Zo maak je van je chaotische huis een geordend paleisje

Ik ben geen grote rommelkont en ook geen perfectionistische opruimer met smetvrees. Soms is het thuis een rommeltje, meestal is het allemaal op orde.

Althans, op het eerste oog. Hoewel mijn huis er voor een bezoeker netjes uitzag, zaten mijn kastjes altijd rammend vol. Als alle koffiemokken uit de vaatwasser waren, pasten ze net net net in de keukenkast. Ik waarschuwde mensen ook altijd bij het kastje met alle chips en nootjes: trek dat luikje open en je krijgt een zak chips op je hoofd.

Stress

Rommel, ook in kastjes, is onrustig voor je hoofd, blijkt uit meerdere onderzoeken. Zo volgden wetenschappers uit verschillende vakgebieden jarenlang 32 families in Los Angeles. De onderzoekers ontdekten dat meer rommel leidt tot een verhoogd stresshormoon bij moeders. Te veel indrukken, te veel rommel, kan er bovendien voor zorgen dat je je minder goed kunt concentreren, blijkt uit een ander onderzoek. 

Oh, en mensen die in een geordende ruimte verblijven, eten gezonder. Aan de andere kant heeft een beetje rommel ook zo zijn voordelen: je wordt er creatiever van. 

Al met al kies ik toch liever voor meer rust in mijn hoofd. Weg dus met die rommel. Maar hoe? Ik heb heel wat boeken, tijdschriften en artikelen afgestruind voor de beste opruimtactieken en had het meest aan deze tips:
 

1. Eén opruimproject per dag (of per week) is ruim voldoende

Heel leuk en bewonderingswaardig dat je je hele huis op wil ruimen, maar plan dit megaproject niet op één dag. Zaterdag de kledingkast en op je vrije woensdag de keuken is helemaal oke. Anders ga je er namelijk tegenop zien, heb je geen tijd meer voor je geliefden of een hangmoment in de zon. En let’s face it: dat moet ook gewoon gebeuren deze zomer. Over dit mega-opruimproject heb ik bij elkaar anderhalve maand gedaan.

2. Geef alles één (!!1!!!1!) vaste plek

In het boek The Organised Mind geeft Daniel Levitin tips over het organiseren van zo’n beetje alles. Zo ook je huis. Eén van zijn adviezen: zorg dat er één plek is voor één categorie. Je administratie moet niet verdeeld zijn over vier plekken. Het is niet fijn om drie keukenkastjes af te zoeken naar je bakspullen. Nee, je administratie zit straks in die ene kast, en de bakspullen alleen in dat keukenkastje. Zo’n indeling creëert rust in je hoofd. Dat geldt net zo goed voor je digitale documenten: maak duidelijke categorieën/mapjes aan en hou jezelf aan een strak regime.

3. Handig? Nee. Herinnering? Nee. Prullenbak.

Er zijn een hele hoop opruimboeken in omloop. Een van de populairste op dit moment: Opgeruimd!, van Marie Kondo. Net als collega Jantien, word ik een beetje kriegel van dit boek. De schrijfster wil graag dat je de spullen die je weggooit ook hardop bedankt voor bewezen diensten. Koekoek! Maar goed, ieder zijn ding. Als jij je koekenpan wil bedanken voor al die lekkere pannenkoeken: vooral doen.

Maar een ding heeft ze ergens wel goed gezien: als je bepaalde spullen als ballast ervaart dan kun je ze maar beter weggooien.

Volgens ontspulgoeroe James Wallman, en meerdere onderzoeken, heb je op de lange termijn sowieso meer plezier van ervaringen dan van dingen. Denk dus goed na: gebruik ik dit ding veel? Of heeft het (positieve) emotionele waarde? Is op beide vragen het antwoord nee, dan ben je misschien beter af zonder.

4. Kledingkast: ja het mag echt weg

Ik heb een inloopkast, maar het was jarenlang niet het paleisje wat je bij zo’n fijne extra kamer voorstelt. Naast kleding lag er ook: beddengoed, logeerspullen, cosmetica en administratie (en dat ook nog door elkaar heen). Het resultaat: een rommelhok, waar ik ook mijn kleding kon vinden.

Nieuwe regel: in de inloopkast mag alleen kleding en beddengoed liggen. Daarnaast heb ik twee zakken kleding weggeven aan de tweehandskledingmaffia. Je kunt vanaf nu ook de Oprah-techniek nog toepassen: hang alle kleerhangers één kant op. Zodra je iets aandoet, hang je ze de andere kant op. Zo weet je over een jaar precies welke kleding je stiekem nooit aandoet.

Ik kan met volle overtuiging zeggen: dit was het meest bevredigende stukje van de opruimmissie. Want elke keer als ik nu mijn kledingkast inloop heb ik een Sarah Jessica Parker-ervaring (maar dan zonder de Blokker).

5. Ruim je mobieltje (en sociale leven) ook eens op

Ik ben fan van het boek 'Essentialism' van Greg McKeown, getipt door NRC techredacteur Wouter van Noort. Dat boek gaat over keuzes maken in het algemeen. De schrijver zegt feitelijk: heel veel dingen die je doet of hebt zijn eigenlijk niet zo belangrijk. En omdat je ze allemaal wil doen, doe je ze allemaal een beetje. Dat kan ook anders. 'Less is better', zo luidt zijn motto. Doe minder dingen, en doe deze beter. Daar word je een stuk productiever en doelmatiger van.

Overal ja op zeggen, 300 vrienden op Facebook, duizend afspraken in de week, een constant trillende mobiel en 30 to do’s op het werk.  Het klinkt allemaal very busy and important, maar het leidt niet tot een doelmatig leven. Zijn advies, kiezen voor wat belangrijk is en de rest skippen, is uiteraard makkelijker gezegd dan gedaan en heb je niet binnen een dag in de vingers.

Ik ben begonnen met het vaarwel zeggen van tweederde van de Facebookvrienden, mijn mobiel trilt alleen bij echt belangrijke mensen en ‘nee’ leidt tot een hele overzichtelijke agenda.
 

Conclusie: wat een feestje

En niet alleen dat. Een opgeruimd huis en sociaal leven leidt ook tot verbazingwekkend veel rust. Rust om na te gaan denken over nieuwe (werk)projecten, ruimte voor belangrijke mensen en – heel belangrijk – geen chipszak meer op mijn hoofd als ik een keukenkastje opentrek. Gewoon doen dus, dat grote opruimproject.