Japanners willen geen kinderen, en dus blijft bevolking vergrijzen
De helft van de ongehuwde jongvolwassenen in Japan wil geen kinderen, blijkt uit onderzoek. Dat is zorgwekkend voor het land waar de bevolking al jaren krimpt en vergrijst. Het is vijf voor twaalf in Japan, maar toch lijkt de ‘demografische bom’ voorlopig nog niet ontmanteld.
Bijna de helft van de ongehuwde Japanners onder de 30 jaar zit niet te wachten op kinderen. Dat blijkt uit onderzoek uitgevoerd door Rohto Pharmaceutical. In de afgelopen drie jaar kwam er niet zo'n hoog percentage uit de jaarlijkse enquête.
De resultaten volgen op overheidsgegevens die aantonen dat het aantal geboren baby’s in Japan vorig jaar naar een historisch dieptepunt is gezakt. Nooit eerder (sinds de metingen van 1899) werden er in het land met 125 miljoen inwoners minder dan 800.000 baby’s in een jaar geboren.
Verder zit het voor Japan niet mee dat het met de ouderen juist heel goed gaat. Japanners worden namelijk steeds ouder: het land hoort bij de wereldtop als het gaat om een hoge levensverwachting. Er dus zijn er steeds minder werkenden om al die ouderen te ondersteunen.
De premier slaat daarom alarm en heeft deze maand nieuwe maatregelen aangekondigd. Hij wil meer kinderdagverblijven oprichten en meer jeugddiensten beschikbaar stellen, bijvoorbeeld counseling.
Traditionele werkverdeling
Ook blijkt uit overheidsdata van deze week dat de Japanse bevolking voor het twaalfde jaar op rij is gedaald. In de context van die trend verbaast het Maaike-Okano Heijmans, EU-Azië-expert bij instituut Clingendael, daarom ook niets dat veel Japanners geen kinderen willen krijgen. "Het is een langetermijntrend en dus geen grote verrassing. Het is eerder een trieste mijlpaal."
Ze legt uit dat het onder meer komt doordat de Japanse samenleving is ingericht op een traditionele werkverdeling: de man werkt en de vrouw voedt de kinderen op. En dat ziet ze terug bij haar Japanse schoonmoeder. "Het was in haar tijd niet meer dan normaal dat je stopte met werken, als je ging trouwen. Vervolgens ging je je voorbereiden op het krijgen van kinderen."
Verder zie je het terug in het Japanse parlement, dat voor slechts 10 procent uit vrouwen bestaat. "Dat is minder dan in Noord-Korea", aldus japanoloog en universitair docent Oost-Azië-studies Casper Wits.
Hij bevestigt dat de traditionele werkverdeling een grote rol speelt bij de keuze om geen kinderen te nemen. "De maatschappij is niet aangepast op flexibel werken voor beide ouders en dat heeft negatieve gevolgen voor de positie van de vrouw."
Zo wordt op de lagere school van moeders verwacht dat ze ook vaak midden op de dag komen helpen. "Dat staat niet in wetten, maar er is een grote sociale druk om toch te komen." Moederschap kun je dan niet combineren met een baan.
13 uur per dag werken
Ook spelen lange werkdagen een belangrijke rol. Een fulltimebaan betekent in Japan al gauw dat je 10 tot 13 uur per dag werkt. Dat is moeilijk te combineren met het opvoeden van een kind, al helemaal door het nijpende tekort aan (betaalbare) kinderdagverblijven.
Japanners zijn dus meer op hun werk dan thuis. Zo ziet Wits een goede vriendin in Tokyo nauwelijks, als hij nota bene bij haar thuis logeert. Ze heeft een hoge functie bij Mitsubishi en werkt vaak van ‘s ochtends 9 uur tot ‘s avonds 11 of 12 uur. “Het is dan net of ik een appartement voor mezelf heb.”
Okano-Heijmans ziet dat terug bij haar Japanse man die zijn vader nauwelijks zag toen hij opgroeide. “Die kwam ‘s avonds om 12 uur thuis en vertrok alweer om 6 uur ‘s ochtends.” Want, zo legt ze uit, in Japan ga je niet naar huis voordat je baas vertrekt.
Wel zegt ze dat het inmiddels iets is verbeterd, maar niet veel. "Ze mogen nu minder overwerken, maar dan kom je om 8 of 9 uur thuis, en dan zie je je kinderen nog steeds amper." En dat maakt Japanse mannen geen aantrekkelijke partner om kinderen mee te krijgen.
Career woman
Dat carrière maken en kinderen krijgen in de hoofden van Japanners niet te combineren valt, blijkt al uit de Japanse term 'carrièrevrouw' die ze ervoor gebruiken. "Die term betekent: vrouwen gericht op een carrière, zonder gezin." Carrièretijgers met kind zijn een uitzondering.
Al bij het zoeken van een baan speelt die gedachte een rol, zo vertelt een goed vriendin aan Wits. "Voor Japanse meisjes is het makkelijker om een baan te vinden als ze alleen hun bachelor afgerond hebben." Sommige werkgevers hebben namelijk liever niet dat je ook nog een master doet. "Ze berekenen dat je na een bachelor nog zo’n acht jaar hebt voordat je aan kinderen begint, terwijl dat na een master nog maar zo’n zes jaar is."
Moederschapsintimidatie
Die mindset vind je terug op de werkvloer. Want wie wel besluit om werk en moederschap te combineren, krijgt hoogstwaarschijnlijk met 'maternity harassment', ofwel 'moederschapsintimidatie' te maken.
Dat betekent dat vrouwen van de werkvloer af worden gepest als ze zwanger worden, van plan zijn zwanger te worden of herintreden na hun zwangerschap. “Je wordt schuin aangekeken als je als zwangere vrouw zeurt dat je moet overwerken,” vertelt Wits.
En ook al is zwangerschapsverlof inmiddels bij wet geregeld: de baas zit er niet op te wachten. "Moet je je kind ophalen? Wat is dat nou weer voor gezeur?"
Cultuurverandering
Volgens beide experts is er dus een maatschappelijke cultuurverandering nodig om te zorgen dat meer Japanners aan kinderen beginnen. En volgens Okano-Heijmans 'vergt dat nogal wat'. Zo beschreef de minister van Gezondheid in 2007 vrouwen als 'baarmachines' en drong hij er bij hen op aan 'hun best te doen' om het dalende geboortecijfer van het land op te lossen.
Over de plannen van de huidige premier zijn Wits en Okano-Heijmans dan ook cynisch. "Ik heb wel vaker positieve initiatieven gezien, maar die bleken niet meer dan een druppel op de gloeiende plaat", legt Wits uit.
Zo kwam oud-premier Abe in 2013 met het initiatief 'womenomics': vrouwen moeten schitteren op de werkvloer. Maar veel verschil maakte het niet. Het zorgde er enkel voor dat een aantal vrouwen op een paar belangrijke topfuncties werd gezet.
De japanoloog gelooft dat de premier het probleem inziet en wil oplossen, maar de weerstand van de maatschappij is nog te groot. "En dus tikt er een demografische tijdbom."
Wel staan de experts positief tegenover het plan om het aantal kinderdagverblijven op te schalen. Ze noemen dat een cruciaal onderdeel van het probleem.
Liever robots dan migranten
Arbeidsmigranten zijn voor Japan nu in ieder geval geen oplossing, stellen Wits en Okano-Heijmans. Slechts 3 procent van de Japanse bevolking is in het buitenland geboren. Het idee van arbeidsmigranten wordt sowieso door conservatieve politici afgehouden, maar ook bij de bevolking heerst weerzin.
Ze zijn er niet aan gewend en stellen bijvoorbeeld hoge eisen als het op taal aankomt, legt Okano-Heijmans uit. "Sommigen hebben een hekel aan gebrekkig Japans, maar veel Japanners snappen het ook gewoon niet. Ze voelen zich dan comfortabeler bij robots."
Ook denkt ze dat het probleem zich juist vanwege de hoge leeftijdsverwachting van de Japanners deels oplost. "Als ik in Japan de taxi neem, kan de chauffeur zomaar iemand zijn van 80 jaar." Ze werken dus ook een stuk langer door. "Soms omdat ze bezig willen blijven, maar soms ook omdat het bittere noodzaak is."
Nederland en Italië
Maar voorlopig zal Japan het dus met weinig baby’s moeten doen en dat leidt tot het sluiten van scholen in landelijke gebieden door heel het land. Zo sloot onlangs de Yumoto Junior-school in een bergachtig deel van Noord-Japan. De laatste twee leerlingen slaagden er op 1 april. Het betekende het einde van de 76-jarige school.
Ook Nederland heeft te maken met een krimpende bevolking en vergrijzing. Maar de situatie hier is niet te vergelijken met Japan, stelt Wits. "Geen kinderen willen krijgen, heeft hier juist meer te maken met bijvoorbeeld emancipatie."
De situatie in Japan is eigenlijk beter te vergelijken met die in Italië. Het vergrijzende land heeft net als Japan te maken met verwachtingen van de rol van de traditionele moeder.