Iets minder nieuwbouwwoningen opgeleverd in 2023
Afgelopen jaar zijn ruim 73.000 nieuwbouwwoningen opgeleverd. Dat zijn er iets minder dan in 2022, toen er nog bijna 75.000 nieuwe woningen afgebouwd werden. De meeste nieuwe huizen werden gebouwd in Amsterdam.
Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Het zijn meer woningen geworden dan Nederlandse bouwers in het najaar van 2022 verwachtten. Zij gingen toen uit van minder dan 60.000 woningen. In absolute zin werden de meeste woningen afgebouwd in Zuid-Holland, ruim 17.000. Ook in Noord-Brabant en Noord-Holland werden veel nieuwbouwwoningen opgeleverd.
Qua steden staat Amsterdam op de eerste plek, met 4500 woningen erbij. Na Amsterdam werden er in Rotterdam de meeste nieuwbouwwoningen gebouwd: zo'n 3200. In relatieve zin groeide de gemeente Zoeterwoude het meest in aantal nieuwbouwwoningen. Daar werden 190 woningen gebouwd, een groei van 4,8 procent ten opzichte van 2022.
Je hebt niet alle cookies geaccepteerd. Om deze content te bekijken moet je deaanpassen.
Het aantal nieuwbouwwoningen ligt weliswaar een stuk hoger dan het gemiddelde van de afgelopen tien jaar (dat is ruim 61.000 per jaar), maar is nog steeds te laag voor de doelen van het demissionaire kabinet. Dat besliste twee jaar geleden dat er vanwege de hoge woningnood in Nederland flink veel woningen bij moesten komen: 900.000 tussen 2022 en 2030.
Veel minder nieuwbouwwoningen
Inmiddels is dat aantal zelfs bijgesteld naar 981.000, meldt demissionair minister van Binnenlandse Zaken Hugo de Jonge aan de Tweede Kamer. Dat gaat met nieuwbouw alleen niet gehaald worden. De komende jaren worden er hoogstwaarschijnlijk veel minder nieuwbouwwoningen opgeleverd, omdat het aantal vergunde nieuwbouwwoningen al een paar jaar dalende is.
Dat is een indicatie van de huizenbouw in de nabije toekomst. Na het verlenen van de bouwvergunning duurt het gemiddeld nog zo'n twee jaar voordat de woning wordt opgeleverd.
Je hebt niet alle cookies geaccepteerd. Om deze content te bekijken moet je deaanpassen.
Voor de vooruitzichten van dit jaar kun je terugkijken naar de verleende vergunningen in 2022. Dat waren er ruim 64.500. Zelfs als al deze huizen daadwerkelijk gebouwd worden, betekent dit dat er in 2024 veel minder nieuwbouw bij komt dan voorgaande jaren. En ook voor 2025 zijn de vooruitzichten voor nieuwbouw niet gunstig.
Daar komt nog bij dat het aantal woningen dat tot en met 2030 op de planning staat om gebouwd te worden, vorig jaar licht is gedaald. Er stonden iets meer dan 996 duizend woningen op de planning, tegenover ruim een miljoen een jaar eerder.
De Jonge positief over woningmarkt
Een andere 'bron' van woningen is de transformatie van niet-woningen naar woonruimtes, bijvoorbeeld kantoren en winkels. Uit de eerste schatting voor 2023 blijkt dat er in de eerste helft van dat jaar op deze manier ruim 5000 woningen bij zijn gekomen. Tot 2022 leverden deze transformaties jaarlijks meer dan 10.000 nieuwe woonruimtes op; in 2022 ruim negenduizend.
Pas eind dit jaar zal duidelijk zijn hoeveel kantoorpanden er daadwerkelijk zijn omgebouwd tot woonruimte, maar het zullen er dus nooit tienduizenden zijn.
Ondanks de lichte daling in het aantal nieuwbouwwoningen is De Jonge voorzichtig positief over de situatie op de woningmarkt. "De tegenwind lijkt te luwen", schrijft hij. Daarmee doelt hij op de rente die is gestabiliseerd, de verkoop van nieuwbouwwoningen die aantrekt en het feit dat de bouwkosten niet verder stijgen. Tegelijk wil hij 'voortvarend' te werk blijven gaan om sneller woningen te kunnen bouwen.