Pensioenen eindelijk weer flink omhoog, hoe kan dat?
Jarenlang stegen de pensioenuitkeringen niet of nauwelijks. Maar nu zijn er heel wat pensioenfondsen die de pensioenen verhogen en vaak flink ook. Kijk bijvoorbeeld naar ambtenarenfonds ABP, dat met bijna 12 procent verhoogt. Hoe kan dat nu? Vijf vragen.
Tal van gepensioneerden hebben de afgelopen weken een prettige boodschap van hun pensioenfonds gekregen: ze krijgen volgend jaar meer geld.
Zo ontvangen de deelnemers in metaalpensioenfonds PMT volgend jaar 4,2 procent meer en werknemers in de zorg krijgen er 6 procent bij. Deelnemers van ambtenarenpensioenfonds ABP, het grootste pensioenfonds van Nederland, krijgen er 12 procent bij. Deelnemers in pensioenfonds bpfBouw (voor de bouw) zelfs 14,5 procent.
Het gaat in totaal om behoorlijk wat mensen die deze heuglijke boodschap krijgen. Het ABP telt namelijk meer dan 3 miljoen deelnemers, Zorg en Welzijn (het pensioenfonds voor de Zorg) bijna 3 miljoen en bpfBouw 780.000.
Wat is pensioen?
In Nederland hoef je gelukkig niet, zoals je in de VS wel ziet, op je 75e nog boodschappen in te pakken voor klanten in een supermarkt om geld te verdienen om van te kunnen leven. Vanaf een bepaalde leeftijd (nu 66 jaar en 7 maanden) krijgt iedere Nederlander een AOW-uitkering.
Daarnaast kunnen werknemers via een pensioenfonds nog sparen voor een extra inkomen na hun pensionering. Daarvoor betalen hun werkgevers en meestal ook de werknemers elke maand een bepaald bedrag, dat door pensioenfondsen wordt belegd, zodat de premies steeds meer waard worden en straks de pensioenen kunnen worden betaald.
Wat is indexeren?
Vaak worden je dagelijkse boodschappen elk jaar een beetje duurder. Dat heet inflatie. Pensioenfondsen proberen hun deelnemers daarvoor te compenseren door elk jaar de pensioenuitkering een beetje te verhogen, het liefst net zoveel als de inflatie. Dat heet indexeren.
Dan blijft je koopkracht gelijk en kun je dus net zoveel spullen blijven kopen. De inflatie is nu bijzonder hoog, in oktober zelfs 14,3 procent.
De pensioen zijn de laatste jaren toch nauwelijks verhoogd?
Inderdaad, veel pensioenfondsen hebben het jarenlang moeilijk gehad. Ze kwamen niet aan indexeren toe en sommige moesten zelfs de pensioenen verlagen.
Dat kwam door de lage rente, waardoor de financiële positie van pensioenfondsen niet sterk genoeg was en het niet verantwoord was om de pensioenen te verhogen. Anders zou het in de toekomst misschien niet mogelijk zijn om pensioenen te blijven uitkeren.
Gaat het nu dan zoveel beter?
Nee en ja. Enerzijds zijn de meeste aandelenkoersen dit jaar gedaald. Zo staat de AEX-index, de belangrijkste index van de Amsterdamse beurs, nu ruim 9 procent lager dan begin dit jaar. Dat is slecht voor pensioenfondsen, omdat hun beleggingen minder waard zijn geworden.
Maar daar staat tegenover dat de rente waarmee pensioenfondsen moeten rekenen, is gestegen. Dat effect is sterker.
Dat zit zo: tegenover de bezittingen van pensioenfondsen (de beleggingen in onder meer aandelen en vastgoed) staan de verplichtingen. Dat zijn de pensioenen die ze de komende decennia moeten uitkeren aan deelnemers. Je kunt de waarde van zo'n toekomstige verplichting, bijvoorbeeld het pensioen dat je over 20 jaar aan iemand moet betalen, terugrekenen naar nu. Dat doe je via de rente. Hoe hoger de rente, hoe lager de waarde is van zo'n toekomstige verplichting.
Om te bepalen of pensioenfondsen de pensioenen kunnen verhogen (indexeren) of niet, wordt gekeken naar de dekkingsgraad. Dat is de verhouding tussen de bezittingen en de verplichtingen. Als het onderste bedrag van die breuk (de verplichtingen) meer daalt dan het bovenste (de bezittingen), dan stijgt de uitkomst van die breuk: je krijgt immers een hoger getal.
Met een lager bedrag toe kunnen
Een klein voorbeeld kan dat verduidelijken. Bij een rente van 0 procent is de waarde van 100 euro die je over tien jaar aan iemand moet betalen nu ook 100 euro. Want als je geen rente krijgt, dan moet je als pensioenfonds die 100 euro nu al hebben. Maar als de rente is gestegen, dan kun je nu met een lager bedrag toe.
Als de rente oploopt naar, zeg, 1 procent, dan hoef je nu nog maar 90,50 euro in kas te hebben om straks die 100 euro te kunnen betalen. Want die 90,50 is na tien jaar, met een rente van 1 procent, uitgegroeid tot 100 euro. Met andere woorden, 100 euro over tien jaar, is (bij een rente van 1 procent) hetzelfde als 90,50 euro nu.
Onder meer ABP verhoogt de pensioenuitkeringen, vooruitlopend op nieuwe regels. Maar die zijn nog niet ingevoerd. Alsof je een vakantie boekt naar Engeland voor van de zomer, en nu alvast begint met links rijden, aldus beurscommentator Jacob Schoenmaker in onderstaande video.
Profiteren alleen de gepensioneerden?
Nee, ook ook de werknemers die wel deelnemen in een pensioenfonds, maar nog niet met pensioen zijn, profiteren. Want ook hun aanspraken, op pensioen in de toekomst, worden verhoogd. Dat gebeurt met hetzelfde percentage als het pensioenuitkering van degenen die nu met pensioen zijn worden opgetrokken.
Dus als er in je laatste pensioenoverzicht staat dat je te zijner tijd 100 euro per maand krijgt en je pensioenfonds indexeert met, zeg, 10 procent, dan stijgt het bedrag van jouw pensioenaanspraak, tot 110 euro.