Onderzoek: vertrouwen in medemens groeit, maar in politici op dieptepunt
In tien jaar tijd hadden we niet eerder zo weinig vertrouwen in de Tweede Kamer en politici; slechts 25 procent vindt dat ze goed werk doen in Den Haag. Dit blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Mensen hebben wel veel vertrouwen in de gezondheidszorg, politie en in rechters. "Maar de politiek is echt een afwijkend cijfer."
Het vertrouwen in de Tweede Kamer is sinds 2012, de start van het onderzoek, nog nooit zo laag geweest. In het laatste kwartaal van 2022 had 25 procent van de 15-plussers vertrouwen in het parlement. Ook het vertrouwen in politici is met 21 procent stukken lager dan in voorafgaande jaren. Dit blijkt uit het onderzoek Sociale samenhang en welzijn van het CBS.
"De politiek is echt een afwijkend cijfer", zegt Peter Hein van Mulligen, hoofdeconoom en woordvoerder bij het CBS. "Tijdens corona was er veel vertrouwen in de overheid en de politiek. Dat was de periode van hou-elkaar-vast, we moeten het samen doen", vervolgt hij. Na de pandemie was een daling te verwachten. "Maar die daling gaat verder dan de cijfers van voor corona en is dus ook in het afgelopen jaar nóg verder gedaald."
Je hebt niet alle cookies geaccepteerd. Om deze content te bekijken moet je deaanpassen.
'Problemen niet opgelost'
"Uit onderzoek blijkt dat het gebrek aan vertrouwen in politici onder meer komt doordat het hen ontbreekt aan vermogen om maatschappelijke problemen op te lossen", zegt Sabine van Zuydam, bestuurskundige en gespecialiseerd in geloofwaardig politiek leiderschap. "Ook vindt een flinke groep mensen dat de huidige politici meer met zichzelf bezig is dan met wat inwoners denken."
Zorgen over het gebrek aan vertrouwen in bijvoorbeeld de politiek spelen al langer, weet Van Zuydam. "Het verschil met eerder is alleen dat grote maatschappelijke problemen die blijven aanhouden, zoals de inflatie, hoge kosten en het gebrek aan betaalbare woningen, niet worden opgelost. Veel meer mensen worden direct geraakt en er lijkt niet echt een langetermijnoplossing te komen."
Om geloofwaardig te zijn moet een bestuurder burgers ervan overtuigen of op hen overkomen als bekwaam, laat Van Zuydam weten. "Zodat inwoners vertrouwen dat problemen worden opgelost. Een bestuurder moet ook betrouwbaar zijn en betrokken, dus opkomen voor 'gewone' mensen."
Veel vertrouwen in gezondheidszorg
Hoewel de Nederlanders van 15 jaar en ouder wantrouwend zijn geworden richting de politiek, is het vertrouwen in de medemens gegroeid. In 2012 zei 58 procent de medemens te vertrouwen, afgelopen jaar groeide dit naar 66 procent. Het meeste vertrouwen, 78 procent, hebben mensen in de gezondheidszorg.
Een meerderheid zegt ook gezaghebbende instituties te vertrouwen. Zo heeft 77 procent vertrouwen in de politie en in rechters, en 64 procent in het leger. Bekijk in onderstaande grafiek hoe het vertrouwen van de 15-plussers in 2022 was:
Je hebt niet alle cookies geaccepteerd. Om deze content te bekijken moet je deaanpassen.
Het vertrouwen in deze instituties is de afgelopen tien jaar iets toegenomen. Er is minder vertrouwen in andere, vooral politieke instituties. Ongeveer de helft heeft vertrouwen in de Europese Unie en in de gemeenteraad, hetzelfde geldt voor banken. In kerken heeft ongeveer 30 procent van de mensen vertrouwen.
Verschil per opleidingsniveau
Hoeveel vertrouwen mensen hebben in de instanties of hun medemens, verschilt per opleidingsniveau. Vorig jaar had 40 procent van de mensen met alleen basisonderwijs vertrouwen in de medemens. Dat vertrouwen is tenminste twee keer zo hoog bij de groep met een hbo (80 procent) of universitaire opleiding (89 procent). Zij hebben gemiddeld ook meer vertrouwen in (politieke) instituties, maar dit verschil is minder groot dan bij het vertrouwen in de medemens. Bij het vertrouwen in banken en grote bedrijven zijn er geen verschillen tussen de verschillende onderwijsniveaus.
"Hoger opgeleiden hebben meer grip op het leven, vaak een betere baan met hoger inkomen, een betere gezondheid en dus meer vertrouwen", licht Van Mulligen toe. "Als jij alleen een basisschoolopleiding hebt, ben je vaker afhankelijk van flexwerk, heb je een lager inkomen, minder controle en ben je gevoeliger voor de grillen van het leven. Dat vertaalt zich in meer wantrouwen naar de wereld om je heen."