Tolken van Nederlandse militairen in Afghanistan voelen zich in de steek gelaten
Afghaanse tolken die voor de Nederlandse militaire missie hebben gewerkt in Uruzgan, voelen zich in de steek gelaten door Nederland. Ze worden vermoord of met de dood bedreigd door terreurbewegingen Taliban en IS.
Vier tolken zijn sinds het vertrek van de Nederlanders vermoord. Van de in totaal 102 Afghaanse tolken die tussen 2006 en 2011 voor de Nederlandse militairen werkten, is ongeveer een kwart vanwege ernstige doodsbedreigingen ondergedoken.
"We leven als gevangenen in ons eigen land, we worden opgejaagd en afgeslacht", zegt tolk Sohel tegen het Nederlands Dagblad.
Samullah Sediqi (32) was de vierde tolk op rij die werd vermoord. "Op klaarlichte dag kwam een groep Talibanstrijders hem thuis halen. Terwijl zijn moeder toekeek, werd hij voor de deur doodgeschoten", zegt Sohel.
Gewerkt voor 'ongelovigen'
In de maanden daarvoor had Sediqi verschillende doodsbedreigingen ontvangen. Daarin klonk het verwijt dat hij voor de 'ongelovigen' had gewerkt en daarom de kogel verdiende.
Zelf meldde Sohel zich in december vorig jaar bij de Nederlandse ambassade in Kabul om hulp te krijgen. Hij werd niet binnengelaten en kreeg te horen dat de missie in Uruzgan voorbij was en dat hij al betaald had gekregen voor zijn werk, vertelt hij in het ND. Het ministerie van Defensie zegt in een reactie dat het niet wil ingaan op individuele gevallen.