Na hun jeugd in 'sektarisch geloof' pleegde Ellens broer drie moorden: 'Ik herken zijn woede'
Schrijfster Ellen Heijmerikx (60) groeide op in een gezin van de Noorse Broeders, een streng religieuze gemeenschap met sektarische kenmerken. Daar leerde ze haar gevoel uit te schakelen 'en te gehoorzamen'. Toen haar broer later zonder enige wroeging drie moorden pleegde, vroeg ze zich af of zij daartoe ook in staat zou zijn. "Ik herken in mijzelf ook die momenten van onredelijke woede."
Ellen Heijmerikx, toen nog een jong meisje, sloop eens op haar tenen haar slaapkamer uit. Stiekem ging ze boven aan de trap een gesprek zitten afluisteren. Een echtpaar had haar vader, een leider in de religieuze gemeenschap Noorse Broeders (door ex-leden vaak een sekte genoemd), om hulp gevraagd.
"Die vrouw had al twaalf kinderen gekregen", zegt Ellen. "Ze kon niet meer. Haar lichaam was op, hoorde ik haar zeggen. Ze was doodmoe. Nog een kind krijgen kon ze niet verdragen. En ze vroeg mijn vader of het alsjeblieft klaar mocht zijn."
Haar lichaam was niet van haarzelf
Met ingehouden adem luisterde Ellen. Ze hoorde hoe haar vader zijn bijbel erbij pakte. Het geritsel van papier. "Toen wist ik het al. Die vrouw was kansloos."
Vervolgens legde Ellens vader die vrouw geduldig uit dat haar lichaam niet aan haarzelf toebehoorde. Het was van haar man. Zij moest hem gehoorzamen. "Daar kwam nog bij dat ze alle kinderen van God moest aanvaarden. Deed je dat niet, dan kwam je in opstand tegen God. En met die realiteit werd ze weer naar huis gestuurd."
Het was een sleutelmoment in haar leven, zegt Ellen nu. Ze besefte dat ze een bestaan van totale gehoorzaamheid tegemoet zou gaan. Een gevoel van instinctieve weerstand kwam boven. Het zaadje van de onvermijdelijke breuk met de Noorse Broeders was geplant.
"Maar het gekke is dat ik tegelijk heel braaf was. Enerzijds wist ik dat ik niet zo kon leven, anderzijds probeerde ik toch mezelf in het keurslijf te persen. Want je weet niet beter of God heeft een plan met je. Ik durfde daar niet tegenin te gaan. Daarom heb ik gebeden of ik kon veranderen. Of ik een goed meisje kon worden."
Spontaan en uitbundig zijn was verboden
Ze had een goede band met haar broer, Egbert, de moordenaar uit de titel van haar boek. Hij was acht jaar ouder. Na hem kwamen er drie zusjes, van wie Ellen de jongste is. Om medische redenen bleef het bij die vier kinderen. "Anders waren het er misschien ook wel twaalf geworden, want voorbehoedsmiddelen zijn natuurlijk strikt verboden."
Waar ze met een guitig lachje aan toevoegt: "Het zaad zou niet zijn verspild."
"We leefden heel strikt volgens de letter van de bijbel", zegt Ellen. "Geen televisie. Geen wereldse muziek, geen boeken. Meisjes en vrouwen moesten drie passen afstand houden van mannen. Tijdens samenkomsten, zoals dat heette, zaten de mannen vooraan en wij achterin de zaal. Spontaan en uitbundig zijn was verboden."
Ze moesten opgroeien als 'volmaakte' kinderen, zegt Ellen. "En dat werd ons niet alleen met geestelijke indoctrinatie bijgebracht, maar ook fysiek. We leerden het verschil tussen goed en kwaad door tucht. Door klappen. De blinde gehoorzaamheid werd er letterlijk in geslagen. Je leert je eigen gevoel uit te schakelen, je instincten te negeren. Goed is goed, kwaad is kwaad, er is geen middenweg."
Het was Egbert die de meeste klappen kreeg. "Mijn vader sloeg niet graag meisjes. Al deed hij het wel als het nodig was, althans nodig volgens de Noorse broeders."
Wie zijn de Noorse broeders?
Een christelijke geloofsgemeenschap die in het begin van de 20ste eeuw werd gesticht in Noorwegen. Tegenwoordig heeft de beweging naar schatting tussen de 20.000 en 40.000 leden wereldwijd. In Nederland zouden er een kleine 2000 leden zijn.
Vanwege de strenge opvatting van de bijbel wordt het geloof vaak 'sektarisch' genoemd. De gelovigen wijzen homoseksualiteit, abortus en voorbehoedsmiddelen af, en de leden hebben weinig contact met mensen van buiten de eigen kring.
Sinds januari 2023 is het geloof in Nederland officieel erkend als kerkgenootschap. Tegenwoordig noemt de Nederlandse afdeling zich Brunstad Christian Church Nederland.
Ze herinnert zich een tekening die ze maakte. In dezelfde straat als waar ze woonden, in Beverwijk, zat een kapsalon. Daar hing een poster in het raam van een vrouw met keurig gekapt haar, 'een mooi pagekopje'. Ellen, nog geen tien jaar oud, pakte een stuk papier en tekende de vrouw op die poster na. "Ik werd geslagen en begreep eerst niet waarom. Bleek dat ik de zonde van aardse ijdelheid had begaan. En dat moest natuurlijk afgeleerd worden."
Volgens haar vader was dat in het geval van Ellen nog een bijna heilloze weg: "Toen ik een jaar of twaalf was, zei hij al tegen me dat ik nooit een goede vrouw zou worden. Ik was te nieuwsgierig. Ik stelde overal vragen over, gek werd hij ervan. Het heeft nooit geboterd tussen ons."
Wat haar ouders 'bezield' heeft, heeft wellicht te maken met de Tweede Wereldoorlog. "Mijn vader was in die jaren een tiener. Mijn moeder was iets ouder, een late tiener, een jonge vrouw al. Zware jaren. Ze moeten na het einde van de oorlog geloofd hebben in het verhaal van deze beweging, dat we op aarde al volmaakt konden worden. Dat we het begin waren van een wereld die vrede zou kennen. De buitenwereld was slecht, maar wij waren uitverkoren om het goede voorbeeld te geven aan de rest van de mensheid."
'Ik had genoeg van die achterlijke broeders'
Als late tiener ging Ellen het huis uit. Ze ging in een kamer wonen die Egbert voor haar huurde. Toch duurde het nog een paar jaar voordat ze definitief met het genootschap brak.
"Ik denk dat ik 24 was toen ik er definitief mee brak. Zij denken dan dat je voor de zonde bent gevallen. Maar ik had gewoon genoeg van al die achterlijke broeders met hun superieure, schijnheilige praatjes. Continu werden er meisjes seksueel misbruikt, en die werden dan geacht die broeders meteen weer te vergeven. Verschrikkelijk gewoon."
Ze ontmoette Harald, trouwde met hem in 1995. Samen kregen ze een zoon, inmiddels 26. In IJmuiden begonnen ze een bloemenwinkel, waarvan ze nu, na vele mooie jaren, afscheid aan het nemen zijn.
Met haar jeugd had ze lang geleden afgerekend – althans dat dacht ze. Want toen kwam die schokkende mededeling die alles onverwacht overhoop gooide.
Wat daaraan vooraf ging: Egbert had in Nederland goed geboerd met de verkoop van zijn bedrijf, dat partytenten verhuurde. Hij was een nieuw leven begonnen in het Zuid-Amerikaanse land Belize, waar hij een luxe woning had laten bouwen. "Een schitterend huis", zegt Ellen. "Gebouwd met bouwmaterialen uit Europa en een hardhouten ombouw. Een paradijsje."
Opeens had Egbert twee pistolen vast
Op een avond in 2013 werd Egbert, toen hij thuiskwam met een prostituee aan zijn arm, belaagd door drie overvallers. Een ernstige mishandeling volgde. "Ze hebben hem voor dood achtergelaten."
Egbert zocht hulp bij de politie, maar die haalden hun schouders op over het incident. "Op dat moment moet er iets bij hem geknakt zijn", zegt zijn zus.
In die jaren ging Ellen elk jaar naar Belize voor een vakantie bij haar broer. Heerlijke weken. Wandelen, varen, uitkijken over de zee en kletsen, eindeloos kletsen. In 2014, een jaar na die mislukte overval, zaten ze samen op de veranda te kletsen. Ze hadden rum gedronken, waren een beetje dronken geworden. Opeens stond Egbert voor haar met twee pistolen in zijn hand. Als ze ooit problemen kreeg, hoefde ze het maar te zeggen, hij zou het wel regelen.
"En vervolgens begon hij te vertellen hoe hij wraak had genomen. Hij had gedegen onderzoek gedaan naar de daders. Hij had hulp ingehuurd. Wapens gekocht. En toen heeft hij die drie overvallers opgezocht en ze gedood."
Een schok, zegt Ellen. Totale ontreddering. Alles om haar heen kwam tot stilstand.
Ellen en haar momenten van onredelijke woede
Meer dan door de moordpartij zelf was ze verbijsterd over de manier waarop hij het vertelde. "Geen enkele wroeging. Hij leek er zelfs een beetje trots op te zijn. Zo deed je dat nu eenmaal, leek hij te denken. Hij had zijn zaken geregeld."
Tegelijk werd ze meegesleurd door een gevoel van ongemak. Niet over Egbert, maar over haarzelf. Over haar eigen normen en waarden, haar eigen instincten. "Langzaam bekroop me de vraag of mij dat ook zou kunnen overkomen. Kan ik in zo'n positie van woede en onmacht ook zo'n daad plegen? Want, ik moet daar eerlijk over zijn: ik herken in mijzelf ook die momenten van onredelijke woede. Soms staat mijn woede totaal niet in verhouding tot het onrecht dat ik ervaar."
Voor haar roman, die voor een belangrijk deel gaat over Egbert én over het ontstaan van sektes in het algemeen (en die anders afloopt dan de werkelijkheid), stelde ze zichzelf die vraag: kon zij ook een moord plegen? Een duidelijk antwoord is moeilijk te geven, geeft ze toe. "Ik hoop het niet, maar ik sluit het niet uit. Er zijn omstandigheden waaronder je tot veel in staat bent."
Egbert was getekend door hun jeugd, zegt Ellen. "Er was in onze jeugd geen ruimte voor empathie, of gevoel, of emotie. Je werd geleerd je spontaniteit en instinct uit te schakelen. Je had goed en je had het kwaad, meer niet. En op kwade daden stond een straf."
De twee gezichten van broer Egbert
Overigens wil ze benadrukken dat ze Egbert niet wil vrijpleiten. "Allerminst. Wat hij gedaan heeft, is afschuwelijk."
Haar stem trilt van boosheid als ze vertelt dat Egbert, bij het verkopen van zijn bedrijf, zijn zakenpartner 'zeer sterk heeft benadeeld', om het zachtjes uit te drukken. "En ik vond die partner zo'n lieve man. Ik kwam er pas achter nadat Egbert het bedrijf al verkocht had. Ik vind dat echt minderwaardig en ik ben er ontzettend boos over. Vreselijk. Het tekent de twee gezichten van mijn broer. Hij kon ontzettend lief zijn, maar ook ongenadig hard. Dat heeft te maken met het uitschakelen van je gevoel, zoals het er vroeger in geslagen is. Dat kan niet anders."
Bestraft werd Egbert niet voor zijn daad in Belize. De politie heeft er zelfs nooit serieus onderzoek naar gedaan, voor zover Ellen weet.
Begin 2020 werd Egbert ziek. Hij bleek prostaatkanker te hebben, met uitzaaiingen. Hij legde zich neer bij zijn lot. Echte pogingen om nog beter te worden, ondernam hij niet. In november 2020 overleed hij in Belize.
Beschadigd door opvoeding
Ellen is door het schrijven van het boek veranderd, denkt ze. "Ik heb ook gesproken met andere ex-leden van de Noorse broeders, en ze zeggen allemaal dat gevoel te herkennen van onredelijke boosheid en overdreven kunnen reageren. We zijn beschadigde mensen. Nu ik dat in mezelf kan herkennen, en erkennen, roep ik mezelf in momenten van boosheid tot de orde: reageer je niet een beetje te sterk? Sta je wel zo sterk in je recht als je denkt?"
Ze leunt iets naar voren en zegt, vlak voordat ze in lachen uitbarst: "Dus je zit hier redelijk veilig."
Zondaginterview
Elke zondag publiceren we een interview in tekst en foto's van iemand die iets bijzonders doet of heeft meegemaakt. Dat kan een ingrijpende gebeurtenis zijn waar diegene bewonderenswaardig mee omgaat. De zondaginterviews hebben gemeen dat het verhaal van grote invloed is op het leven van de geïnterviewde.
Ben of ken jij iemand die geschikt zou zijn voor een zondaginterview? Laat het ons weten via dit mailadres: zondaginterview@rtl.nl
Lees hier de eerdere zondaginterviews.