Gevolgen leenstelsel: veel minder studenten beginnen aan master
Sinds de basisbeurs vervangen is door het leenstelsel, zijn veel minder universitaire studenten aan een masteropleiding begonnen. Wie wel een master deed, rondde deze vaak in één jaar af. Vooral wie minder welvarende ouders heeft, lijkt druk te ervaren om snel af te studeren.
Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Onderzoekers volgden vier jaar lang studenten die in 2015 begonnen met studeren. In dat jaar werd de basisbeurs vervangen door het leenstelsel.
Niet sneller of langzamer
Studenten zijn niet sneller of langzamer gaan studeren door de invoering van het leenstelsel, concluderen de onderzoekers. Ook wisselen hbo'ers en universitaire studenten nog net zo vaak van opleiding als vóór 2015.
Er zijn echter wel grote verschillen in het aantal studenten dat doorstroomde van een bachelor- naar een masteropleiding. In 2014 deed 85 procent van de studenten dat. In 2019 was dat gedaald naar 70 procent.
Minst welgestelde milieus
Wie wel meteen na de bachelor begon aan een master, studeerde vaak binnen één jaar af. Voorheen deden studenten er langer over. "Mogelijk ervaren met name studenten uit de minst welgestelde milieus druk om de masteropleiding af te ronden binnen de nominale duur", concluderen de statistici.
Eerder concludeerde het CBS al dat studenten fors meer zijn gaan lenen sinds de invoering van het leenstelsel: gemiddeld lenen ze inmiddels zo'n 700 euro per maand. Er is forse kritiek op het leenstelsel en verschillende politieke partijen overwegen de basisbeurs terug te laten keren.
Acties in acht steden
Studentenorganisaties, zoals de Landelijke Studentenvakbond (LSVb), willen ook een einde aan het leenstelsel. Deze week worden er daarom in acht studentensteden, waaronder Groningen, Wageningen en Utrecht, acties georganiseerd om aandacht te vragen voor de situatie van de 'pechgeneratie'.