In één huis in Spanje, met drie onbekende meiden, om ze te helpen: dit stel doet het
In de middle of nowhere, tussen de bergen, in Spanje, dicht bij de grens van Portugal, woont een gezin. Vader Jeroen (37), moeder Gerrianne (38) en hun drie kinderen. Boven hen zijn drie kamers, altijd gevuld door meiden die opvang nodig hebben. "In dit meidenhuis moet het veilig zijn. Dit moet een resetknop zijn."
"Pakken jullie je spullen vast?" Er klinkt gestommel door het microfoontje van hun laptop, in het gespreksscherm van Zoom gaat een deur open en dicht, er klinken voetstappen. Gerrianne zit in beeld voor het online interview, haar man Jeroen nog niet – hij moest nog éven de meiden vertellen hoe laat ze klaar moesten staan, 'en dan wel echt klaarstaan hè'. Ze gaan straks kanoën, het is tijd voor het wekelijkse uitje, het enthousiasme was onverdeeld groot, 'maar kom morgen maar niet hier om ze te horen klagen over spierpijn', grijnst Jeroen – als hij in beeld verschijnt en gaat zitten.
Het verhaal van Jeroen en Gerrianne is zoals het tv-programma Ik vertrek. Maar dan zonder een achterstallig oud kasteel of vervallen camping. Ook zonder de plannen iets te verbouwen tot een bed & breakfast. Wel met een plan om in een huis in een piepklein Spaans dorpje te gaan wonen waar tienermeiden worden opgevangen. Meiden die 'even weg moeten van thuis', die soms worden omringd door verkeerde vrienden, flirten met drank, jointjes, drugs. Sommigen hebben een trauma, worstelen met een scheiding, spijbelen aan de lopende band, maken ruzie met leraren, ouders, 'of iedereen die ze tegenkomen', en van sommigen zijn vermoedens dat er contact is met een loverboy – een van de redenen dat het adres geheim blijft.
Liefde op het zoveelste gezicht
Het stel ontmoette elkaar dertien jaar geleden in Amsterdam, net na hun studententijd, bij een christelijke organisatie die zich inzet voor tieners. Het was voor Gerrianne liefde op het eerste gezicht, voor Jeroen liefde op het zoveelste gezicht, want het duurde een jaar. "Ik heb braaf op hem gewacht", grijnst Gerrianne. Jeroen: "Op het moment dat onze wegen zouden scheiden, zag ik het licht."
Gerrianne was fysiotherapeut, Jeroen werkte al met jongeren in de Jeugdzorg, hij wilde graag 'iets' betekenen voor het Nederlandse gezin. "Tijdens mijn puberteit had ik een periode waarin de relatie met mijn ouders moeilijk was", vertelt Jeroen. "Dat voelde vreemd, juist omdát we een goed gezin waren. Maar er miste iets essentieels in ons contact, ik denk dat ik échte gesprekken miste, en dat zij tegen mijn puberhouding opbotsten, want die was er ook: ga weg, uit mijn buurt. Mijn ouders accepteerden dat."
Jeroen is daar met zijn ouders samen zelf uitgekomen, 'een goede leerschool was dat', maar het liet hem ook zien: zelfs in een warm nest kunnen dingen misgaan, en kun je hulp nodig hebben.
Iets betekenen
Gerrianne wilde ook iets voor jongeren betekenen, ze dacht aan ontwikkelingswerk, emigreren naar ergens-ver-weg. Het stel trouwde, ging in Nunspeet wonen, met die dromen in het achterhoofd. En toen stuitte Jeroen ineens, toen ze twee kinderen van 3 en 4 (nu 7 en 8) hadden, op een vacature. Op LinkedIn. Via een oud-collega.
Die ging stoppen met het meidenhuis dat hij had opgericht in Spanje, waar meisjes tussen de 15 en 19 uit Nederland drie maanden kunnen blijven om de boel weer op de rit te krijgen. Rust in het hoofd te krijgen. Rust ook in het gezin. Als een soort reset. Under the fig tree heet de plek, vertaald: onder de vijgenboom. Jeroen zag het meteen voor zich: "Ik zag in Nederland vaak jongeren in de crisisopvang die daar niet per se beter van werden. Een jongen kwam dan weer terug, en rookte ineens – van zijn leeftijdsgenoten daar overgenomen."
Gerrianne, wijzend naar Jeroen: "Hij heeft de site van het meidenhuis wel tíg keer laten zien. Ik ben nú toch iets tegengekomen, met die tekst, elke keer. Maar ik was een opleiding filosofie gaan doen, studeerde af, en dacht: jahaaaaa, ik kijk nog wel een keer. En toen gingen we uiteten, zei Jeroen: 'Ik wil het er nog één keer over hebben…'"
Een paar maanden later vertrokken ze. Dat is nu drie jaar geleden.
Het huis is omgeven door een grote tuin, in een Spaans bergdorpje bij de Portugese grens. De zon schijnt nu nog volop. Het heeft drie verdiepingen, het huis is een soort villa. "Of zeg maar een omgebouwde boerderij", zegt Jeroen, "dan haal je het sjieke er een beetje vanaf." De bovenste woonlaag is de meidenverdieping, waar plek is voor drie of vier meiden vanaf 15 jaar oud.
Ze hebben een eigen slaapkamer, delen een badkamer, keuken, woonkamer en balkon. De onderste twee lagen zijn voor het gezin van Jeroen en Gerrianne. "De meiden wonen bij ons semi-zelfstandig. Als we willen, kunnen we bij momenten langs elkaar heen leven. 's Ochtends vroeg ontbijten wij met het gezin, we verwachten dat ze dan hun eigen boontjes kunnen doppen – of, ontbijt maken in dit geval."
Mentale veerkracht
"Een meissie dat 24/7 nabijheid en begeleiding nodig zou hebben, past hier niet", zegt Gerrianne. "We zijn altijd eerlijk, hebben een aantal intakes, ook met de omgeving van het kind. We willen niet zomaar een bed vullen hier, we willen echt dat deze plek iemand vooruit helpt. We verwachten best veel van hun mentale veerkracht. Spanje is voor hen dan wel een vakantieland, maar het is hier geen luilekkerland." Jeroen: "Het kost ze altijd wat. Als ze hier komen."
En dan doelen ze niet op geld. Maar: moeite. Energie. Heimwee, misschien. Confrontatie met dat wat thuis moeizaam gaat. Jeroen: "Ze zitten drie maanden ineens bij een vreemd gezin in huis, in een vreemd land. Het is heel ongemakkelijk hoor, als je een jaar lang elke dag tot 4 uur in je bed hebt gelegen, en dan ineens elke ochtend om 8 uur wordt opgetrommeld door vreemde mensen."
Overigens: Gerrianne en Jeroen roepen in de ochtend één keer naar boven, 'wakker worden!', en voor de rest mogen ze het zelf doen. "Ze komen hier omdat het thuis niet van een leien dakkie gaat, en moeten veel dingen doen die ze moeilijk vinden. We kauwen niets voor." Om maar wat te noemen: hun telefoon inleveren om los te komen van hun omgeving, ruimte te maken voor zichzelf, 'een van onze effectiefste maatregelen'. Ze moeten zelf voor hun avondeten zorgen, Gerrianne neemt ze mee naar de supermarkt, en de meiden krijgen een boodschappenbudget. "Ik sta soms echt met verbázing, maar ook lachend, naar hun eetkeuzes te kijken. Drie pakken soesjes, 'maar ik vind soesjes gewoon heel lekker'. Oké meid."
"En wat ik ook áltijd zie, de eerste week: ze gooien hun karretje vol met groente, fruit." Gerrianne lacht. "Dan doen ze zich nog voor als de persoon die ze wíllen zijn. Na een week ligt die groente verschimmeld in de hoek en worden ze gewoon die persoon die van diepvriespizza houdt.
Het zijn pubers, zegt het stel, pubers die de grip kwijt zijn op hun leven. "Het hoeft niet altijd dramatisch te zijn, hoor. De échte probleemgevallen, meiden die echt verslaafd zijn of ernstige psychische problemen hebben, die komen hier niet. Omdat we juist nog een bepaalde mate van zelfstandigheid vragen."
Zeg... Hoe is het met...
Jeroen noemt het huis 'een verlengstuk van de Nederlandse jeugdzorg'. "We werken veel samen met de betrokken hulpverleners in Nederland. De meiden leren hier plannen. Gezonde keuzes maken. Elke middag koken Jeroen, Gerrianne en de meiden met elkaar, soms een pastaatje, salade, groente-vlees-en-aardappelen of ovenschotel. Af en toe brengt een meisje een recept vanuit haar eigen cultuur in, eten ze Surinaams, Grieks, Marokkaans, Indonesisch.
"Dat koken werkt altijd heel goed, toch?" zegt Gerrianne, terwijl ze haar man aanstoot. Die knikt: "Dan komen de gesprekken waar je al weken op loopt te azen." Gerrianne: "Soms is het gewoon makkelijker praten als je samen een uitje staat te snijden, zij aan zij. Dat je dan terloops kan vragen: 'Héé, hoe zit het eigenlijk met die ene jongen…"
Dan wordt het gesprek onderbroken. Er gaat een deur open, de camera wordt even aan de kant geschoven om de privacy van de meiden te waarborgen. "Hello ladies!" zegt Gerrianne. "Hooooooi. Is dat mijn laptop?" vraagt een van de meiden. "Nee, dit is onze laptop." "Oooooooh…", zegt ze, een giechel.
Het korte gesprekje dat volgt klinkt gezellig, en dat is het ook, 'doorgaans', maar, geen illusies: het zijn pubers, die vaak moeite hebben met emoties. "Het kan soms knallen. Dat is ook leerzaam: hoe bied je je excuus aan, hoe reflecteer je op je eigen gedrag? Daarover gaan we dan met ze in gesprek", vertelt Jeroen. Gerrianne: "Eén keer hadden we een heel heftige groep. Een heksenketel. Toen maakte een meisje wel spullen kapot, van woede. Weet je dat nog, Jeroen?" Jeroen knikt. "Toen was jij de kinderen van school halen…" Gerrianne: "We liepen de oprit op, jij hing uit het raam, en je riep: 'Gaan jullie maar even naar de Burger King'. Toen wist ik genoeg."
MP3-speler
Na het eten is het, 'we hebben het immers over Spanje', tijd voor een middagdutje, een siësta, en voor de meiden de mogelijkheid een sigaretje te doen, even op de kamer te zijn, zich terug te trekken. Het middagprogramma bevat elke dag iets anders. Budgetteren, plannen, presenteren, een cultureel uitje. Ze maken een moodboard: dit ben ik, dit zijn mijn doelen.
Ze sporten in de sportschool, voor muziek hebben ze een MP3-speler in, waar ze van tevoren over zeiden: 'Wát is dát?' Ze trekken de natuur in, voor een bergwandeling, zo'n berg die de gemiddelde puber vervloekt, dat is in Spanje niet anders, grijnst Jeroen, 'maar uiteindelijk kijken ze er elke keer met plezier op terug'.
Ze hebben altijd tegen elkaar gezegd: onze eigen kinderen gaan voor. "Al loopt het soms wel door elkaar heen, hoor, en eten we ook samen met die meiden. Ze zien die meiden ook vooral als leuke buurmeisjes."
Laatst appte een van hen Jeroen, 'wat was dat recept van die lekkere zalmschotel ook alweer, ben voor m'n moeder aan het koken'. "Ja, dan krijgen wij echt zo'n yes-gevoel", zegt Jeroen.
En soms ook niet. Krijgen ze opmerkingen die je niet wilt krijgen. Gerrianne: "In theorie laat je zoiets heel kalm van je rug afglijden. Maar soms zijn wij ook moe, raakt het ons. Dan kun je echt de raarste dingen denken: ik zet je morgen op het vliegtuig, ondankbaar nest. Maar je weet ook: die gedachtes zijn onterecht. Bovendien: ze hoeven niet dankbaar te zijn. En vaak kun je ook wel inzien: och, wijffie, jij hebt zo veel pijn, ik snap wel dat je je zo afreageert. Dit was misschien niet gebeurd als er beter voor je was gezorgd."
Géén sneer
En dat is, benadrukken ze beiden, géén sneer naar de ouders toe. Jeroen: "We hebben een keer per week een online gesprek met de ouders erbij, vind ik altijd het allerleukste. Omdat je heel snel verbetering ziet, ouders willen écht. En ik zie ook: ze hebben nagenoeg altijd het beste met hun kind voor, maar er moet gewoon even iemand van buitenaf meekijken." Gerrianne: "Je zou ons ook, na deze ervaring, nooit horen zeggen: zoiets overkomt ons niet."
"En soms is het verdrietig", vervolgt Jeroen, "als je bij bepaalde jongeren ziet dat de ouders zo belast zijn met hun eigen ellende, hun eigen pijn, waardoor er te weinig ruimte voor hun kind is. Dat houdt me dan wel langer bezig dan ik zou willen."
Ze hebben wel 'loslaat-afspraken', om niet helemaal opgeslokt te worden door hun werk. Als het datenight is, ongeveer twee keer per maand, dan is het: niet praten over werk. Voor de slaapkamer geldt dezelfde regel. "Ze kunnen je hersenjeuk bezorgen, onder je huid kruipen: dat je eraan blíjft denken. Afstand is soms goed. We zeggen ook weleens, als ze té veel toenadering zoeken: 'We zien dat je het heel gezellig vindt bij ons, maar je moet op die en die tijden toch echt zelfstandig boven zijn, en het zelf gaan doen. Thuis is uiteindelijk jouw wereld.' Dat proberen we ze te leren."
Nederigheid
En in retour krijgen ze ook lessen van de meiden. "We hebben geleerd ons oordeel op te schorten", zegt Jeroen. Gerrianne: "Je kan zo snel denken te weten wat voor een jongere het beste is, en wat de ouders verkeerd doen, maar uiteindelijk is het leven en een gezin zo veel complexer dan dat."
Genadig zijn, leren ze ook, en nederig zijn, sorry zeggen als je 'per ongeluk een keer uit je slof schiet'. "We zijn zelf ook mensen. En dat laten we ook zien", zegt Gerrianne. Zoals laatst, toen een meisje vroeg wat Gerrianne ging doen toen ze met haar sporttas het huis verliet. "Sporten", zegt Gerrianne. "Oooh", zei het meisje, "want jij hebt ook tijd voor jezelf nodig."
Het werk is zwaarder dan ze dachten, ze waren afgelopen zomer dicht, een pauze. "We liggen echt weleens te malen in bed, als we ze boven weer eens horen." Ze hebben een Raad van Advies, ze hebben veel contact met een gedragswetenschapper, krijgen hulp van een vrijwilliger, 'een heldin', uit de buurt, die regelmatig met ze naar de lokale markt gaat.
Mooier
Het werk is ook mooier dan ze dachten. Het wonen in de natuur, de kinderen 'zijn zo vrij als vogeltjes', spreken vloeiend Spaans, hebben een leven hier. Het gezin wandelt elke zondag in een halfuurtje naar het kerkje in het dorp, heuvel afwaarts, voor een korte dienst. De agenda is verder heerlijk leeg, op fijne vrienden- en familiebezoekjes na, hun gastenkamer is vaak bezet.
Gerrianne: "We leven het leven waar we allebei van droomden. Ik moet ook zo vaak lachen om die meiden. Om hoe ze denken dat het hele leven om hén draait, hallóóhóó! Heerlijk. En als we dan te horen krijgen van die meiden dat ze geslaagd zijn, of 'het gaat goed thuis bij papa en mama', ja, wauw, trots." Jeroen, die opstaat om alvast de kanospullen te pakken: "Het is zo fijn om die meiden dan gelukkig te zien."
Zondaginterview
Elke zondag publiceren we een interview in tekst en foto's van iemand die iets bijzonders doet of heeft meegemaakt. Dat kan een ingrijpende gebeurtenis zijn waar diegene bewonderenswaardig mee omgaat. De zondaginterviews hebben gemeen dat het verhaal van grote invloed is op het leven van de geïnterviewde.
Ben of ken jij iemand die geschikt zou zijn voor een zondaginterview? Laat het ons weten via dit mailadres: zondaginterview@rtl.nl
Lees hier de eerdere zondaginterviews.