'Kenmerken van apartheid' en bombardementen: hoe onderdrukking Palestijnen op de Westoever treft
Bij een 'zeer grootschalige inval' door Israël gisteren op de gedeeltelijk bezette Westelijke Jordaanoever zijn zeker tien mensen omgekomen. Het gaat om een van de grootste invallen op de Westelijke Jordaanoever in tijden. "Er wordt van alles gedaan om de Palestijnen het leven lastig te maken", zeggen experts.
Sinds 7 oktober zijn de ogen van de wereld vooral gericht op Gaza en Israël, maar ook Palestijnen op de Westelijke Jordaanoever ervaren de consequenties van de oorlog. Het Israëlische leger (IDF) viel gisteren de Palestijnse steden Tubas, Jenin en Tulkarem binnen en zette daarbij honderden militairen, drones, sluipschutters en bulldozers in. Israël wilde volgens buitenlandminister Katz met de aanval bewapende militanten uitschakelen. Minstens tien Palestijnen kwamen om het leven, onder wie vijf vrouwen en drie kinderen.
Zwaarbewapend
Volgens de BBC zijn dit de grootste militaire acties van Israël op de Westelijke Jordaanoever sinds 2005. Het Palestijnse gebied ligt op 50 kilometer ten oosten van de Gazastrook en huisvest zo'n drie miljoen Palestijnen, 700.000 Israëlische kolonisten en duizenden Israëlische soldaten. De laatste twee groepen zijn bijna allemaal bewapend. De Westelijke Jordaanoever is volgens het internationaal recht Palestijns, maar wordt sinds 1967 bezet door Israël. Het Internationaal Gerechtshof oordeelde dit jaar dat de bezetting illegaal is.
Een aantal steden, waaronder Jenin en Tulkarem, valt officieel onder Palestijns bestuur. "Je ziet daar geen bezetting, tenzij Israël dat wil", zegt Midden-Oosten-verslaggever Pepijn Nagtzaam. Militairen vallen daar regelmatig binnen. "Het feit dat het met zoveel machtsvertoon kan, laat zien hoe de bezetting in elkaar zit."
Sinds 7 oktober zijn 628 Palestijnen omgekomen op de Westoever, waaronder 164 kinderen. Aan Israëlische zijde vielen 24 doden.
Veel Palestijnen gaan gebukt onder de Israëlische militaire aanwezigheid op de Westelijke Jordaanoever. Hun bewegingsruimte is beperkt, er zijn meer dan honderd door Israëlische soldaten bemande checkpoints. "Palestijnen hebben geen poot om op te staan. Als een Israëlische soldaat wil dat een Palestijn vijf uur bij een checkpoint staat en niet op zijn werk komt, gebeurt dat", vertelt Nagtzaam.
Dat heeft de correspondent zelf ook meegemaakt samen met zijn crew. "Ik stond bij zo'n checkpoint waar onze paspoorten werden afgepakt. Toen ik vroeg waarom, kreeg ik geen antwoord. Pas na drie uur kreeg ik mijn documenten terug. Ik heb verder geen idee wat ze ermee hebben gedaan."
Onderdrukking bij checkpoints
Sommige Palestijnen worden uren vastgehouden bij checkpoints zonder te weten waarom. Ze krijgen daar soms te maken met fysieke en psychologische mishandeling. Maar ook in hun eigen huizen zijn ze niet altijd veilig. Soldaten mogen namelijk op elk moment bij mensen binnenvallen. Volgens Peter Malcontent, expert in het Israëlisch-Palestijns conflict, kunnen Palestijnen op elk willekeurig moment worden vastgezet voor een maximum van vier maanden, zonder reden en zonder eerlijk proces. Israël noemt dat 'administratieve detentie'.
Volgens verschillende mensenrechtenorganisaties, waaronder de Israëlische B'Tselem, worden meer dan 1000 Palestijnen op deze manier vastgehouden, waaronder meer dan 100 kinderen. De reden varieert van stenen gooien naar een militair voertuig tot een middelvinger opsteken. Volgens Palestijnse mensenrechtenorganisaties zijn er zelfs Palestijnen opgepakt vanwege het delen van berichten op sociale media en worden Palestijnen gemarteld en vernederd in gevangenissen.
Israëlische kolonisten worden heel anders behandeld dan Palestijnen. Zij vallen onder het civiele recht, terwijl Palestijnen onder het militaire recht vallen, vertelt Malcontent. "Als Palestijn op de Westoever ben je voor de militaire rechter per definitie slechter af." Volgens het Internationaal Gerechtshof maakt Israël zich mede daarom schuldig aan kenmerken van apartheid op de Westelijke Jordaanoever.
Judea en Samaria
Radicale kolonisten steken regelmatig grond van Palestijnen in brand, slachten hun schapen af, vergiftigen hun waterputten en schieten op burgers, zegt Malcontent. Israëlische soldaten doen daar volgens hem niks tegen. "Als kolonisten Palestijnse dorpen aanvallen, staan ze erbij en doen ze niks."
Veel kolonisten, waaronder de twee uiterst rechtse ministers, zien de Westoever als Israëlisch grondgebied. "Dat noemen ze Judea en Samaria, uit het oude Bijbelse Israël. Ze zien dat als integrale onderdelen van de staat Israël. Dat past in hun streven om Palestijnen weg te krijgen", zegt Malcontent.
Nederzetting begint vaak met één camper
Die nederzettingen worden bewoond door een groeiend aantal Israëlische kolonisten. "Dat begint dan met een camper, daarna een huis met een hek eromheen, dan vijftig huizen, en vervolgens wordt er een straat gebouwd. Voor je het weet staan er honderden huizen met een betonnen muur. Dan is die 'stad' opeens een stukje Israël", vertelt correspondent Nagtzaam. Deze nederzettingen zijn aantrekkelijk voor kolonisten, omdat ze relatief weinig betalen voor grote woningen in een natuurrijk gebied. "Maar waarschijnlijk wordt daar een Palestijns dorp voor afgesloten."
En daar wordt volgens Nagtzaam niets tegen gedaan. "Amerika protesteert hier soms tegen, en dat zegt iets: namelijk dat de Amerikanen beginnen te begrijpen dat de nederzettingen het grootste obstakel voor vrede vormen. Maar de sancties van Amerika doen bedroevend weinig."
De correspondent maakt zich daarom zorgen over de ontwikkelingen op de Westelijke Jordaanoever, waaronder de inval van een dag geleden. "Meer en meer wordt op de Westelijke Jordaanoever de confrontatie aangegaan op een manier zoals in Gaza, met meer geweld. Dat zie je aan het feit dat er nu ook luchtaanvallen zijn."