Ongewenste zoen of voelen aan billen: 'Taakstraf van 80 uur redelijk'
Een ongevraagde kus op de mond van een voetbalster, een tik op de billen van een tv-journalist; twee voorbeelden van 'feitelijke aanranding van de eerbaarheid', zoals het in artikel 246 van het Nederlandse Wetboek van Strafrecht heet. Welke straf krijg je hier in Nederland eigenlijk voor? "Wat voetbalbestuurder Rubiales deed is natuurlijk ongepast, maar betwijfel of een rechter dit strafbaar zou vinden."
Een gevangenisstraf van acht jaar staat er maximaal op 'feitelijke aanranding van de eerbaarheid'. Maar zo'n hoge straf wordt hiervoor zo goed als nooit opgelegd, zegt de Tilburgse strafrechtadvocaat Joris van 't Hoff. Hij is ook aangesloten bij zedenadvocaat.nl, een verbond van advocaten die zedenzaken voeren. Elke zaak is anders, zegt Van 't Hoff, en de straf hangt van de omstandigheden af.
80 uur taakstraf
Van 't Hoff noemt de zaak van de voorbijganger die een Spaanse tv-verslaggeefster een tik op haar billen gaf. "Die man heeft vrij duidelijk een seksuele bijbedoeling. Daarmee is het al snel bewezen als een geval van 'feitelijke aanranding', zoals bedoeld in het wetsartikel, of 'ontucht' zoals advocaten het vaak uitdrukken. Daardoor zal een rechter in de regel sneller tot een veroordeling komen."
Bij een tik op de billen zal een Nederlandse rechter, als het oordeel 'schuldig' luidt, meestal een taakstraf opleggen volgens de advocaat. "Bijvoorbeeld tachtig uur taakstraf. Dat is een redelijke straf in zo'n geval."
In geval van verkrachting, dat overigens in een ander wetsartikel staat, kan de straf oplopen tot twaalf jaar.
Beelden van de tv-journalist die betast wordt zie je hier:
Letterlijke tekst artikel 246 uit het Wetboek van Strafrecht
Hij die door geweld of een andere feitelijkheid of bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid iemand dwingt tot het plegen of dulden van ontuchtige handelingen, wordt, als schuldig aan feitelijke aanranding van de eerbaarheid, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste acht jaren of geldboete van de vijfde categorie.
Het betasten van borsten of het kruis wordt zwaarder bestraft, zegt Van 't Hoff. "Dan moet je denken aan twee weken celstraf. Dat komt omdat het betasten van borsten en billen als een zwaardere inbreuk op de lichamelijke integriteit wordt beschouwd dan een tik op de billen."
Kok vrijgesproken
Maar, zegt de advocaat, 'niet elke klap op een bil is strafbaar'. Want zoals gezegd: de seksuele bijbedoeling is relevant. "Ik herinner me een zaak van een Nederlandse kok die een personeelslid herhaaldelijk op haar billen had geslagen. Die kreeg vrijspraak, omdat de rechter oordeelde dat er geen sprake was van een seksuele bijbedoeling. Dat werd gezien als een gebruikelijke omgangsvorm in die keuken, die niet seksueel bedoeld was. Het was een onderdeel van zijn normale, dagelijkse doen. Ongepast misschien, maar daarom nog niet strafbaar."
Om diezelfde reden betwijfelt Van 't Hoff ook of een Nederlandse rechter de Spaanse voetbalvoorzitter Rubiales zou veroordelen voor de kus op de mond van de speelster Hermoso. "Dat hoor je natuurlijk niet te doen, het is voor haar ongewenst, en het is ook begrijpelijk dat hij niet verder kan in zijn functie, maar het is de vraag of het voor de wet strafbaar is. De context speelt mee. Hoe gebruikelijk is elkaar zoenen in de lokale cultuur, dat speelt een rol. Ik denk dat hij een redelijk verweer heeft als hij zegt dat hij geen seksuele bijbedoeling had. Hij zal zeggen: het gebeurde in de euforie, ik bedoelde er niks seksueels mee. Daar kan een rechter in meegaan."
Helft geseponeerd
Wel is de aandacht voor ongewenst seksueel gedrag enorm toegenomen, merkt de zedenadvocaat. "Sinds #metoo is het aantal meldingen verdubbeld. De zedenpolitie kan het aantal zaken ook niet aan, er beginnen wachtlijsten te ontstaan."
In zijn ervaring wordt ongeveer de helft van de aangiftes geseponeerd, meestal wegens gebrek aan bewijs. De andere helft komt wel voor de rechter. Daarvan komt het in zo'n 60 procent van de zaken tot een veroordeling, zegt Van 't Hoff, terwijl de verdachten 'bijna altijd ontkennen'. "Dat komt omdat er relatief vaak ondersteunend bewijs is, bijvoorbeeld de verklaring van een getuige. De bewijslast is niet zo zwaar als veel mensen denken."