Artsen: nieuwe machine voor harttransplantatie kan tientallen levens redden
Een hart doneren was tot voor kort alleen mogelijk bij donoren die hersendood waren. Maar door een speciale machine die sinds deze maand in Nederland wordt gebruikt, kan ook het hart worden gebruikt dat al is gestopt met kloppen. Daardoor kan het aantal donorharten per jaar worden verdubbeld. Artsen verwachten dat het jaarlijks voor zeker 40 extra hartdonoren zal zorgen.
Bij iemand die hersendood is zorgen machines er namelijk voor dat het hart door blijft kloppen. Donoren die overlijden en waarvan het hart dus stopt, waren vanwege zuurstoftekort vaak niet meer geschikt voor transplantatie. Mede daarom kunnen er gemiddeld maar 40 harttransplantaties per jaar uitgevoerd worden.
Met deze speciale nieuwe machine, de heart-in-a-box, is het nu mogelijk om vlak na het overlijden het hart van een donor aan te sluiten op een machine en buiten het lichaam weer te laten kloppen. Hierdoor kan het hart alsnog getransplanteerd worden en kunnen naar verwachting dubbel zoveel mensen geholpen worden.
Mini-intensive care
In ons land zijn nu twee van deze nieuwe machines aanwezig. Michiel Erasmus, hart-longchirurg van het UMC in Groningen legt uit waarom ze zo bijzonder zijn. "Eigenlijk is het een soort mini-ic."
Het UMC Groningen werkt nauw samen met het UMC Utrecht en het Erasmus MC in Rotterdam. Zodra er een donor beschikbaar wordt, rijdt chirurg Erasmus of een collega van een van de andere ziekenhuizen naar de donor toe en zorgen ze ervoor dat het hart snel kloppend en wel aan de machine gelegd kan worden. "Het is van belang dat het apparaat het hart net voldoende stimuleert om het weer te laten kloppen, maar niet teveel om het niet te overbelasten. Het kom heel erg nauw."
Erasmus is erg enthousiast. Niet alleen vindt hij het wonderlijk om te zien hoe je met het apparaat het hart weer aan de gang kunt krijgen, maar belangrijker nog, het zorgt ervoor dat de levens van tientallen mensen die op de wachtlijst staan gered kunnen worden. "Daar gaat je hart als chirurg absoluut sneller van kloppen."
Op dit moment staan er 146 hartpatiënten op de wachtlijst voor een donorhart. Een van hen was de 34-jarige Wouter Visser en vader van twee jonge kinderen. Ruim 12 jaar geleden kreeg hij een hartstilstand tijdens het hockeyen. Na onderzoek bleek dat hij een progressieve hartspierziekte had.
Aanvankelijk was hij geholpen met een implantaat en later nog een steunhart, maar ook met deze hulpmiddelen merkte Wouter dat zijn hart steeds verder achteruit ging. "Op het laatste kon ik helemaal niets meer. Niet meer wandelen, niet meer voor mijn kinderen zorgen. Mijn vrouw deed alles in huis."
Net op tijd
Pas toen het echt slecht ging met Wouter kwam hij op de wachtlijst te staan. De sterfte is hoog. Een op de zeven overlijdt omdat er niet op tijd een donorhart beschikbaar is. Voor Wouter kwam er gelukkig net op tijd een oplossing.
Afgelopen maand is hij als een van de eerste mensen in ons land geholpen met de nieuwe techniek. "Ik moest vooraf toestemming geven. Heel even heb ik nog getwijfeld, maar ik geloof wel in innovatie. En ik wilde mijn overlevingskans zo groot mogelijk maken."
Tweede leven
Wouter is heel blij dat hij deze kans heeft gekregen. Al kijkt hij nog wel een beetje de kat uit de boom. "Ik ben benieuwd wat dit hart mij zal brengen en hoe het zich verder zal gaan ontwikkelingen."
Vandaag zal Wouter uit het ziekenhuis ontslagen worden. Er is een ding waar hij alvast enorm naar uitkijkt. "Mijn kinderen. De rest kan mij gestolen worden. Maar ik wil gewoon weer papa kunnen zijn. En dat ik genoeg energie heb om met ze naar de speeltuin te gaan."
Wereldwijd succes
Deze manier van transplanteren, ook wel DCD, Donation after Circulatory Death genoemd, wordt al in meer landen uitgevoerd (onder meer in Australië, USA, België, Spanje en het VK).
De nationale gezondheidszorg van Groot-Brittannië (NHS) kwam recent naar buiten met het bericht dat dankzij deze methode zes kinderen tussen de 12 en 16 jaar waren gered, waaronder de 14-jarige Freya Heddington.