Laatste twaalf maanden warmer dan ooit gemeten
De afgelopen twaalf maanden vormen de warmste periode ooit gemeten, met 1,3 graad Celsius hoger dan de pre-industriële tijd (rond 1850). Daarbij is er een duidelijke link met de door mensen veroorzaakte klimaatverandering. Dat blijkt uit onderzoek door Climate Central, een onafhankelijke onderzoeksgroep van klimaatwetenschappers.
Zij deden dit onderzoek in aanloop naar een nieuwe wereldwijde klimaattop, die eind deze maand begint in Dubai. Bekend is dat het huidige klimaatbeleid van alle landen bij elkaar opgeteld onvoldoende is om de doelen uit het Parijse klimaatakkoord te halen.
Eerder dit jaar waren er al berichten dat in afzonderlijke maanden recordtemperaturen werden gemeten. De onderzoekers waarschuwen dat de temperaturen verder zullen stijgen en het weer extremer zal worden totdat wereldleiders ervoor zorgen dat de uitstoot van broeikasgassen naar beneden gaat.
Extreme hittegolven
In de analyse is voor verschillende locaties verspreid over de wereld gekeken hoe groot de invloed van klimaatverandering is op de temperatuur. Eén op de vier mensen wereldwijd (1,9 miljard mensen) kreeg in die periode te maken met extreme hittegolven. Die hitte gaat doorgaans gepaard met sterke luchtverontreiniging.
Gedurende het jaar maakte 90 procent van alle mensen (7,3 miljard personen) een periode van ten minste tien hete dagen mee die extremer zijn geworden door klimaatverandering.
El Niño
Het weerfenomeen El Niño en de vermindering van de uitstoot door de scheepvaart, waardoor de lucht schoner werd maar ook de zonnestraling intenser, speelden een kleine rol. Een veel grotere factor vormt de verbranding van fossiele brandstoffen.
Onderzoeker Friederike Otto zegt: "In de 1,3 graad opwarming zit maar een klein deel natuurlijke variabiliteit. Het grootste deel komt door de uitstoot van broeikasgassen."
Situatie Nederland
De situatie in Nederland was de afgelopen twaalf maanden niet zo bijzonder. “Eigenlijk is Nederland in die periode de dans ontsprongen”, zegt Bart Verheggen van het KNMI. Maar volgens hem toont het onderzoek duidelijk aan dat mensen over de hele wereld inmiddels in een ander klimaat leven dan 150 jaar geleden. “Vooral de extremen vallen daarbij op, en juist die hebben een grote impact op het leven van mensen.”
In het rapport stippen de onderzoekers verschillende weersextremen aan. Zo waren grote delen van Zuid-Amerika veel warmer dan gemiddeld gedurende de eerste helft van het afgelopen jaar. In de Verenigde Staten vonden bij ruim twintig verschillende weersextremen meer dan 380 mensen de dood, en liep de schade op tot bijna 70 miljard dollar.
Canada en Hawaï werden getroffen door grote natuurbranden. Op Hawaï vielen daarbij 93 slachtoffers. Ook in de EU waren er gevolgen. In een deel van Spanje bijvoorbeeld vond de droogste periode in 500 jaar plaats. Door extreem weer in Afrika kwamen 15.700 mensen om.