Rechter veegt ACM-boete van 41 miljoen voor NS van tafel
De rechter zet een streep door de boete die de Nederlandse Spoorwegen kregen omdat het bij de aanbesteding van regionale vervoer in Limburg misbruik zou hebben gemaakt van de machtspositie.
De kwestie dateert van 2015. In een openbare aanbesteding deed NS, volgens de ACM, zo'n laag bod, dat het verlies zou lijden als het die aanbesteding zou winnen.
De NS had bij het uitbrengen van dat bod vertrouwelijke informatie van concurrenten Arriva en Veolia gebruikt, waardoor de ACM de NS terugfloot en een forse boete van 41 miljoen oplegde. Machtsmisbruik, oordeelde de mededingingsautoriteit destijds.
Machtspositie
De NS gaf toe dat er fouten zijn gemaakt, maar was het niet eens met de beschuldiging dat het misbruik maakt van de positie als belangrijkste vervoerder op het spoor.
De rechtbank is het met NS eens. De ACM zou namelijk niet overtuigend hebben bewezen dat NS een economische machtspositie heeft op het Hoofdrailnet. Dat zijn de belangrijkste spoorlijnen in het land.
"Dat er geen concurrentie om de markt heeft plaatsgevonden betekent echter nog niet dat reeds daarom sprake is van een economische machtspositie," zo oordeelde de rechtbank. Hoewel de NS als enige in het land op de belangrijkste spoorlijnen mag rijden, kan zij nog niet onderhandelingen dicteren of zelfstandig de prijs vaststellen en verhogen.
De rechtbank vindt dat het bovendien niet zeker is dat de NS na 2024 nog steeds de concessie voor het hoofdrailnet heeft. En daarmee heeft de NS volgens de rechter geen machtspositie.
Niet verder procederen
Of het bod van NS in de Limburgse OV-aanbesteding daadwerkelijk verlieslatend was, heeft de rechtbank niet onderzocht.
De NS laat in een reactie aan RTL Z weten blij te zijn met het vonnis en zegt de komende zes weken te zullen afwachten of de ACM in hoger beroep gaat tegen de uitspraak. De vervoerder heeft nog niet besloten of er een claim zal worden ingediend voor eventuele geleden schade, aangezien de NS zelf ook vindt dat er fouten zijn gemaakt.