Dorette ging gezond leven toen bleek dat haar baby chronisch ziek was, nu rent ze zes marathons
'Hoe houd je het toch vol?' Een vraag die Dorette Duurkoop (36) vaak krijgt. Naast de intensieve mantelzorg voor haar zoon is ze zzp'er, oprichter van een G-team in het jeugdvoetbal en sport ze bijna elke dag. Vandaag loopt ze in New York één van zes marathons. "Het is niet altijd zo geweest. Voor de geboorte van Rico was ik een lui, dik wijf."
"Ik weet zelf soms ook niet waar al die energie vandaan komt", lacht Dorette, als ze terugdenkt aan de persoon van negen jaar geleden. "Ik was veel te dik. Altijd moe. Ik was nooit sportief. Echt nul, min honderd zelfs."
In 2015 woog Dorette 120 kilo. Ze woonde, net als nu, samen met haar man Hans en toen 6-jarige zoon Glenn in Zuidwolde. In die tijd had ze een bescheiden zangcarrière. Ze trad op met Nederlandstalige nummers en deed mee aan het programma Bloed, zweet en tranen. Een ogenschijnlijk mooi leven, maar: "Het was altijd chaos in mijn hoofd."
Twee streepjes op zwangerschapstest
Chaos, al jaren. Zij en haar man Hans probeerden samen een kindje te krijgen. Een broertje of zusje voor Glenn, die ze kreeg uit een vorige relatie. Steeds de hoop van twee streepjes op een zwangerschapstest. Streepjes die ze al talloze keren had gezien. En streepjes die keer op keer eindigden in bloed.
"Zwanger raken doe ik zo, maar zwanger blijven niet. Ik had al zes miskramen gehad. Hans en ik kunnen heel veel samen, maar kinderen maken blijkt niet ons ding."
Kort na de opnames van het muziekprogramma zag ze ze weer; die twee streepjes. Dorette wachtte tot het bloed weer zou komen, maar het kwam niet. Ze bleef zwanger. "Dit kindje bleek een volhouder", toen al.
'Onderbuikgevoel'
Een kloppend hartje. Een termijnecho. Een uitgerekende datum. Dorette kon haar geluk niet op. De mijlpaal van 20 weken brak aan, zo lang had haar lichaam sinds Glenn een zwangerschap niet volgehouden. Maar de chaos, de onrust, die bleef aan.
"Ik had een onderbuikgevoel", zegt Dorette. Het was niet goed. Ze wist het. "Ik had het al een paar keer tegen Hans gezegd: er is iets mis."
Er was iets mis. Tóch iets mis. Bloed. "Ik was toen 27 weken zwanger. Het begon bij een kleine bloeding. Daarna kwam het steeds vaker. Kleine bloedingen die na een tijdje weer ophielden."
De artsen namen het serieus, en deden onderzoek. "Toen bleek dat mijn placenta aan het loslaten was. Met 32 weken had ik een hele grote bloeding." 'Nu moet je echt op bed gaan liggen', drukte de arts haar op het hart. "Maar ik deed het niet", vertelt Dorette verbeten. Chaos, nog altijd die chaos. "Ik was te druk in mijn hoofd."
'Het was heel eng en heel vies'
In de nacht van 29 op 30 oktober 2015, na 35 weken zwangerschap, werd Dorette 's nachts wakker. "Ik voelde iets wat ik het beste kan beschrijven als 'een plop'. Mijn vliezen waren gebroken. Er is iets mis, dacht ik weer."
Met de slaap nog in haar ogen voelde Dorette met haar hand bij het nachtkasje om de lichtknop te vinden. In een verlichte slaapkamer zag ze het weer. Op haar bed. Bloed. Er was overal bloed, wéér dat bloed.
"Ik stapte uit mijn bed en voelde iets naar buiten komen. Ik ging met mijn handen tussen mijn benen en dacht een hoofd te voelen. Het leek net alsof mijn kind uit elkaar viel." In paniek strompelde Dorette naar de badkamer. Achter haar een rood spoor. "Het was heel eng en heel vies. Overal lagen stukken weefsel op de grond." Dit was niet de baby, maar de placenta die uit Dorettes lichaam kwam.
In het ziekenhuis stond de gynaecoloog Dorette al op te wachten. Met gierende banden was Hans met Dorette naar het ziekenhuis gereden. "Hij reed zo hard, dat ik dacht dat ik die rit niet zou overleven."
'Hij huilt niet, hij huilt niet, hij huilt niet'
"Voor ik het wist lag ik op de operatiekamer." Vijf weken te vroeg, was hij daar opeens. Dorettes tweede zoon: Rico. "Ze haalden hem uit mijn buik, maar het was stil." 'Hij huilt niet, hij huilt niet, hij huilt niet', ging het door Dorettes hoofd. Er was zo veel vruchtwater. Zo veel bloed. Ze voelde het. Ze merkte het aan de reacties van de artsen, en de reactie van Hans. Er was iets mis.
'Geef hem nog maar even een kus', zeiden de artsen tegen Dorette, waarna Rico werd weggebracht. "Het duurde uren voordat hem weer kon zien. Ik lag op de intensive care omdat ik veel bloed had verloren. Toen ik wakker werd zat Hans naast me."
'Dorette, ik denk dat het niet goed is, maar ik weet niet wat', zei Hans tegen haar. "Rico kokhalsde en had belletjes op zijn mond. Daarom dachten ze dat hij heel misselijk was. De artsen wilden een sonde inbrengen, maar ze kregen het slangetje niet door zijn keel."
Aangeboren afwijking
Er werden echofoto's gemaakt. Maar in het streekziekenhuis waar het gezin was, waren ze niet voldoende gespecialiseerd om de foto's goed te kunnen bekijken.
"We moesten naar Groningen. Met een ambulance naar het Beatrix Kinderziekenhuis." De foto's werden bekeken. De artsen zagen het. Er was iets mis. Het 'iets' dat Dorette al die tijd had gevoeld was slokdarmatresie. Een aangeboren afwijking waarbij de slokdarm niet goed is aangelegd.
Rico's slokdarm zat aan zijn luchtpijp vast. "Daarom was het tijdens de zwangerschap ook niet op echo's te zien. Want een kind drinkt en dan loopt dat via de luchtpijp naar de maag." Nog maar 48 uur oud, kreeg Rico zijn eerste operatie. Toen wist het gezin nog niet dat er in de jaren daarna nog zeker twintig operaties zouden volgen.
Dorette vertelt het allemaal met droge ogen. Hoe haar pasgeboren baby'tje urenlang op de operatiekamer lag. Hoe haar kindje ziek bleef, ook in de maanden daarna. Dat de artsen vermoedden dat er méér mis was. En dat bleek dat hij inderdaad meer afwijkingen had. Voor haar is het gesneden koek. Een nummer dat al tientallen keren is gedraaid.
Twee linkerlongen
Zes maanden na zijn geboorte werd nog een moeilijk woord toegevoegd aan de problemenlijst van Rico: tracheomalacie. "Zijn luchtpijp slaat dicht, met name bij uitademing." Daarnaast bleek een deel van het middenrif van Rico scheef te staan en heeft hij 'twee linkerlongen'. Longen bestaan uit kwabben. Normaal gesproken heeft de linkerlong twee kwabben en de rechterlong drie. Maar de longen van Rico hebben allebei twee kwabben.
"We moesten ons de eerste anderhalf jaar redden met mondneusbeademing. Maar dat was geen succes", vat Dorette het samen. "Er werden twee operaties gedaan om de luchtpijp open te houden. Ook geen succes."
Moedeloos werden Dorette en haar man ervan. Al twee jaar ging hun Rico het ziekenhuis in en uit, en uitzicht op verbetering was er niet. Operatie, na operatie, na opname, na operatie. "Uiteindelijk konden we er niet omheen dat Rico via een permanente tracheacanule – een buis in zijn keel - moest worden beademd." Een voorstel dat Dorette en Hans zelf deden bij de artsen. "We hadden alles wat mogelijk was wel gehad."
'Hoe kun je voor een ziek kind zorgen als je zelf niet gezond bent?'
Permanent een buis in zijn keel. Voor de rest van zijn leven. Voor de rest van haar leven, realiseerde Dorette zich. "Ik dacht: hoe kun je voor een ziek kind zorgen als je zelf niet gezond bent? Als je niet eens de energie hebt om jezelf van de bank af te hijsen?"
"Het moest anders." Snacks maakten plaats voor groenten en fruit, porties werden kleiner en Dorette ging rennen. Het was haar moment. Even weg van alle zorgen. Weg van de chaos. Bij elke voetstap kwam er meer energie, meer rust in haar hoofd. "Gewoon hollen. Doorademen." Op eigen houtje viel Dorette 30 kilo af. Later raakte ze, onder meer door een maagverkleining, nog 30 kilo kwijt.
Er kwam ritme. Orde in de chaos. Dorette en Hans namen verpleegkundigen in dienst, om te helpen bij de zorg voor Rico. En om het vol te houden, zorgde Dorette ook voor zichzelf.
Rennen na een nachtdienst
Haar leven en lijf zien er nu totaal anders uit. "Ik sport ongeveer zes keer in de week. Soms ga ik na een nachtdienst van mijn werk nog even rennen en daarna pas slapen. Ik eet minder en ik eet gezonder. Weinig suiker, veel havermout en veel groente en fruit. Ik zit ook echt wel eens op de bank hoor", voegt Dorette nog snel toe, "ik lees graag".
Rico is nu 9 jaar oud en wordt ongeveer 18 van de 24 uur per dag beademd. Hij zit het grootste gedeelte van de tijd ook in een rolstoel. 's Nachts krijgt hij sondevoeding. Hij kan wel vaste voeding eten, maar door het littekenweefsel in zijn slokdarm gaat dat heel langzaam. Binnenkort krijgt hij weer een operatie omdat het eten zo moeizaam gaat.
"We moeten er 's nachts zo'n zes tot tien keer uit", legt Dorette uit. "Er gaan allerlei alarmpjes af. We moeten slijm afzuigen dat in zijn luchtpijp zit. Als we dat niet doen, stikt hij in zijn eigen slijm." De verpleegkundigen helpen ook 's nachts. "Soms doen we het vijf nachten zelf. Soms doen we het twee of drie nachten zelf. Het ligt eraan hoe vaak de verpleegkundigen beschikbaar zijn."
Goed geoliede machine
Dorette is een machine geworden die altijd keihard aan het werk is, maar wel een machine die heel goed wordt geolied. "Het is eigenlijk heel erg dat zoiets je moet overkomen voordat je gezond gaat leven", zegt ze nu. "Ik had dit vijftien jaar eerder moeten doen. Het doet mentaal zo veel met je. Ik voel me zoveel beter."
Dorette heeft energie. Tomeloze energie. Genoeg energie voor een marathon. Nee, zes marathons. Want de machine wordt geolied, maar dan wel op háár manier.
Ze rent om geld op te halen. Voor het Beatrix Kinderziekenhuis in Groningen, dat het leven van haar Rico heeft gered en hem nu nog steeds in leven houdt. En voor alle andere kinderen die daar worden geholpen.
"Want als je ouder bent van een gezond kind, zie je deze wereld niet. Het is bizar hoeveel kinderen ziek zijn. Hoeveel er in het ziekenhuis voor hen wordt gedaan. In mijn ogen heeft de arts van Rico letterlijk alles gedaan om zijn leven te redden."
Vandaag draagt ze met trots een startnummer voor de marathon van New York. Voor de tweede keer, want in 2022 liep ze hem ook ('maar wel slecht voorbereid') voor het goede doel. Maar Dorette zou Dorette niet zijn, als het niet grootser moest. Beter. Meer. Dus loopt ze er deze keer niet één, maar zes. De zes grootsten: New York, Londen, Berlijn, Tokio, Boston en Chicago.
Na vandaag mag ze er drie van de zes afstrepen. Dan moet ze alleen nog Tokio, Boston en Chicago. "Gewoon doorrennen", is Dorettes motto. Allemaal voor het Beatrix Kinderziekenhuis. Voor Rico, en alle andere kinderen zoals Rico.
Zondaginterview
Elke zondag publiceren we een interview in tekst en foto's van iemand die iets bijzonders doet of heeft meegemaakt. Dat kan een ingrijpende gebeurtenis zijn waar diegene bewonderenswaardig mee omgaat. De zondaginterviews hebben gemeen dat het verhaal van grote invloed is op het leven van de geïnterviewde.
Ben of ken jij iemand die geschikt zou zijn voor een zondaginterview? Laat het ons weten via dit mailadres: zondaginterview@rtl.nl
Lees hier de eerdere zondaginterviews.