150 gepensioneerden bestieren Julianatoren: 'Geen personeelstekort'
Wie met pensioen mag, maar nog energie heeft om door te werken, wordt met open armen ontvangen door het Apeldoornse pretpark Julianatoren. Honderdvijftig senioren bedienen voornamelijk de attracties. Korte dagen, warme maaltijden én sociaal contact: "Ouderen hebben hier een luxepositie", zegt het park.
Frans Bongers is met zijn eenentachtig jaar een van de oudste werknemers van Julianatoren, vertelt hij aan RTL Z. Hij staat hier elk weekend en doet vandaag dienst als portier. "Ik begroet de bezoekers en controleer de kaartjes. Dit is mijn drieëntwintigste seizoen", zegt hij.
Na zijn pensioen besloot Bongers aan de slag te gaan bij het park. "Ik kwam hier weleens met mijn kleinzoon." Die was toen een jaar of vier, maar inmiddels dik in de twintig. Met mensen omgaan, een babbeltje maken, leuke collega's. Dat maakt het leuk. "Je blijft er jong bij", zegt Bongers.
Beetje stijf
Hij heeft artrose, is wat stijf, maar verder fit als een hoentje. Bongers heeft bij zo'n beetje elke attractie in het park wel gestaan. Maar de Dino's Tour is favoriet. "Je kan er lekker zitten", zegt hij. En van het salaris kan hij leuke dingen doen.
Dat is een bruto uurloon van 13,27 euro, iets boven het minimumloon, zegt Ronald Noorlander, directielid van Julianatoren. Bij het park werken zo'n vierhonderd mensen van 13 tot 83 jaar. In het weekend zijn dat veel jongeren, de ouderen vullen juist de gaten in het doordeweekse rooster.
Geen personeelstekort
"Ik weet nog niet hoe het deze zomer verloopt, maar ik heb over het algemeen geen last van personeelstekorten", zegt Noorlander.
Zijn bedrijf werft specifiek op senioren en doet dat in eigen beheer. Advertenties in het lokale gratis krantje leveren veel op. Net als mond-tot-mond-reclame van ouderen die nu al in het park werken. "Ouderen zitten minder op de iPad, maar lezen wel de krant", aldus de directeur.
Oudjes geven vertrouwen
Noorlander zet zijn 'oudjes' vooral neer bij de attracties van het park, of bijvoorbeeld als portier. Op die plekken is ervaring een pré, omdat het park is gericht op jonge kinderen en hun ouders. Senioren zijn ook ouders, opa's en oma's. "Dat vinden de ouders in het park prettig", zegt Bongers.
De jongere werknemers vind je vaker bij de horeca: "Ik ga iemand van zeventig niet de hele dag ijsjes laten scheppen", aldus Noorlander.
Comfortabele baantjes
De ouderen krijgen de meer comfortabele baantjes van het park, zegt de directeur. Ze werken op oproepbasis en van half elf tot vijf. "Dat willen ze ook", zegt hij. Al komen velen eerder voor de gezelligheid.
Werken na je pensioen is vooral ook een sociaal ding: "Werknemers kunnen hier voor een klein bedrag een warme maaltijd nuttigen."
Alle klusjes al gedaan
André Lis, 'slechts 75 jaar' werkt sinds vorig jaar bij Julianatoren, want al die klusjes thuis had hij wel gedaan, vertelt hij. "Ik ben niet iemand die achter de computer gaat zitten." Hij werkte eerst als examinator na zijn pensioen, tot een collega hem op dit werk wees.
Portier of attracties bedienen: van spookslot tot reuzenrad. "Ik doe alles en vind het allemaal leuk." Maar die collega's maken het werk het meest leuk, vertelt hij aan de telefoon terwijl er gejuich klinkt op de achtergrond. Lis werkt twee dagen in de week.
Geen miljonair
"Ik krijg aow en ben geen miljonair, met het salaris kunnen we lekker op vakantie", zegt Lis. Volgende maand vertrekt hij met zijn kleinzoon richting Oost-Europa. De inkomstenbelasting wordt ook netjes betaald, zegt Lis. Omdat hij gepensioneerd is, is de belasting wat lager dan voor zijn pensioen.
Voor de werkgever is het werken met ouderen ook iets voordeliger, omdat er minder premies worden afgedragen. Volgens Noorlander levert dit het bedrijf echter geen financieel gewin op.
Plakken
Sommige gepensioneerden blijven - in goede gezondheid - wel twintig jaar plakken bij Julianatoren, zegt de directeur. En willen ze ondanks die nieuwe heup door, dan wordt er gezocht naar een passende functie.
Wanneer stoppen? "Ik wil graag mijn 25-jarig jubileum hier vieren", zegt Bongers. Er wordt voorlopig niet aan gedacht. "Als het niet meer gaat", zegt Lis. Dat is nog niet het geval: "Ik ben een fervent wandelaar, deze zomer wil ik de Preikestolen beklimmen in Noorwegen."