60 uur feesten in nieuwe club in Utrecht: 'Soort festival dat niet stopt'

Kabul à Gogo zit in het voormalige Central Studios bij het Werkspoorgebied in Utrecht. De club ligt buiten het centrum, wat betekent dat er geen limiet geldt voor hoe lang het feest mag doorgaan. Bezoekers kunnen bij de opening vanavond al vanaf 19.00 uur in shifts van vier uur naar binnen.

Eettentjes en kiosk

Op het programma staan dj's en Afghaanse acts en internationale artiesten worden ingevlogen om entertainment in de diepe nachtelijke uren te verzorgen. "In Duitsland is het de normaalste zaak van de wereld", vertelt Omar Waseq, uitbater van Kabul à Gogo aan Editie NL. "In Nederland hebben we aardig wat nachtclubs, maar dit is toch wel wat anders."

Clubgasten kunnen niet alleen drankjes maar ook eten kopen in de club en is er een kiosk waar men terechtkan voor bijvoorbeeld de krant of een tandenborstel. "Dat laatste maakt het een soort campingfestival dat het hele weekend kan doorgaan, een festival dat niet stopt."

Het klinkt veelbelovend, maar Kabul à Gogo is niet de eerste club die het concept van dagenlang feesten uitprobeert, vertelt Timo Koren, docent culturele economie aan de Universiteit van Amsterdam (UVA). "Trouw in Amsterdam was volgens mij de eerste club met een 24-uursvergunning", zegt Koren. "Je hebt ook wel andere feesten die het proberen, zoals de Breakfast Club, waarbij je van een ander feest kan komen. Maar ook VBX, De School en Garage Noord doen of deden het weleens. Al gebeurt dat niet op dezelfde schaal als in Berlijn."

Tijd verdwijnt

"Voor de bezoeker is het een voordeel dat je een soort tweede nieuwe piek ingaat", gaat hij verder. "Tijd verdwijnt voor je gevoel als je lang in zo'n club staat en je krijgt een gevoel van samenzijn met mensen die van dezelfde muziek houden. De normen die je overal voelt, dat je op de tijd moet letten, die vervallen."

Volgens Koren is het idee interessant om toeristen te lokken naar de stad. "Utrecht is een relatief kleine stad en heeft misschien ook minder toeristische aantrekkingskracht die De School in Amsterdam had", licht de economiedocent toe. "In Amsterdam hoorde je wel dat Airbnb's echt informatie gaven over clubs en dergelijke. De vraag is alleen of de clubbezoekers het in gang kunnen houden."

Cultureel 

"Het is ook een beetje een cultureel ding", vult muziekwetenschapper en dj Victor Coral (AEMA) aan. "Als ik naar Berlijn ga, ga ik ook wel voor de clubs. Toeristen komen echt voor die clubs en die stellen zich daarop in. Mensen komen ook naar Nederland om festivals te bezoeken bijvoorbeeld."

Volgens Coral is het aantrekkelijk dat het publiek in shifts naar binnen kan. "Er staan mensen die al twintig uur bezig zijn, maar er komen ook mensen fris binnen: dat zorgt voor een mooie mix. En voor mij persoonlijk heeft het een enorme meerwaarde dat je zondagochtend ergens naartoe kan tot 's avonds."

"Dan sta je bijvoorbeeld twaalf uur in een club en 's avonds lig je gewoon weer in je bed. Maar het is ook gewoon tof dat je weet dat je nooit meer naar huis hoeft. Al is het niet voor iedereen: het is wel voor een bepaalde slag mensen die zich hier tot aangetrokken voelt."

Niet rendabel

Toch zitten er ook wat haken en ogen aan dagenlange feesten organiseren. "Ik denk dat niet dat er genoeg animo is om dat elke week te doen", vervolgt economiedocent Koren. "Het is financieel totaal niet rendabel: een club moet geld verdienen tussen best specifieke uren, bijvoorbeeld tussen 12 en 5. Clubs verdienen geld met tickets en drank verkopen, maar hoe langer het feest duurt, hoe minder drank je verkoopt. Dat zijn dus geen rendabele uren en daarbij moet je ook nog eens meer dj's boeken. Daardoor is het financieel lastig rond te krijgen."

Kabul à Gogo is vooralsnog van plan om reguliere openingstijden aan te houden met zes 'weekenders' in het eerste jaar.