Op vakantie? Laat je huis zó achter om inbraak zoveel mogelijk te voorkomen
Dit weekend is het weer 'Zwarte Zaterdag' en trekken we er massaal op uit. Voor veel mensen begint de vakantie al zodra ze de deur achter zich dichttrekken. Maar terwijl jij op je vakantieadres lekker tot rust komt, hebben de inbrekers vaak vrij spel. Ja, óók als je de deuren extra goed op slot hebt gedaan. Hoe je niet verklapt dat je je stek een poosje verlaat? Door je huis op de volgende manier achter te laten en de juiste maatregelen te nemen.
Inbrekers hebben zo hun slimme trucjes om binnen te komen én om er achter te komen of bewoners weg zijn. Een aantal van deze trucs zetten we eerder zetten we eerder al eens op een rij. Maar zeker als je op vakantie gaat en dus voor langere tijd je huis verlaat is het extra verstandig om maatregelen te nemen en je huis op een bepaalde manier achter te laten zodat inbrekers niet direct door hebben dat je weg bent.
1. Wees voorzichtig met social media
Het is natuurlijk heerlijk om ‘de thuisblijvers’ op social media te laten zien op wat voor fijne plek je zit en wat je daar allemaal beleeft. Maar zeker wanneer je een openbaar profiel hebt kunnen inbrekers dit ook opmerken en als een uitnodiging beschouwen om eens bij jou thuis te kijken wat er te halen valt. Met een kleine zoektocht is jouw adres namelijk vaak makkelijker terug te vinden dan je denkt.
Hoe je je vakantiekiekjes op een veiligere manier deelt? Door je profiel af te schermen, je foto’s pas achteraf te delen (en er het liefst ook bij vermeldt dat je inmiddels weer thuis bent) of door je volgers te laten weten dat je huis in goede handen is van een oppas die voor je huis/kat/hond/planten zorgt.
2. Laat wat spullen rondslingeren
Het is begrijpelijk dat je je huis netjes wil achterlaten als je op vakantie gaat. Dat is nou eenmaal veel fijner thuiskomen. Schoonmaken is dan ook absoluut een goed idee, maar opruimen is een ander verhaal. Zorg dat je huis er niet té netjes en opgeruimd uitziet, maar laat het doen lijken alsof jullie gewoon thuis zijn. Bijvoorbeeld met wat rondslingerend speelgoed op de grond, een koffiekop en een open krant op tafel en een jas over de stoel.
3. Stel een lichtklok in
Waar licht is, zijn meestal mensen. Door op verschillende plekken en op verschillende tijden in huis licht te laten branden door middel van schakelklokken geef je dus een (vals) signaal dat jullie gewoon thuis zijn, zo tipt ook de Politie. Uiteraard zijn inbrekers heus wel bekend met deze truc, maar in combinatie met de overige tips uit dit lijstje kan het toch behoorlijk geloofwaardig overkomen.
4. Licht de buren in (en vraag om hulp)
Het is altijd verstandig je buren even te melden dat jullie op vakantie zijn en wanneer jullie weer terug komen. Zo kunnen zij niet alleen een oogje in het zeil houden, maar ook kunnen ze met kleine handelingen helpen om je huis er bewoond uit te laten zien. Wat dan zoal lees je bij punt 5, 6 en 7.
Ook tipt de website van de politie om je aan te sluiten bij Burgernet: een initiatief of gezamenlijk de veiligheid binnen je gemeente te verhogen. Dit netwerk wordt niet alleen gebruikt om criminaliteit tegen te gaan, maar ook om tips te vragen bij vermissingen.
5. Post regelmatig op laten ruimen
Als je huisdieren hebt die thuisblijven is het natuurlijk sowieso verstandig een bekende uit de buurt in te schakelen regelmatig even langs je huis te gaan. Maar ook als je geen huisdieren hebt is dit geen verkeerd idee. Het lijkt misschien onbenullig, maar alleen al zoiets als een bergje post op de mat of in de brievenbus is voor een inbreker een duidelijk signaal dat jullie voor langere tijd weg zijn. Inbrekers steken vaak hun telefoon met camera door de brievenbus om te zien of er veel post op de mat ligt, waardoor ze al genoeg weten.
6. Denk aan je gordijnen
Een bewoonde indruk laat je ook achter door je gordijnen af en toe open én dicht te doen. Dit kun je ook aan je buren vragen als ze toch af en toe een bezoekje aan je huis brengen voor de nodige klusjes.
Heb je geen kennis of buur die de gordijnen af en toe open of dicht doet? Laat je gordijnen (maar óók je rolluiken of zonwering) in dat geval dan beter gewoon open, of half-open. Als de gordijnen dagenlang dicht zitten is dat voor inbrekers juist een signaal dat er niemand thuis is. Bovendien worden je kamerplanten er natuurlijk ook niet blij van als er opeens nauwelijks nog daglicht in huis komt.
7. Auto op de oprit
Een lege oprit is ook een signaal dat jullie niet thuis zijn. Heb je een tweede auto? Zet die dan tijdens je vakantie op de oprit voor een bewoonde indruk. Heb je die niet? Wellicht kun je een buurtbewoner die zijn (tweede) auto nauwelijks gebruikt vragen om tijdelijk op jouw oprit te zetten.
8. Alle ramen dicht
Al zijn de sloten op je deuren nog zo goed, met een open raampje kun je alsnog de mist in gaan. Zelfs met wc-raampjes of kleine ramen op hoge hoogtes weten inbrekers wel raad. Zorg dus dat alle ramen dicht zijn.
9. Geen sleutels verstoppen
Wanneer je hebt afgesproken dat een bekende af en toe even langs je huis gaat voor de eerder genoemde klusjes, kun je beter de sleutel persoonlijk overhandigen en nooit de sleutel verstoppen onder de mat, onder een steen of in een bloempot. Zelfs als je denkt dat de verstopplek heel goed is, want inbrekers kennen ze allemaal.
10. Installeer een slimme deurbel
Tot slot een tip die kans op inbraak sowieso vermindert, of je nu op vakantie bent of niet. Met de ingebouwde camera van de deurbel houd je op afstand makkelijk in de gaten of er geen ongewenste gasten voor de deur staan, waardoor je zo nodig snel hulp kunt inschakelen. Bovendien schrikt zo’n deurbel – en een sticker waarin je kenbaar maakt zo’n deurbel te hebben – de inbrekers vaak op voorhand al af.
