Gezin

Emi vond haar vader, een anonieme zaaddonor, na 17 jaar: 'Hij zei, ik ben het'

Door RTL Nieuws··Aangepast:
Emi vond haar vader, een anonieme zaaddonor, na 17 jaar: 'Hij zei, ik ben het'
RTL

De 32-jarige Emi zocht jarenlang naar haar vader, een anonieme zaaddonor. Via een Amerikaanse commerciële dna-databank weet ze hem op te sporen. Na een zoektocht van meer dan zeventien jaar zit ze bloednerveus tegenover de man die haar vader moet zijn. "Hij zei: jullie hebben je huiswerk goed gedaan. Ik ben het."

De moeder van Emi Stikkelman had in de jaren 80 een kinderwens. Met behulp van een anonieme zaaddonor werd Emi geboren. Anoniem donoren van zaad kon tot 2004 in Nederland. Door nieuwe wetgeving hebben kinderen na 2004 het recht om te weten wie zijn of haar vader is. Dat gold nog niet voor Emi.

Identiteit

En juist zij zat al vroeg vol met vragen over wie haar vader was. Haar moeder wist alleen dat hij was geboren in 1960 en had een donatie gedaan bij de spermabank in Leiden. Ook wist ze dat hij psychologie in Leiden studeerde.

Vragen over wat erfelijk was en welke persoonlijkheidskenmerken ze van haar vader had, bleven haar altijd bezighouden. Zo erg dat ze op haar 16de via het tv-programma Spoorloos haar vader probeerde op te sporen. “Het was een supermooi item, maar het heeft niet mijn vader opgeleverd”, zegt Emi.

Halfzus gevonden

Ze komt door de uitzending wel in contact met veel lotgenoten. Kinderen van spermadonoren die ook op zoek zijn naar een vader. Emi richt de stichting Donor Detectives op voor kinderen die actief naar hun ouder zoeken.

In die zoektocht vindt ze een halfzus, Maartje Meuwissen, dochter van dezelfde anonieme donor. De moeder van Maartje ziet een foto in de krant over de zoektocht van Emi en herkent trekken in het uiterlijk van haar dochter. Uit dna-testen blijken ze inderdaad zussen. Toch brengt dat haar vader nog niet dichterbij.

Almanakken

Emi onderzoekt uit de periode, begin jaren 80, almanakken uit het Leidse studentenleven. Ze controleert alle mannen uit geboortejaar 1960 die psychologie studeren. Ze googelt de mannen en bekijkt hun foto’s.

In juni 2016 besluit Emi een dna-monster te sturen naar een dna-bank in Amerika. "Mensen die ik daarover vertelde waren sceptisch: is je dna wel veilig? Maar ik besloot het toch te doen. Dit kon wel eens een aanknopingspunt zijn. Dat is toch de voornaamste insteek. Ik en mijn moeder stuurden een dna-monster. Na een paar weken krijg je dan een hele lijst van mensen uit de database van mensen die een match hebben met dna van mijn vaders kant. Dna-matches tot in de vierde graad."

Kinderen van zaaddonoren

Op 1 januari 2004 treedt de Wet donorgegevens kunstmatige bevruchting in werking. Zaad doneren kan vanaf dan alleen nog met naam en toenaam. Kinderen moesten kunnen weten wie hun biologische vader is. Van de kinderen die voor die tijd zijn verwekt, weten naar schatting 40.000 niet wie de donor is.

Dna-match

Ze ontdekken een verre neef. Daar nemen ze contact mee op. Die is heel behulpzaam. "Kort daarna komen we een achternicht tegen, een vrouw van in de 50 die in Australië woont." Emi en Maartje benaderen haar. "Het was een heel fijn contact. Ze gaf me haar stamboom."

De familie van de vrouw aan haar moeders kant is Nederlands. Uit onderzoek met behulp van familiedetective Els Leijs blijkt dat haar oma een zus was van een grootouder van Emi. Leijs weet het aantal huidige familieleden terug te brengen tot acht achternamen.

Kan niet missen

Met hulp van de Leidse almanakken blijkt er één match. "Toen zag ik een foto en dacht: dat kan niet missen. Dat is echt bizar, je zit naar een foto van een man te kijken en denkt: dit moet hem zijn. Ik heb heel erg dichtgeknepen ogen als ik lach, hij heeft dat ook. Dezelfde ogen en de dezelfde brede glimlach."

Het was een van de kandidaten in de almanakken waar ze nog niet aan toe was gekomen. "Ik was halverwege die lijst."

Emi en haar zus hebben het uitgebreid over hoe ze het verder gaan aanpakken. "We dachten eerst: we schrijven een brief. Maar we besloten het toch anders te doen. We wilden een ontmoeting face-to-face. Als hij me verder niet wil kennen moet hij het me in mijn gezicht zeggen."

Ontmoeting

Ze maken een afspraak bij hem, in zijn hoedanigheid als psycholoog. Ze vertellend dat ze met z’n tweeën komen en zeggen niet waarom.

Naar de ontmoeting toe nemen de zenuwen toe bij Emi. "Het is het meest zenuwslopende wat ik ooit heb gedaan. Ik trok het echt onwijs slecht. Alles van 17 jaar zoeken en afvragen kwam bij elkaar. De leegte en het gemis is altijd bij me geweest."

Toen Emi en Maartje tegenover hem zaten in zijn spreekkamer als psycholoog, brak Emi volledig. Maartje moest zeggen waarom ze bij hem waren en dat ze dachten dat hij hun vader was. "Het eerste wat hij zei was: dit is een oneigenlijke aanmelding. Hij ging gelijk in werkprotocol. Maar daarna legde hij zich snel neer bij de situatie. Hij had wel door hoe groot het was. Hij zei: ik ben het. Ik zit hier naar mijn twee dochters te kijken."

Het besef groeide ook bij hem. "Later vertelde hij: jullie waren in mijn hoofd nog steeds kleine kinderen. Maar zonder gezicht."

Zaaddonor zoekt kinderen

Wij spraken in december Jan Herman Meijer die ooit anoniem zaad doneerde. Hij stond vrijwillig dna af. Inmiddels heeft hij contact met zijn kinderen. Lees hier zijn hele verhaal.

Aanpassen wet

Het contact is inmiddels goed. Ze hebben nu in elk geval duidelijk dat er vier kinderen zijn. En dat er één halfbroer is. Maar door de huidige wet kunnen ze geen contact leggen met hem. Want hoewel er wel zaken zijn geregeld over ouders en kinderen, is er niets geregeld over het vrijgeven van de identiteit van broers en zussen.

"De wet moet worden aangepast. Zoals bijvoorbeeld in Australië, daar is bepaald dat de identiteit van donoren bekend moeten worden. Ook met terugwerkende kracht. We gaan er toch wel achterkomen met behulp van dna, maar de vraag is alleen hoe snel. Dat gaat veel sneller door de wet aan te passen. We gaan ze hoe dan ook vinden."