Forse ingreep in veestapel dreigt om natuurdoelen te halen

Als Nederland Europese werkdoelen wil halen voor klimaat, waterkwaliteit, beschermde diersoorten en stikstof, dan is een forse inkrimping van de veestapel vrijwel onafwendbaar. Dit blijkt uit een nieuw rapport van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL), een belangrijk adviesorgaan van de Rijksoverheid.
Een 'Landbouw- en natuurverkenning' noemt het PBL het rapport, waarin twee verschillende scenario's zijn uitgewerkt om de doelen te halen. In het eerste scenario worden boeren zo veel mogelijk ontzien.
De landbouwproductie blijft zoveel mogelijk in stand en de inzet van technologie is uitgangspunt.
Natuurinclusieve landbouw
In het tweede scenario is extensieve, natuurinclusieve landbouw de norm. Natuur krijgt daarin meer ruimte dan in de intensieve landbouw het geval is en de huidige landbouwsector halveert 'grofweg' in omvang.
"De meeste boeren zullen aanvullende inkomsten nodig hebben om hun bedrijf te kunnen blijven runnen."
Sterke reductie
'Bij de huidige stand van de techniek' is in beide scenario's 'een sterke reductie in de omvang van de melkveestapel' noodzakelijk, stelt het PBL.
"De reden is het beperkte potentieel van huidige in de praktijk bewezen technieken voor de reductie van methaanemissies uit de melkveehouderij." Alleen nieuwe techniek kan 'een sterke reductie in de omvang van de melkveestapel voorkomen', aldus het PBL.
Andere sectoren
Zo'n 'forse ingreep' in de veestapel kan nog worden afgewend als andere sectoren dan de landbouw meer doen dan nodig is om hun eigen klimaatdoelen te halen. Wat de landbouw dan te weinig doet, doen anderen sectoren meer.
Ook stallucht-zuiveringsinstallaties (zie kader onderaan) kunnen een rol spelen, maar dan moet de werking van die innovatie in de praktijk wel vast komen te staan.
Extra krimp
Zonder nieuwe techniek en zonder hulp van andere sectoren stevent de landbouw ook in het scenario waarin boeren worden ontzien af op een forse krimp van de melkveestapel. Krimp van die veestapel zit ook nu al in de plannen als gevolg van bestaande uitkoopregelingen om het stikstofprobleem op te lossen. Maar extra krimp is dan nodig.
In de huidige plannen verdwijnt tot 2050 23 procent van de melk- en kalfkoeien, 21 procent van de varkens en 12 procent van het pluimvee. In het scenario dat de boeren zoveel mogelijk spaart, loopt dat percentage bij melkvee op tot 46 procent, aldus het PBL. Bij varkens en kippen blijven de percentages gelijk.
'Aanvullende inkomsten nodig'
In het natuurinclusieve scenario is sprake van een halvering van de gehele veestapel, dus rundvee, varkens en kippen (min 50 procent).
Voor de meeste boeren komt de bedrijfsvoering dan 'ver af (te) staan van de huidige praktijk' en zijn er 'aanvullende inkomsten noodzakelijk zijn', 'bijvoorbeeld uit het leveren van groene diensten als agrarisch natuurbeheer, uit verbreding van het bedrijf met bijvoorbeeld een natuurcamping, of door zich te richten op het verkopen van streekproducten of producten met een keurmerk waarvoor een hogere prijs wordt betaald'.
Nieuwe techniek
Een nieuwe techniek die boeren lucht moet geven is een installatie die stallucht afzuigt en zuivert. De methaan in de lucht wordt verwijderd via een fotochemisch proces met chloride en uv-lucht. Het uitgangspunt van de techniek is wetenschappelijk bewezen, aldus het PBL, maar hij wordt nog niet in de praktijk gebruikt.
In de scenario's is er daarom nog geen rekening mee gehouden. De techniek heeft volgens het PBL zoveel potentie dat de melkveestapel er mogelijk niet verder door hoeft te krimpen.
In deze video zie je dat als je het woningtekort in één klap weg wilt oplossen, het mes in de veestapel moet:

