Martine van Os: 'Opnames We zijn er Bijna! worden steeds moeilijker'
Martine van Os (67) vindt de lange opnameperiodes van We zijn er Bijna! "steeds wat moeilijker". Al dertien jaar lang reist ze voor het succesprogramma jaarlijks vijf weken achterelkaar en dat went zeker niet. "Het missen van mijn echtgenoot en gein in die tijd begint wel iets zwaarder te wegen", zegt de presentatrice in het 'AD'.
'Er komt een tijd dat ik het welletjes ga vinden"
"In 2011 was ik een stuk jonger, flexibeler en voelde het allemaal heel nieuw. Toen was ik zelf altijd de jongste van het gezelschap. Nu eerder een van de oudsten", denkt Martine, die in ieder geval volgend jaar nog een seizoen gaat maken.
"Volgend jaar gaan we ook weer op reis", zegt ze. "Maar ja, er komt een tijd dat ik het welletjes ga vinden. Daar ontkom je niet aan. Dat zou dan echt te maken hebben met het ouder worden en het gemis van mijn gezin."
Het is niet de eerste keer dat Martine moet toegeven dat de opnames best zwaar zijn: