Zaak-Vlaardings pleegmeisje: ook andere kinderen van jeugdinstelling 'niet veilig'

Stichting Enver wordt onder verscherpt toezicht gesteld. De jeugdzorginstelling was betrokken bij de pleegzorg voor het pleegmeisje uit Vlaardingen dat ernstig werd mishandeld door vermoedelijk haar pleegouders. De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) zegt dat de kwaliteit van de pleegzorg die Enver biedt 'voor het grootste deel niet voldoet aan de eisen' en 'ziet risico's voor de veiligheid van pleegkinderen'.
Het destijds 10-jarige meisje werd vorig jaar mei zwaargewond opgenomen in het ziekenhuis. Ze had hersenletsel en botbreuken en lag een tijd in coma. Het Openbaar Ministerie (OM) maakte eerder bekend dat het meisje dusdanig ernstig is mishandeld, dat ze naar alle waarschijnlijkheid de rest van haar leven afhankelijk zal blijven van intensieve zorg. Zelfstandig zitten, lopen of staan kan ze niet. Ook praten of op een andere manier communiceren gaat niet.
Pleegvader Johnny van den B. en pleegmoeder Daisy W., allebei 38 jaar oud, werden aangehouden nadat ze het meisje naar het ziekenhuis hadden gebracht. Ze worden ervan verdacht het meisje en drie andere pleegkinderen ernstig te hebben mishandeld. De twee stonden vorige week terecht in Rotterdam. De officier van justitie noemde het meisje toen 'sterk en veerkrachtig'.
Ernstige tekortkomingen
Stichting Enver biedt naast pleegzorg ook andere hulp aan jongeren en ouders in de regio Rotterdam. De zaak in Vlaardingen was aanleiding om te onderzoeken of de pleegzorg voor andere kinderen die onder de stichting vallen wel op orde was. Dat blijkt niet zo te zijn. Volgens de inspectie gaat het om een grote hoeveelheid ernstige tekortkomingen.
De veiligheid van pleegkinderen die vallen onder de organisatie is volgens de IGJ niet gegarandeerd. Er is sprake van een 'gebrekkige dossiervorming' en het is onduidelijk of pleegkinderen ook worden gesproken zonder dat de pleegouders daar bij zijn. Ook worden adviezen van gedragswetenschappers niet in dossiers gezet en richtlijnen en protocollen niet nageleefd.
Hoge werkdruk
Enver heeft daarnaast 'onvoldoende een actueel beeld van de dagelijkse hulp aan de jongeren en pleegouders'. "Binnen Enver is verbetering noodzakelijk in de cultuur van elkaar aanspreken, samen verantwoordelijkheid nemen, opschalen waar nodig en meekijken in dossiers", schrijft de inspectie. "De samenwerking loopt stroef tussen Enver en de gecertificeerde instellingen (GI’s), de organisaties die jeugdbeschermingsmaatregelen uitvoeren."
De inspectie wijst erop dat de medewerkers van de jeugdzorginstelling wel graag goede pleegzorg willen leveren, maar dat de werkdruk te hoog ligt.
In een eerder onderzoek specifiek naar de zaak van het pleegmeisje uit Vlaardingen, werd al geconcludeerd dat de hulpverlening ernstig tekortschoot.
Het ging in dat onderzoek ook om hulporganisatie Enver. Daarnaast werd het handelen van de Willem Schrikker Stichting (WSS) doorgelicht. Zij hebben het meisje aan haar lot overgelaten, concluderen de IGJ en de Inspectie Justitie en Veiligheid (Inspectie JenV) toen.
Enver en de WSS kregen volgens de inspecties al kort na plaatsing van het meisje in het pleeggezin signalen van onveiligheid van het meisje. Het ging om signalen van fysiek geweld van de pleegvader richting het meisje, over seksueel misbruik en signalen dat het meisje mensonterend werd behandeld.
Negen maanden tijd voor verbetering
De organisatie krijgt negen maanden de tijd om zichzelf te verbeteren. In die tijd staat Enver onder verscherpt toezicht. Dat betekent dat de IGJ (meerdere) aangekondigde en onaangekondigde bezoeken zal brengen. Ook moet de instelling regelmatig laten weten hoe het staat met de verbeteringen.
Enver zegt in een reactie dat 'pleegkinderen en hun ouders erop moeten kunnen rekenen dat zij goede hulp op een veilige plek krijgen'. "Wij herkennen de bevindingen die de IGJ in het onderzoeksrapport naar aanleiding van de bezoeken beschrijft. In het rapport worden de noodzakelijke verbetermaatregelen beschreven die wij inmiddels met grote urgentie hebben opgepakt."
Staatssecretarissen Vincent Karremans (Jeugd, Preventie en Sport) en Teun Struycken (Rechtsbescherming) reageerden in januari aangedaan op de felle kritiek op de hulpverlening aan het verwaarloosde pleegmeisje in Vlaardingen. "Ik schaam me, het spijt me enorm", zei Karremans, zie je in onderstaande video: