Overschot groene stroom kost Tennet honderden miljoenen, burgers betalen
Door capaciteitsproblemen op het hoogspanningsnet moet netbeheerder Tennet alle zeilen bijzetten om het stroomnet in evenwicht te houden. Dat is niet alleen heel veel werk, het kost ook ongelooflijk veel geld. Vorig jaar liepen de kosten op tot bijna 340 miljoen euro, en dat wordt uiteindelijk betaald door burgers en bedrijven.
Tennet beheert het hoogspanningsnet in Nederland. Dat betekent dat het verantwoordelijk is voor het transporteren van energie van centrales naar de regionale stroomnetten, die weer beheerd worden door bedrijven als Stedin en Liander.
Groene energie levert problemen
Die energievoorziening moet constant vrijwel perfect in evenwicht worden gehouden, dat betekent dat er evenveel stroom in moet als er uitgaat. Gebeurt dat niet, dan kan uiteindelijk een net plat gaan.
Maar door de sterk toegenomen hoeveelheid aan groene energie, vooral uit wind, komt er steeds vaker simpelweg te veel stroom het net op. Of, minstens zo problematisch, het komt op de verkeerde plek het net op.
Als er veel wind staat, wordt er veel goedkope stroom in het noorden van het land geproduceerd, geeft Jan Vorrink, manager van het controlecentrum van Tennet, als voorbeeld. Maar dat is doorgaans niet de plek waar al die energie verbruikt wordt. Als dat allemaal vervoerd moet worden naar eindgebruikers in het zuiden of het westen van het land, kunnen de hoogspanningskabels dat soms niet aan.
En dan zit Tennet dus met de gebakken peren, want uiteindelijk moet de stroom wel bij die huishoudens en fabrieken terechtkomen.
Afschakelen en aanzetten
In dat geval moet Tennet twee dingen doen: in het noorden van het land moet een centrale, of eventueel windmolenpark, bereid gevonden worden om tegen betaling de productie stil te leggen of te verminderen. "En de energie is wel gekocht door iemand zuidelijker in Nederland. Daar moeten we dus een centrale vinden die gaat draaien. Die zijn allemaal duurder", vertelt Vorrink.
Via een biedingssysteem vraagt Tennet dan uit welke centrale tegen welke prijs op zeer korte termijn de extra stroom kan gaan produceren in de buurt van waar de stroom nodig is. En daarvoor moet Tennet betalen. Hoe vaker dat voorkomt, hoe meer geld het staatsbedrijf daaraan kwijt is.
340 miljoen euro
Helaas doet dat probleem zich steeds vaker voor. Vroeger duurde zo'n periode wel eens een paar uur, nu is het geregeld veertien uur op een dag, vertelt Vorrink. De extra kosten die Tennet maakt om de ene centrale uit te zetten en een andere duurdere centrale weer aan te zetten, bedroegen vorig jaar bijna 340 miljoen euro.
Die kosten worden 'gesocialiseerd' zoals dat in jargon genoemd wordt. Iedereen betaalt er dus aan mee. Op jouw stroomrekening zie je dat terug in de netwerkkosten. Een jaar eerder was dat nog maar 78 miljoen euro, de jaren daarvoor nog minder.
Werkzaamheden zorgen voor nog meer problemen
Om ervoor te zorgen dat in de toekomst er veel minder van dit soort prijzige operaties nodig zijn, investeert Tennet miljarden om door het hele land de netten te verdubbelen, zodat er meer stroom getransporteerd kan worden. Fijn voor de toekomst, maar op kortere termijn levert dat nog meer problemen op.
De werkzaamheden moeten namelijk overdag plaatsvinden, als de energievraag hoog is, want in het donker is te gevaarlijk. En tijdens het werken kan er geen stroom door de kabels gejaagd worden.
Voor die geplande werkzaamheden kan de netbeheerder vooraf afspreken met energiecentrales om geen stroom te leveren, maar het nadeel dat ze daardoor ondervinden moet ook weer gecompenseerd worden.
Nog minstens tien jaar
Vorrink verwacht dat het nog zeker een jaar of tien duurt voor alle plannen om de capaciteit van het hoogspanningsnet te vergroten gerealiseerd zijn, en het zou zomaar langer kunnen duren. Zolang het net niet op orde is, zal Tennet te maken hebben met hoge verstoppingskosten, die uiteindelijk dus door alle Nederlanders gedragen moeten worden.