Ontslagen vrouw die dood van zoon fingeert, moet werkgever 45.000 euro betalen

Een vrouw die de dood van haar zoon gefingeerd had en haar werkgever liet betalen voor de grafsteen, is terecht ontslagen. Ze moet haar werkgever bijna 45.000 euro terugbetalen, onder meer voor de grafsteen en schade vanwege een onregelmatige opzegging.
De vrouw, een veertiger, werkte sinds november 2024 28 uur per week als veiligheidskundige bij Triangular Group Information Services and Networking (TGI), een Nederlands onderzoeksbureau. Ze was gedetacheerd bij de gemeente Rotterdam, maar kwam na een week niet meer opdagen.
Toen de projectleider haar daarover belde, stelde ze dat haar zoon ernstig ziek was en in het ziekenhuis lag. Een paar weken later liet ze weten dat haar zoon overleden was en dat ze in financiële problemen dreigde te komen omdat ze de uitvaartkosten niet kon betalen.
TGI bood uit medelijden aan een deel van de grafsteen te betalen en boekte in december 2024 2000 euro naar haar over, met het verzoek wel een factuur te overleggen. Na de datum van de vermeende uitvaart stuurde de vrouw de factuur en een digitale uitvaartkaart naar haar werkgever.
Omdat de factuur en de rouwkaart vragen opriepen bij TGI, werd de vrouw op 20 december 2024 geschorst in verband met een onderzoek naar mogelijke fraude. Al snel bleek dat haar zoon helemaal niet dood was.
Op staande voet ontslagen
Net voor kerst werd ze op staande voet ontslagen omdat ze gelogen had, gefraudeerd had met de documenten en omdat ze op valse gronden niet was komen te werken. TGI deed aangifte van fraude en stapte ook naar de rechter om een schadevergoeding te krijgen.
Het bedrijf wilde een vergoeding voor de onterechte overgeboekte begrafeniskosten, voor niet-teruggegeven bedrijfsmiddelen en voor overige schade. Zo kon het werk door het handelen van de vrouw niet gedaan worden en moet TGI een vervanger zoeken.
De rechter gaf het bedrijf grotendeels gelijk. De vrouw moet binnen zeven dagen 45.000 euro betalen.
Of dat bedrag ook echt betaald is, is onduidelijk.