Van profielwerkstuk tot bedrijf: Noah en Julius (18) kochten hun eigen frietkraam

Een kraam met verse friet in Amsterdam vormde de inspiratie, het profielwerkstuk in de laatste klas op de middelbare school de directe aanleiding.

Echt gematst

"We zagen die frietkraam, het was er hartstikke druk", zegt Noah. "Toen dachten we: waarom beginnen we niet zoiets hier in Bruinisse?" Ze besloten voor hun profielwerkstuk de onderneming op te zetten en kwamen terecht op de jachthaven in de Zeeuwse plaats, waar verder alleen een supermarkt te vinden is.

"Voor een vriendenprijsje mochten we afgelopen november de frietkar van de supermarkteigenaar overnemen", vertelt Julius. "Dat kostte ons vijfduizend euro", vult Noah aan. "Met alles erop en eraan. We zijn echt gematst." 

Verschillende omzet

Sinds een goede twee maanden bakken de vrienden ook daadwerkelijk friet. "We onderscheiden ons van de cafetaria in het dorp omdat we verse friet verkopen. De aardappels zijn al wel gesneden, maar ze moeten twee keer worden gebakken", licht Noah toe.

"Tot nu toe gaat het goed. Mensen vinden het lekker. Al kan het altijd beter. De omzet is nog heel verschillend. Afgelopen donderdag draaiden we 60 euro, dat is veel te weinig. Op zondag is het vervolgens 500 euro, daar ben je dan weer heel blij mee." De komende tijd willen de tieners ook doordeweeks open, aangezien ze vakantie hebben.

Een vast bedrag per maand

Dat ze op een jachthaven staan, biedt de jonge ondernemers verschillende voordelen. Zo zijn er altijd havenmeesters aanwezig op het havenkantoor, mocht er zich een keer een incident voordoen. De supermarkteigenaar staat ze terzijde met raad, daad en extra koelruimte. Noah en Julius betalen de eigenaar van de jachthaven een vast bedrag per maand om er te mogen staan.

Plannen voor na de zomer liggen er ook al. "Dan willen we een standplaats in Zierikzee, bij de Lidl", zegt Julius. "En dan volgend jaar weer in Bruinisse. Tenzij het in Zierikzee echt heel goed loopt..." 

'Gemeente heel bureaucratisch'

Het geregel dat bij een standplaats komt kijken, vinden ze wel lastig. "De communicatie met de gemeente is dramatisch, heel bureaucratisch", zegt Julius. "Ze willen eigenlijk het liefst zo snel mogelijk van je af en echt vriendelijk zijn ze ook niet. Overal moet je afspraken voor maken."

Over geregel gesproken: dat doen de jongens allemaal zelf. Van inkoop tot administratie. "We hebben niet echt een rolverdeling", vertelt Julius. "Als de een niet kan, kan de ander altijd wel." Zelf volgt hij deze week de verplichte cursus over de allergenenwet; Noah doet dat volgende week.

Altijd iets voor jezelf

Het leukste van het ondernemen? "Geld verdienen?", lacht Julius. "Nee, het leukste vind ik het contact met de klanten. We staan op een jachthaven, mensen die bij ons friet kopen zijn op vakantie en vrolijk. Vaak zijn het zelf ook ondernemers, die goed begrijpen waarom wij dit doen." 

"We willen hier zeker mee verder", zegt Noah. "Als dit goed loopt, willen we kijken of we kunnen uitbreiden. Een grotere frietkar of een tweede of nog een heel andere kant op. Het lijkt ons leuk om te blijven ondernemen, ook als we misschien een baan hebben later. Je hebt dan altijd iets voor jezelf." 

Nooit te jong om te ondernemen

• Vanaf je 18e kun je jezelf als ondernemer/onderneming inschrijven bij de Kamer van Koophandel.
• Ben je jonger? Op je 16e en 17e kun je een handlichting aanvragen, waarmee je niet langer handelingsonbekwaam bent.
• Tot je 16e moet je je ouders of voogd bij elke grote handeling betrekken. Zij moeten schriftelijk toestemming geven.
• Ja, ook als minderjarige ondernemer betaal je belasting (en licht je ouders in, want ook voor hen kan jouw onderneming gevolgen hebben).