puffen. Huisartsen, verloskundigen en andere zorgverleners moeten meer aandacht besteden aan de vaders. ‘Fenna is het mooiste dat me is overkomen. Maar de bevalling is het zwaarste wat ik heb meegemaakt.’
Het is eind oktober 2010. Pascal is een paar minuten geleden vader geworden van Fenna. Zijn vrouw heeft veel bloed verloren. Dan ontstaat er paniek. Zonder iets te zeggen, rijden verpleegkundigen haar bed de kamer uit. “Heeft ze een donorcodicil?” vraagt iemand hem gehaast. Dan zijn ze weg. Pascal blijft achter, met Fenna in zijn armen. Zich afvragend of zijn pasgeboren dochter nog een moeder heeft.
‘Moeders mogen zeggen dat hun bevalling traumatisch was, maar voor vaders is dat nog altijd een taboe’
Vaders die een trauma overhouden aan een bevalling: het is een probleem waar te weinig aandacht voor is, vindt verloskundige David Borman. Hij geeft cursussen aan aanstaande vaders. “Rond de bevalling gaat alle aandacht naar de moeder en het kind. Logisch natuurlijk, maar we moeten de partner niet vergeten.” Ook gynaecoloog in opleiding dr. Claire Stramrood, die onderzoek doet naar bevallingstrauma’s, ziet dat tijdens de bevalling partners maar al te vaak ‘vergeten’ worden. Zowel door de zorgverleners als door de maatschappij. “Als moeder mag je tegenwoordig wel zeggen dat je bevalling traumatisch was, maar bij vaders is dat nog altijd een taboe. Bij hen wordt al snel gedacht dat ze zich aanstellen.”
Borman en Stramrood letten er wél op dat ze met de vaders communiceren. “Ik kan uitleggen wat er gebeurt en dat iets waar vaders van kunnen schrikken eigenlijk heel normaal is”, zegt Borman. Ook het erkennen dat bepaalde gevoelens heel begrijpelijk zijn, kan volgens Stramrood een verschil maken. “Mannen weten bijvoorbeeld dat hun vrouw heel veel pijn kan lijden, maar toch is dat heel naar om mee te maken als het iemand is van wie je houdt. ‘Lastig om te zien’, zeg ik dan tegen ze. Machteloosheid en paniek in de verloskamer zijn, zo weet ik uit ervaring, de moeilijkste dingen voor een man.”
Dat ervoer René ook. Vier jaar geleden werd hij vader van een zoon. “Na een spoedkeizersnede werd hij snel weggevoerd uit de operatiekamer. Hij was stil, en blauw aangelopen. Ze zeiden alleen dat ze hem ‘gingen helpen’. Wat moest ik doen? Bij mijn vrouw blijven? Achter mijn zoontje aan? Ik ben erachteraan gelopen. Daar lag hij in een couveuse met allemaal slangetjes. Hij had moeite met opstarten, dat kon ik zien en voelen. Vreselijk: dat beeld van dat jongetje dat daar zo lag te strijden. Ik zie het nog zo voor me. Later lag hij te kreunen omdat ademen zo moeilijk ging. Ik zat daar midden in de nacht, helemaal alleen met mijn hand op het buikje van de kleine, hulpeloze kindje.”
Hij schrok zich rot door vacuümpomp
Bij Pascal en René ging de bevalling helemaal fout, maar ook aan een relatief normale bevalling kan een man een trauma overhouden. Borman: “Ik vroeg aan een man of hij het hoofdje wilde zien. Maar hij wist niet dat zo’n hoofdje in elkaar gefrummeld is en eruitziet als een soort walnoot. Hij dacht dat hij de hersenen van zijn kind zag, dat er echt iets mis was. Niemand had eraan gedacht om hem te vertellen dat dat heel normaal is. Hij schrok zich rot.”
Een andere keer maakte Borman een bevalling mee waarbij de hartslag van het kindje ineens daalde. “De gynaecoloog plaatste een vacuümpomp om het kindje snel geboren te laten worden, maar die schoot los. De vader dacht te zien dat het hoofdje van zijn kind eraf was getrokken. Dat hadden wij niet door, omdat we al onze aandacht nodig hadden voor moeder en kind. Gelukkig had hij snel door dat zijn kindje in orde was en konden we erover praten. Nu leg ik vooraf uit dat een pomp los kan schieten.”
De traumatische ervaring van Pascal duurt langer. In de acht uur na de geboorte van Fenna krijgt hij te horen dat zijn vrouw 4 liter bloed toegediend heeft gekregen en kunstmatig in coma wordt gehouden. Er wordt nog een keer gevraagd of ze een donorcodicil heeft. “In mijn hoofd was ze daardoor aan het overlijden.” De verloskundige moet hem dwingen zijn dochter haar eerste flesje te geven. Met zijn hoofd zit hij niet bij het geluk van het vaderschap. Later hoort hij dat zijn vrouw een hartstilstand heeft gehad.
Bang om uitgelachen te worden
René en Pascal hadden niet door dat ze een trauma hadden opgelopen. De vrouw van Pascal had in de maanden na de bevalling veel zorg nodig. Een half jaar lang werkte hij niet, zodat hij fulltime voor haar en Fenna kon zorgen. Tijd om over zijn eigen gevoelens na te denken, was er niet. René had wel door dat hij moe en gestrest was, maar weet dat aan het feit dat hij een baby had.
“Sommige klachten zijn heel moeilijk te herkennen”, zegt Stramrood. “Wanneer komen slaapproblemen door een trauma en wanneer doordat de baby niet doorslaapt?” Andere klachten, zoals nachtmerries, herbelevingen en vermijding - bijvoorbeeld geen foto’s willen zien van de geboorte van je kind - zijn makkelijker te herkennen. Maar ook dan moet een vader nog de stap zetten om hulp te vragen.
Borman: “Mannen praten sowieso al moeilijker over hun gevoelens. En soms zijn ze bang voor reacties, om uitgelachen te worden. Of ze vinden dat ze niet het recht hebben op een vervelende ervaring. De baby is toch gezond? Alles is toch goed afgelopen? En als ze wel hulp willen vragen, bij wie kunnen ze dan terecht? Veel zorgverleners in de sector zijn vrouwen, dat maakt het voor een man lastiger om zich kwetsbaar op te stellen. Ik weet dat ze naar de huisarts kunnen, maar dat moeten ze zelf op zo’n moment ook bedenken.”
'Ik had niet meer genoeg geduld om mijn zoon normaal door het leven te leiden en was bang dat ik hem iets zou aandoen'
Ineens een kort lontje
Bij Pascal duurt het langer dan een half jaar voordat de klap komt. Hij is sinds een paar maanden weer aan het werk, wanneer hij in de auto zit en plotseling niet in staat is te rijden. In paniek belt hij 112. Tegenover de toegesnelde ambulancebroeder gooit hij al zijn verdriet eruit. Tot dat moment denkt hij dat hij geen recht heeft op verdriet. Dat zijn vrouw degene is die alles heeft moeten doormaken. Hij gaat naar een psycholoog, die hem leert omgaan met zijn verdriet.
Ook René kwam er pas na lange tijd achter dat hij een trauma had. Ruim een jaar later wordt hun tweede kindje na een zwangerschap van 17 weken dood geboren. René krijgt daarna een heel kort lontje. “Ik had niet meer genoeg geduld om mijn zoon normaal door het leven te leiden en was bang dat ik hem iets zou aandoen.” Een psycholoog helpt hem beseffen dat hij niet alleen de dood van zijn tweede kindje moet verwerken, maar ook de geboorte van de eerste.
“Iedereen vroeg hoe het met mijn vrouw ging, alleen mijn beste vriend vroeg een keer naar mij”, zegt Pascal. “Ik snap niet dat daar niet meer aandacht voor is, zeker vanuit de zorg. Waarom belt de huisarts, als een bevalling zo verkeerd is gegaan, bijvoorbeeld niet na twee of drie weken om ook te informeren hoe het met de vader is?”
Ook Borman vindt dat er een rol voor de huisarts moet worden weggelegd in het na-traject. Of voor verloskundigen, die tot een dag of acht na de bevalling nog intensief betrokken zijn bij het jonge gezin. “Als je in een dossier ziet dat een bevalling heftig is geweest, vraag er dan naar. Het is geen onwil, maar zorgverleners realiseren zich vaak niet hoe ingrijpend een bevalling voor een man kan zijn.”
Voorgoed veranderd
Met René gaat het inmiddels een stuk beter. Hij is een paar weken geleden opnieuw vader geworden van een zoon. “We hadden een keizersnede gepland, maar ik was erg bang dat de bevalling te vroeg zou beginnen, zoals bij de eerste. Ik ben teruggegaan naar de psycholoog om daarmee om te leren gaan. Maar het was een goede, gelukkige geboorte, dat deed me goed. En hij is gezond. Het gaat fantastisch.”
Ook Pascal is er bovenop gekomen, maar de bevalling heeft hem wel voorgoed veranderd. “Fenna is het mooiste dat me is overkomen, maar de bevalling was ook het zwaarste wat ik heb meegemaakt.” Hij en zijn vrouw waren door de dramatische bevalling veel veranderd; hun huwelijk heeft dat niet overleefd. Ooit wilde hij een groot gezin, maar ook nu hij een nieuwe vriendin heeft, moet hij er niet aan denken om nog een keer vader te worden. “Nooit meer een kind voor mij. Je moet gelukkig en dankbaar zijn voor wat je hebt, het niet opnieuw opzoeken. Toen mijn schoonzusje moest bevallen, werd ik gek. Ik maakte me ongelooflijk veel zorgen. Nog een keer een bevalling meemaken? Dat kan ik niet en dat durf ik niet.”
Wat kunnen mannen doen om een bevallingstrauma te voorkomen? Verloskundige David Borman heeft een paar tips waarmee de kans op een trauma kleiner wordt.
- Laat je goed informeren. “Het lijkt een open deur, maar het is voor vrouwen makkelijker om aan goede informatie over bevallingen te komen dan voor mannen. Bijna alle informatie is gericht op vrouwen en wat zij tijdens een bevalling meemaken.”
- Communiceer veel met je partner en met zorgverleners. “Geef aan dat je ertegenop ziet, ook als je denkt dat je daar als man geen recht op hebt. En communiceer ook tijdens de bevalling. Vraag ernaar als er iets gebeurt wat je niet begrijpt en zeg het als je je zorgen maakt.”
- Bespreek tijdens de zwangerschap het bevallingsplan met zorgverleners. “Dan weten zij ook wat je wel en niet weet, en kunnen ze daarop inspringen.”
Om redenen van privacy zijn de namen van Pascal en Fenna gefingeerd.
Door Marianne Lucieer