Op deze boerderij blijft kalf minstens 3 maanden bij koe: 'Uniek'
Boerderij Ruimzicht van Gerjo en Jara Koskamp in het Gelderse dorp Halle heeft woensdag de Koetjes en Kalfjes Cup gewonnen van Wakker Dier. Meer dan 60 procent van de stemmers vindt het boerenbedrijf de mooiste plek voor een kalf om op te groeien omdat ze daar zo lang mogelijk bij de koe mogen blijven. En dat laatste is zeldzaam in de Nederlandse veehouderij.
"Wat ons uniek maakt, is dat we de kalveren een periode van drie maanden bij de moeder houden zodat ze zich kunnen ontwikkelen", vertelt Gerjo Koskamp van boerderij Ruimzicht. "Daarna worden ze voor een half jaar van elkaar scheiden, om vervolgens weer terug te keren bij de koe."
"De halfjaarse scheiding is gebaseerd op het feit dat de kalveren dan geen melk van de moeder meer nodig hebben", licht de veehouder toe. "Na een half jaar drinken ze ook niet meer opnieuw bij de moeder." Tot nu toe zijn ze een van de weinigen die deze methode toepassen. Dat een kalf bij de moeder opgroeit is in Nederland namelijk niet gebruikelijk.
Met de jaarlijkse Koetjes en Kalfjes-verkiezing hoopt de stichting dat de groep veehouders die moeder en kalf wel bij elkaar houden, groeit.
Betere zorg door koe
"Er zijn absoluut voordelen verbonden aan het langer laten verblijven van een kalf bij de koe, maar er zijn ook potentiële nadelen", vertelt Adriaan Antonis, universitair docent diergeneeskunde aan de Universiteit Utrecht. Eén van de voordelen is in ieder geval dat als de koe over goede moedereigenschappen beschikt, zij voor het kalf kan zorgen. "Dat is betere zorg dan wat de gemiddelde veehouder kan bieden."
"De koe voorziet in de behoeften van het kalf, zoals voeding en stimulatie", vervolgt Antonis. "Over het algemeen is dit gunstig voor de gezondheid en het welzijn van de dieren. Indien een koe niet goed voor haar kalf kan zorgen, is het niet wenselijk dat het kalf bij haar blijft."
In hoeverre scheiding van moeder en kalf de melkproductie beïnvloedt, blijft een ingewikkeld vraagstuk, zegt universitair docent Antonis. "Het is een lastig aspect. We hebben geen goed inzicht in hoeveel melk de koe daadwerkelijk produceert wanneer het kalf bij haar drinkt maar gaan ervan uit dat de melkproductie iets toeneemt. Tegelijkertijd drinkt het kalf ook een deel van de melk op. Die kan zich daardoor waarschijnlijk wel beter ontwikkelen."
Ongeacht of het meer melkproductie oplevert, zou niet iedere veehouderij het net als Ruimzicht kunnen aanpakken, zelfs als zouden ze zouden willen. Als koe en kalf wel bij elkaar blijven, gebeurt dat volgens universitair docent Antonis met behulp van een speciaal houderijsysteem. Volgens dat systeem bepaalt onder meer de hoeveelheid ruimte die beschikbaar is voor de dieren, of een veehouderij wel geschikt is om deze methode te gebruiken.
Toch zijn er ook veel geschikte boerderijen die bewust niet kiezen voor het samen houden van koe en kalf. Er zijn talloze redenen voor, vertelt wetenschapper Antonis. "Het zou kunnen dat kalf en koe samen houden niet past bij de veehouder omdat ze negatieve ervaringen met de methode hebben. Bijvoorbeeld omdat ze zagen hoe een koe niet voor haar kalf kon zorgen omdat ze dat niet gewend was."
Hechte band tussen koe en kalf
Het lukt boerderij Ruimzicht in ieder geval al ruim twintig jaar om hun werkwijze toe te passen. Koskamp: "Gedurende de zomerperiode hebben de koeien de mogelijkheid om dag en nacht buiten te verblijven en kunnen ze altijd kiezen of ze naar binnen of buiten gaan. Dat geldt ook voor de winterperiode. Alleen als het te nat is, moeten de dieren naar binnen. In de heuvelstal is voldoende ruimte beschikbaar voor de koeien."
Voorlopig gaat de veehouderij dus op dezelfde manier verder. "Het draait hierbij om het behoud van de hechte band tussen de koe en haar kalf", aldus Koskamp.