Dierentips

Zo kun je vogels het beste bijvoeren, zelfs met restjes uit de keuken

Door Romy Kroes··Aangepast:
Zo kun je vogels het beste bijvoeren, zelfs met restjes uit de keuken
RTL

Wil je graag zo veel mogelijk vogels in je tuin verwelkomen, zorg dan dat ze zich er op en top thuis voelen. Hoe je voor zo'n vogelvriendelijke tuin zorgt? Bied ze een plek waar ze volop voedsel en onderdak kunnen vinden en je wordt beloond met veelvuldig bezoek. Maar hoe en hoeveel mag je een vogel bijvoeren en wat kun je ze überhaupt extra te eten geven?

De bebouwde kom raakt vol

Er wordt in ons land wat afgebouwd. Dit is enerzijds voordelig voor de mens gezien de woonmogelijkheden, maar de vogels en vele andere dieren lijden eronder. Mooie braakliggende terreinen waar veel insecten en planten vol zaden te vinden zijn, worden omgebouwd tot woonwijken vol beton en asfalt.

Om dit verlies enigszins te compenseren kun je een vogelvriendelijke tuin aanleggen. Hierdoor bied je vogels een mooie plek om voedsel en een schuilplaats te vinden. Wat gras, bloeiende planten en struiken of bomen kunnen een vogel al veel hulp bieden waarmee ze op eigen kracht weer verder kunnen.

Niks missen? Schrijf je in voor onze wekelijkse nieuwsbrief!
Lees ook

Niks missen? Schrijf je in voor onze wekelijkse nieuwsbrief!

Iedere vogel zijn eigen voorkeuren

Het leven als vogel kost veel energie, het hele jaar door. Het is daarom ook niet verkeerd om altijd iets van voedsel in je tuin te hebben. Vogels verleren het namelijk niet om zelf op zoek te gaan naar voedsel en zullen zich ook niet volproppen wanneer ze vol zitten. Je kunt ze dus gerust het hele jaar door bijvoeren. 

Iedere vogel heeft zijn eigen voorkeur als het gaat om voedsel, daar is hun snavel immers ook op aangepast. Zo eten merels, zanglijsters, koperwieken, kramsvogels en spreeuwen het liefst restjes uit jouw keuken. Denk aan gewelde krenten en rozijnen, broodkruimels en fruit (inclusief de schillen en klokhuizen).

Een mees daarentegen eet het liefst ongezouten pinda’s, zonnepitten, kokosnoten of vetbollen. Wil je helemaal aan zijn voorkeur voldoen, hang het voer dan op aan een boom of leg het op een voedertafeltje.

De kegelvormige snavel van mussen, vinken en groenlingen zorgen ervoor dat ze zaden en pitten goed kunnen verwerken. Ze zijn dan ook dol op zonnepitten, pinda’s en onkruidzaden, maar lusten ook wel wat van jouw bruine broodkruimels. Je kunt dit gewoon door je tuin strooien, ze eten namelijk het liefst van de grond.

Heb je nog wat ongekookte havermout over? Leg dit, eventueel samen met broodkruimels en meelwormen, op een beschut plekje in je tuin. De winterkoning, heggenmus en het roodborstje zijn hier dol op! De specht, boomklever en boomkruiper houden dan weer van ongezouten pinda’s, zonnepitten, vetbollen en pindacake.

Tip: de meeste vogels zijn dol op pindakaas, helaas zit er in veel varianten die wij op ons brood smeren toegevoegd zout. Gelukkig bestaat er ook speciale vogelpindakaas. Hier zitten geen toegevoegde zouten in, waardoor deze wél geschikt zijn voor tuinvogels!

Welk seizoen vraagt om wat voor voedsel?

Je kunt vogels dan wel het hele jaar bijvoeren, maar dit betekent niet direct dat ze altijd hetzelfde voer nodig hebben. De verschillende seizoenen vergen toch weer een bepaald soort voeding. Het ene seizoen vraagt juist om meer water, terwijl vogels het andere seizoen meer eiwitten nodig hebben.

De winter vraagt een hoop energie van een vogeltje, ze moeten hun lichaamstemperatuur namelijk op peil houden. Ze hebben dan ook voedzame dingen nodig zoals zadenmengsels, pinda’s, groenten en fruit. Heb je na het eten dus wat over, leg het buiten op een voederschaaltje en het komt alsnog op.

Na de winter breekt de drukste periode aan voor de vogels. In de lente moeten ze op zoek naar een partner, nesten bouwen, eieren leggen én de jongen grootbrengen. Al deze taken vragen dan ook om voedsel dat rijk is aan eiwitten. Hoewel het misschien wat cru klinkt, bevat een gekookt ei veel essentiële voedingsstoffen voor vogels. Wil je ze extra goed op weg helpen, plet dan ook de eierschalen en leg dit samen met het gekookte eitje buiten. De eierschalen zijn namelijk een bron van calcium, wat goed is voor broedende vogels.

In de zomer is vooral vers water erg belangrijk. Ze drinken hier niet alleen van, maar gebruiken het ook om in te badderen. Ze gaan in deze periode zelf op zoek naar insecten om te eten. Je kunt ze hier een handje bij helpen met bloeiende planten of door het gazon nat te sproeien om wormen te lokken.

Ook de herfst vraagt niet echt om extra voeding. De vogeltjes komen nu wel dichter bij de huizen en zullen ook zeker terugkeren als ze weten dat er in jouw tuin eten te vinden is. Geef je ze in de herfst alvast wat te eten, dan zullen ze je ook de hele winter vergezellen.

Fotocredits

Headerfoto: Philip Myrtorp

Lees meer over
Eigen Huis & Tuin Lekker LevenTuinVogelDieren