Winters ongedierte in je huis: zo voorkom je het
Wij mensen zoeken in de winter de warmte op, maar veel dieren doen dat ook. Onder andere muizen, ratten en eekhoorns willen beschutting én voedsel, en dat zoeken ze in je huis. Niet fijn, want dit winterse ongedierte kan voor ongemak, schade én gezondheidsrisico’s zorgen. Welke dieren komen het vaakst binnen? En hoe houd je ze het beste buiten de deur?
1. Muizen en ratten
Als het buiten kouder wordt, zoeken muizen en ratten graag de warmte op. En jouw huis kan dan heel aantrekkelijk voor ze zijn. Muizen zijn echte acrobaten en kunnen zich door scheuren van maar een paar millimeter wurmen. Ratten hebben iets grotere openingen nodig om binnen te komen, maar glippen via rioleringen of beschadigde muren ook zo je woning in.
Natuurlijk zijn deze wintergasten allesbehalve welkom. Ze kunnen flink wat schade aanrichten door te knagen aan elektrische bedrading, isolatie, meubels en zelfs je voedselvoorraad. En dat is nog niet alles – ze kunnen ook ziektes, zoals salmonella, het hantavirus en de ziekte van Lyme, overdragen. Ook kunnen ze allergieën of ademhalingsproblemen veroorzaken door hun uitwerpselen en urine. Niet echt het soort gezelschap waar je op zit te wachten, dus.
Hoe kun je muizen en ratten voorkomen?
Inspecteer je huis op scheuren, kieren en gaten, vooral rond leidingen, ramen en deuren. Dicht daarnaast alle openingen af met tochtstrips, kit of metalen roosters. Zelfs de kleinste gaatjes kunnen toegang bieden. Houd je omgeving schoon door voedsel goed op te bergen in luchtdichte verpakkingen en afval goed af te sluiten. Gebruik muizen- en rattenvallen of schakel een ongediertebestrijder in als je een plaag hebt. Diervriendelijke oplossingen, zoals ultrasone afschrikmiddelen, kunnen ook effectief zijn.
2. Steenmarters
Net als muizen en ratten zoeken ook steenmarters in de winter een warme plek om zich te nestelen. Tijdens de koude maanden gebruiken ze jouw huis als uitvalsbasis, waar ze hun prooien opeten en de restjes vervolgens laten liggen, zodat jij ze later in een verrotte staat terugvindt. Niet bepaald ideaal, als je het ons vraagt. En het kan ook nog eens zorgen voor enorme stankoverlast.
Steenmarters zijn nachtdieren. Ze kunnen 's nachts wel acht kilometer afleggen, zowel binnen als buiten je huis. Om binnen te komen, knagen ze meestal een gat in het dakbeschot onder de dakpannen, waarna ze naar binnen kruipen. Daarom zijn steenmarters vaak te vinden op zolder.
Hoe kun je steenmarters voorkomen?
Steenmarters zijn beschermde diersoorten, dus vangen, doden of bestrijden met gif is verboden. Je mag ze wel verjagen, maar hoe doe je dat?
Als een steenmarter in huis zit, controleer dan eerst of hij nog aanwezig is. Aangezien steenmarters 's nachts actief zijn, is de kans groot dat hij alweer buiten rondloopt als jij ‘m aan het zoeken bent. Steenmartervrij? Maak dan alle gaten en kieren groter dan vijf à zes cm dicht om te voorkomen dat hij terugkomt. Zorg ervoor dat het gaas goed vastzit, want steenmarters zijn hardnekkig en zullen alles doen om weer bij hun oude vertrouwde plekje te komen.
3. Kakkerlakken en mieren
In de wintermaanden ontsnappen zowel kakkerlakken als mieren aan de kou door bij jou in huis te schuilen. Kakkerlakken komen vaak binnen via kieren in keukens en kelders, waar ze zich kunnen voeden én zich kunnen verstoppen. Mieren doen hetzelfde, meestal in de keuken of bij voedselopslag. Beide diersoorten kunnen voedsel besmetten en gezondheidsproblemen, zoals allergieën, astma, en ziektes zoals salmonella of gastro-intestinale infecties, veroorzaken.
Hoe kun je ze voorkomen?
Die gezondheidsproblemen wil je natuurlijk niet, dus hoe voorkom je deze ongewenste gasten? Houd je huis schoon en berg voedsel op in luchtdichte verpakking. Inspecteer je huis op scheuren en gaten in muren, vloeren en rondom leidingen waar ze zich kunnen verstoppen. Plaats kakkerlakkenvallen of gebruik natuurlijke mierenafweermiddelen, zoals kaneel of azijn. Bij een ernstige besmetting kun je een ongediertebestrijder inschakelen.
4. Spinnen
In de winter zijn spinnen vaak op zoek naar een rustig plekje om te overwinteren. Hoeken van kamers of achter meubels zijn hun favoriete plekken. Meestal veroorzaken ze geen schade, al kan de gedachte aan een spin in de woonkamer sommige mensen kippenvel opleveren.
Maar wees gerust, deze wintergasten hebben ook een positieve kant. Spinnen zijn echte insectenjagers en helpen je om je huis vrij te houden van vervelende beestjes, zoals vliegen en muggen.
Hoe kun je spinnen voorkomen?
Wil je er toch liever vanaf? Controleer het huis dan regelmatig op webben. Sluit ramen en deuren goed af om te voorkomen dat spinnen naar binnen komen. Gebruik natuurlijke afweermiddelen, zoals eucalyptusolie of citrusgeur.
5. Vleermuizen
Vleermuizen zoeken in de winter vaak donkere, stille plekken om zich lekker op te krullen en te overwinteren. Zolders en schoorstenen zijn voor hen ideale schuilplaatsen, maar helaas kan hun aanwezigheid problemen veroorzaken. Ze kunnen schade aan dakbedekking of schoorstenen veroorzaken, en hun uitwerpselen kunnen schadelijk zijn voor de gezondheid.
Daarnaast kunnen vleermuizen ziektes, zoals rabiës (hondsdolheid) overdragen. Dus hoewel ze misschien onschuldig lijken, is het belangrijk om ze op een veilige manier buiten te houden.
Hoe kun je vleermuizen voorkomen?
Sluit je schoorsteen af met een schoorsteenkap om te voorkomen dat vleermuizen naar binnen kunnen. Inspecteer je dak en muren op scheuren of gaten die vleermuizen toegang kunnen geven. Gebruik netten of roosters om te voorkomen dat vleermuizen naar binnen kunnen.