Omslag op huizenmarkt: gemiddelde hypotheekbedrag fors gedaald
Huizenkopers sloten in het laatste kwartaal van dit jaar fors lagere hypotheken af. Het gemiddelde hypotheekbedrag kwam uit op 298.000 euro volgens cijfers van hypotheekbemiddelaar De Hypotheker. Dat is voor het eerst in twee jaar onder de drie ton, en zo'n 37.000 euro lager dan in het slotkwartaal van 2021.
Dat is een daling van 11 procent ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar, aldus De Hypotheker. De lagere hypotheekbedragen hangen samen met de kentering op de huizenmarkt. De gekte lijkt daar over zijn piek heen: na een jarenlange stijging van de huizenprijzen begint de markt nu iets af te koelen.
Gestegen rente
Dat hangt ook samen met de hogere hypotheekrentes, die dit jaar volgens De Hypotheker gemiddeld met 3 procentpunt stegen. Ook door de hoge inflatie werden mensen wat voorzichtiger.
"Uit onze data blijkt dat de stijging van de hypotheekrente en de afvlakking van de stijging van de huizenprijzen ook effect hebben op het gemiddelde hypotheekbedrag", verklaart commercieel directeur Menno Luiten van De Hypotheker.
"Als gevolg van de sterk gestegen hypotheekrente stijgen de maandlasten en kunnen huizenkopers minder lenen voor de aankoop van een woning."
Jonge huizenkopers
Door de dalende huizenprijzen hebben 'met name jonge huizenkopers weer een voet tussen de deur gekregen', denkt de hypotheekbemiddelaar. Dat komt vooral omdat woningen langer te koop staan en er dus meer aanbod is. Ook hebben ze minder concurrentie van doorstromers en beleggers.
Of jongeren inderdaad makkelijker een woning kunnen kopen, weet hoogleraar woningmarkt Peter Boelhouwer van de TU Delft niet zo zeker. "Dat waag ik te betwijfelen. Het is zeker zo dat er momenteel meer aanbod is dan vorig jaar, toen er vrijwel niets te koop stond. Maar mensen kunnen door de gestegen rente ook minder lenen", legt hij uit.
Selecte groep
Volgens Boelhouwer bepaalt de financiële situatie van starters of zij daadwerkelijk makkelijker kunnen kopen. "Dat geldt wel voor starters die goed verdienen of al iets hebben kunnen sparen, of ouders hebben die ze financieel steunen. Maar starters die niet tot die categorie behoren, kunnen een woning moeilijker financieren. Het is dus een selecte groep die nu betere kansen heeft om toe te treden tot de woningmarkt."
Ook de hoogleraar meent dat er sprake is van een kentering op de huizenmarkt, gebaseerd op cijfers van makelaarsorganisatie NVM en het Kadaster. "Ja, de hausse is wel voorbij. We zien nu prijsdalingen."
Langere termijn
Hij verwacht niet dat de prijzen ook op de langere termijn blijven dalen. "Het is natuurlijk lastig te voorspellen. Ik denk dat de prijzen nog wel enkele kwartalen kunnen dalen, maar dat in de tweede helft van vorig jaar sprake zal zijn van stabilisatie of zelfs weer lichte stijging."
Belangrijke factoren daarbij zijn volgens Boelhouwer de ontwikkeling van de hypotheekrente en de oorlog in Oekraïne. "In positieve zin is van belang dat mensen volgend jaar nominaal meer zullen gaan verdienen, waardoor ze ook weer iets meer kunnen lenen." Ook wijst hij op het aanhoudende tekort aan woningen.
Een daling zoals in Zweden, waar de woningprijzen sinds de piek met 14 procent zijn gedaald, acht Boelhouwer in Nederland niet waarschijnlijk. "Het kan natuurlijk wel, maar de omstandigheden in Zweden zijn anders. Daar maakt men meer gebruik van variabele rentes en aflossingsvrije hypotheken, waardoor de markt kwetsbaarder is voor stijgende rentes."