Routekaart naar 6 miljard EU-steun: harder snoeien in hypotheekrenteaftrek
Er is bijna geen ontkomen aan voor de partijen die onderhandelen over een nieuw kabinet: de hypotheekrenteaftrek moet verder ingeperkt. Gebeurt dit niet, dan loopt Nederland hoogstwaarschijnlijk 6 miljard euro mis aan Europees steungeld. Waar komt dit nieuws ineens vandaan?
Op deze en nog acht andere vragen geven we je in dit artikel een antwoord.
Het slechte nieuws, in ieder geval voor de partijen die de hypotheekrente liever ongemoeid willen laten, uit het begin van dit verhaal valt op te maken uit een brief die minister van Financiën Wopke Hoekstra gisteren naar de Tweede Kamer stuurde. Daarin schrijft hij over 'informele contacten' met de Europese Commissie dit voorjaar.
1. Waar gingen die contacten over?
Over het plan dat Nederland nog moet indienen bij de Europese Commissie voor het binnenhalen van 6 miljard euro aan noodsteun. Die komt uit de zogeheten Recovery en Resilience Facility, het noodfonds dat na hele moeizame onderhandelingen in de zomer van 2020 werd opgericht.
De onderhandelingen verliepen zo moeizaam omdat onze eigen minister van Financiën harde eisen stelde aan het oprichten van het fonds met daarin 672,5 miljard euro. Aan deze eisen moet Nederland vanzelfsprekend ook voldoen.
2. Wat voor eisen zijn dit?
Om de subsidie te krijgen, moeten landen de zwakke plekken in hun economie repareren. Landen mogen tot op zekere hoogte zelf kiezen welke hervormingen ze doorvoeren, maar dan wel uit de lijst aanbevelingen die de Commissie de afgelopen jaren hiervoor heeft gedaan.
Voor Nederland gaat het dan onder meer om het beter beschermen van zelfstandigen op de arbeidsmarkt en het aanpakken van de hoge schuldenlast van Nederlandse huishoudens. 'Stappen in deze categorie zullen naar verwachting nodig zijn' om een positieve beoordeling te krijgen van de Commissie, schrijft Hoekstra.
3. Nou, dan schaffen we toch de hypotheekrenteaftrek af?
Nee, zo simpel ligt dat niet. Want dat ligt zeer gevoelig bij de achterban van vooral de VVD en het CDA. Huizenbezitters gaan er dan namelijk flink op achteruit. Het helemaal afschaffen ervan kost een huishouden met een eigen huis al gauw honderden euro's belastingvoordeel per maand.
Jarenlange discussie
Het verder snoeien in de hypotheekrenteaftrek of zelfs het afschaffen ervan is al jaren een flinke discussie. Het belastingvoordeel voor huizenbezitters stuwt de schulden van huishoudens omhoog, waardoor deze kwetsbaarder zijn als de economie een tik krijgt, waarschuwt De Nederlandsche Bank al lange tijd.
De financiële prikkel om te kopen drijft bovendien de huizenprijzen verder op. Het afschaffen ervan levert op jaarbasis 3 tot wel 4 miljard extra welvaart op, berekenden ambtenaren van Financiën vorig jaar.
Het afschaffen van de hypotheekrenteaftrek is politiek gezien wellicht geen fijn besluit om te nemen, vanuit het perspectief van de overheidsfinanciën valt er nog best een positieve draai aan te geven.
Het fiscale voordeel kost de schatkist namelijk miljarden aan misgelopen belastinginkomsten. Dit jaar scheelt het de staat 8,7 miljard euro, blijkt uit cijfers van het ministerie van Financiën.
Het is een besluit dat je als politieke partij dus liever niet neemt, want het komt je op een berg aan kritiek te staan. Geen wonder dus dat het - toen nog missionaire - kabinet in november vorig jaar besloot om het indienen van het plan over de verkiezingen in maart van dit jaar heen te tillen.
De Europese Commissie adviseert Nederland overigens ook al jaar na jaar om de aftrek aan te pakken. Tot nu toe konden deze adviezen ongezien in een bureaulade worden geschoven, maar dit keer is het anders.
4. Waarom is het nu ineens een thema?
Omdat de tijd toch wel een beetje begint te dringen. Nederland is namelijk het enige land dat nog geen plan heeft ingediend. Van 22 landen van de 27 lidstaten is het plan al goedgekeurd, 17 landen hebben zelfs al hun eerste voorschotten al ontvangen.
Daarnaast is de formatie eindelijk op gang gekomen. En daar wordt druk onderhandeld over het plan, door dezelfde partijen die er vorig jaar geen beslissing over wilden nemen.
Dat moeten ze nu wel, want het plan moet voor de zomer van volgend jaar zijn ingediend in Brussel. Dat is nodig omdat de Commissie zo'n twee maanden nodig heeft om de plannen te analyseren.
Daarna moeten de andere EU-lidstaten ook instemmen met het Nederlandse voorstel. Dit moet allemaal gebeuren voor december volgend jaar, want de afspraak is dat 70 procent van alle subsidies dan zijn uitgedeeld.
5. Zijn hervormingen het enige struikelblok?
Nee, niet bepaald. Landen moeten ook een doorwrocht plan hebben voor wat ze met het geld gaan doen. Van het bedrag moet minimaal 37 procent uitgegeven worden aan plannen die de klimaatdoelen dichterbij brengen.
En nog eens 20 procent moet gaan naar digitalisering. Daarnaast moeten de plannen ongelijkheid in de maatschappij bestrijden.
Om het iets makkelijker te maken, mogen er ook maatregelen in het plan opgenomen worden die al zijn genomen, als ze maar van na 1 februari 2020 zijn. De plannen moeten uiterlijk in de zomer van 2026 in beleid zijn omgezet.
Om het toch weer ingewikkelder te maken: het mag niet gaan om plannen die structureel geld kosten, maar de investeringen moeten wel een langdurig effect hebben.
Ambtenaren van het ministerie hebben een lijst gemaakt waar de onderhandelaars uit kunnen kiezen. Het kiezen van maatregelen die al genomen zijn en waar de overheid dus al geld voor heeft uitgetrokken, heeft een groot voordeel. Als het plan wordt goedgekeurd, dan kan het geld uit Brussel voor iets anders gebruikt worden, legt Hoekstra uit.
6. Goed, dan is er een plan: krijgen we de 6 miljard dan?
Opnieuw is het antwoord negatief. Het grootste deel van het geld wordt pas overgemaakt als de doelen zijn gehaald. Een bonnetje voor de gemaakte kosten is dus niet voldoende.
7. En als we geen plan indienen, maakt dat uit?
Het indienen van ons plan 'is medebepalend voor de geloofwaardigheid' waarmee wij de plannen van andere landen 'kritisch' kunnen beoordelen, schrijft Hoekstra zelf. Met andere woorden: we staan voor aap als we zelf geen plan indienen, nadat we zo hebben gehamerd op strenge voorwaarden.
Daarnaast is het natuurlijk zonde van de 6 miljard euro. Die komt namelijk via wat omwegen van de Europese belastingbetalers.
De Europese Commissie verdeelt de miljarden, maar leent deze zelf op de financiële markten. Om de leningen uiterlijk 2058 allemaal af te kunnen lossen, wil de Commissie meer geld ophalen met nieuwe EU-belastingen.
Het gaat bijvoorbeeld om de belasting op plastic afval die dit jaar is ingevoerd en een belasting voor techreuzen die in 2023 ingevoerd moet worden. De individuele lidstaten staan garant voor de miljardenleningen, via hun afdracht aan de Europese begroting. Vorig jaar maakte Nederland bijna 9 miljard over aan de Commissie.
8. Waarom krijgen wij eigenlijk 'maar' 6 miljard, nog geen 1 procent van het totale bedrag?
Daar zijn twee oorzaken voor. Allereerst kan Nederland erg goedkoop geld lenen en daarom 'ligt het niet voor de hand' dat wij gebruik gaan maken van de mogelijkheid om geld te lenen uit het noodfonds, aldus Hoekstra. Daar is een bedrag van 360 miljard voor beschikbaar, waar Nederland dus niets van zal ontvangen.
Daarnaast krijgen de zwaarst getroffen landen het meeste geld. Dit wordt onder meer berekend aan de hand van de werkloosheid tijdens de coronacrisis, hoe zwaar de economie werd geraakt en het gemiddelde inkomen per inwoner.