Deze Nederlander moet zijn drie bedrijven door de brexit loodsen
Voor Nederlandse ondernemers in het Verenigd Koninkrijk zijn het rare tijden. Patrick van der Peet, die in de Britse hoofdstad woont en werkt, weet er alles van. 'Eén typfoutje en je hangt, dan kan de hele bestelling opnieuw het proces in.'
Van der Peet zit vol in de Londense horeca. Voor cafés en bars regelt hij personeel en daarnaast importeert hij sinds een paar jaar zijn eigen merk gin. Afgelopen jaar, pal voor de coronacrisis, kwamen daar nog eens Nederlandse craft beers bij (denk aan de biertjes van het Uiltje en 't IJ).
Voor alle drie de ondernemingen geldt dat het na 31 december 2020 moeilijker geworden is om de boel goed te runnen, zegt hij. "Je merkt wel dat er onzekerheid heerst in de markt. Veel handelspartijen vinden het lastig om de boel te organiseren. Ook omdat het heel onduidelijk is wat je voor beide kanten, dus het VK en de EU, moet organiseren aan papieren en permits."
Waslijst aan papieren
Als importeur van bier en sterke drank is Van der Peet ook nog niet veel wijzer geworden uit alle certificaten, regelingen en websites die je moet hebben of moet doorploegen om handel te mogen blijven drijven. Het is een enorme papierwinkel geworden, zegt hij. "We zijn bezig om voor de import nieuwe licenties te krijgen, verder kijken we het even aan."
Voor de zekerheid hebben ze wél in december nog een grote lading Nederlandse biertjes binnen laten komen, voldoende voor het eerste kwartaal.
Extra papierwerk, extra kosten
Wat wel duidelijk is, is dat de brexit hem flink wat administratief gedoe oplevert voor de drank. "Of je moet een aanvraag doen dat je zelf authorized economic operator bent, of je hebt een agentschap nodig als tussenpersoon. Aan de grens moeten je producten worden aangemeld en je moet invoerrechten betalen. Eén typfoutje en je hangt, dan kan de hele bestelling opnieuw het proces in."
Linksom of rechtsom, al het extra papierwerk kost hem ook extra geld. Mede daarom doet hij het regelwerk van de bierimport nog steeds zelf, samen met de andere drie directeur-eigenaren van het bedrijf. "Ik heb het idee dat er nog wel het een en ander wordt aangepast de komende tijd. Dan is het zonde om de procedures nu om te laten gooien en daar mensen voor in te huren en dan maanden later alles weer op de schop te moeten doen."
Minder marge
De omzet die Van der Peet uit de bier- en ginimport haalt, krijgt sowieso een tik door de brexit, stelt hij, omdat het duurder wordt om Europese producten in het VK te verkopen. "Ofwel je kiest er als ondernemer voor om de kosten door te belasten, waardoor je product duurder wordt, of je neemt die kosten zelf op je, waardoor je minder omzet overhoudt."
Het scheelt dat er veel geld in Londen zit, zegt hij. "En het is inmiddels wel een van de regels om mee te doen hier. Je moet wel verwachten dat je minder marge overhoudt."
Het scheelt dat er veel geld in Londen zit.
Flinke boete dreigt
Voor Mise en Place - het derde bedrijf en tevens de reden dat hij in 2016 naar Londen verhuisde - liggen de zaken nog weer anders. Het uitzendbureau voor horecapersoneel zal last krijgen van het feit dat er een stuk minder buitenlandse studenten naar Londen komen, denkt Van der Peet.
"Studenten, van binnen en buiten de EU, hebben nu een visum nodig. Daarin is onder andere vastgelegd dat ze niet meer dan 20 uur per week mogen werken naast hun studie. Als je dat wel doet, word je het land uitgezet en krijg je als werkgever een flinke boete. Een student kan natuurlijk meerdere opdrachtgevers hebben, zeker in de horeca, en dan is het aan jou als werkgever om bij te houden of die persoon al 20 uur gemaakt heeft."
Hij verwacht dat ook andere sectoren waarin veel niet-Britten werken, zoals de zorg en de bouw, met gigantische personeelstekorten te maken krijgen. "In de horeca zeker, als de coronarestricties straks worden opgeheven."
Rekensommetje is snel gemaakt
Dat komt onder meer omdat de Britten zelf waarschijnlijk niet staan te springen om straks ales te tappen aan de toog of de scones uit te serveren. "In Nederland, maar ook in Italië en Frankrijk, is de horeca echt een vak, waarin je ook op latere leeftijd nog prima kunt werken. Hier wordt het gezien als werk dat je alleen doet als je studeert of als je echt niets anders kunt."
Daarnaast speelt de gedaalde wisselkoers een rol. Op moment van schrijven is de Britse pond ongeveer 1,18 euro waard. "Dat was 1,45", zegt Van der Peet. "Voor Oost-Europeanen die hier naartoe kwamen om goed te verdienen, is dat de moeite niet meer. In landen als Denemarken en ook Nederland liggen de lonen voor hun werk hoger en de kosten voor levensonderhoud lager. Dan is het rekensommetje snel gemaakt."
Voor horecamedewerkers ziet hij de brexit overigens wel als iets positiefs. "Als er een tekort aan personeel komt, zullen Britse horecabedrijven eerlijker salaris moeten gaan betalen. Nu krijg je in de bediening het minimumloon en deal with it. Bij schaarste heb je meer onderhandelingskracht. Misschien kunnen barmensen dan eindelijk ook in Londen wonen en niet alleen maar werken."