Jos B. in tranen bij begin hoger beroep in zaak-Nicky Verstappen
Jos B. is vanmorgen in huilen uitgebarsten toen hij bij de start van het hoger beroep in de zaak Nicky Verstappen inging op hoe hij het lichaam van de volgens hem toen al overleden jongen vond.
"Ik heb gecontroleerd op hartslag… En dan kom je tot de conclusie dat hij dood is. Je kunt helemaal niets meer doen", zei B. in tranen.
De 59-jarige Limburger werd vorig jaar veroordeeld voor het ontvoeren en misbruiken van Nicky Verstappen in de zomer van 1998 , maar werd door de rechter vrijgesproken van doodslag. Zowel het Openbaar Ministerie als B. ging in beroep.
Ontkent
B., die ontkent iets met de dood van de 11-jarige jongen te maken te hebben, is vorig jaar door de rechtbank in Maastricht veroordeeld tot een celstraf van 12,5 jaar. Hij is vandaag aanwezig in de rechtszaal, waar hij zijn lezing van vorig jaar herhaalde: dat hij Nicky vond toen die al overleden was.
Je hebt niet alle cookies geaccepteerd. Om deze content te bekijken moet je deaanpassen.
Dat hij vervolgens niet de politie belde, noemt hij zelf zijn grootste fout. "De eerste gedachte is: je moet het melden, uiteraard. Maar dan komt twijfel op en ook angst. Want ik heb natuurlijk wel een verleden."
B. kreeg in het verleden door justitie een proeftijd opgelegd voor zedendelicten met jonge jongens. "Mij is ooit gezegd door een politieambtenaar: wat er ook gebeurt met een kind, we zullen je vinden. De angst zit er dan wel in. Ik wilde er niks mee te maken hebben."
Brunsummerheide
Nicky Verstappen werd in de zomer van 1998 dood gevonden op de Brunssummerheide in Limburg. Hij was daar op zomerkamp. Pas decennia later kwam na een DNA-match B. in beeld. Zijn DNA is onder meer op de onderbroek en pyjamabroek van Nicky aangetroffen.
Pathologen die het lichaam van Nicky onderzochten en zijn letsel hebben beoordeeld, concludeerden vorig jaar dat hoogstwaarschijnlijk sprake is geweest van penetratie. De rechtbank betrok daarbij in B's veroordeling dat Nicky op een verscholen plek lag, met zijn kleren binnenstebuiten.
Dat er geen sporen van sperma zijn aangetroffen, 'zegt niets', stelde de rechtbank. "Seksuele handelingen hoeven volgens deskundigen niet per se sporen achter te laten."
Videoboodschap
B. heeft altijd ontkend iets met de dood van de jongen te maken te hebben. In een videoboodschap, die vorig jaar op de eerste zittingsdag van de inhoudelijke behandeling in de rechtbank werd getoond, vertelde hij dat hij het lichaam van Nicky destijds had zien liggen, maar de jongen was toen al dood. Naar eigen zeggen had hij dat nooit durven te melden bij de politie omdat hij een zedenverleden heeft.
Onlangs meldde justitie dat Jos B. in de gevangenis in Vught tegen medegevangene Bekir E. zou hebben toegegeven wel de dood van Nicky op zijn geweten te hebben: