Inflatie koelt iets af, prijzen stegen in juli minder hard dan in juni
Het dagelijks leven is in juli gemiddeld 2,9 procent duurder geworden in vergelijking met dezelfde maand een jaar geleden. De inflatie is hiermee lager dan de 3,1 procent in juni. Dit meldt statistiekbureau CBS op basis van een snelle en voorlopige raming. De inflatie duikt voor het eerst sinds ruim een jaar onder de drie procent.
Dat de inflatie wat afkoelt wil dus niet zeggen dat prijzen niet meer stijgen. De prijzen voor consumenten stegen in juli met 1,3 procent ten opzichte van juni. Deze stijging is echter niet meer zo hard als jaren geleden.
De inflatie werd vooral veroorzaakt door de hogere prijzen van voedingsmiddelen, dranken en tabak. Deze producten werden in juli 4,1 procent duurder, na een stijging van 4,6 procent in juni. Volgens CBS-hoofdeconoom Peter Hein van Mulligen komt de prijsstijging vooral door eten. Hij benoemt vlees en koffie.
Energieprijs
De prijzen in de dienstensector stegen vorige maand met 4 procent, na een toename van 4,4 procent in juni. De prijs van energie (inclusief brandstoffen) steeg qua prijs in juli wel harder dan in juni. Energie werd 1 procent duurder, na een prijsstijging van 0,5 procent een maand eerder.
Met een prijsstijging van 2,9 procent ligt het inflatiecijfer nog wel boven de norm van de Europese Centrale Bank (ECB). Die stelt dat een inflatie van twee procent goed is voor de economie. Van Mulligen benoemt ook dat de inflatie in Nederland ook nog steeds een stuk hoger ligt dan in de rest van Europa en dus nog steeds 'aan de hoge kant' is.
Het CBS baseert deze snelle raming op basis van nog onvolledige gegevens. De definitieve inflatiecijfers van juli worden op 12 augustus gepubliceerd. Vorige maand was het definitieve cijfer hetzelfde als het cijfer na de snelle raming.
In deze video uit maart wordt uitgelegd voor welke groepen de inflatie het hoogst is/was: