Nationaal Salaris Onderzoek

Loonkloof wordt iets smaller: 'Hoopvol gestemd'

Door Malin Kox··Aangepast:
© ANP FotoLoonkloof wordt iets smaller: 'Hoopvol gestemd'
RTL

Vrouwen verdienen nog altijd minder dan mannen. Zo'n 5 procent, los van opleiding, branche waarin ze werkzaam zijn of het aantal uren dat ze werken.

De loonkloof tussen mannen en vrouwen is het kleinst onder lageropgeleiden en het hoogst onder hoogopgeleiden.

Dat blijkt uit het tweejaarlijkse Nationaal Salaris Onderzoek (NSO) van Nyenrode Business Universiteit en Intermediair, een vragenlijst onder zo'n 30.000 werknemers in loondienst, van wie de antwoorden zijn gewogen en geanalyseerd.

Vrouwen krijgen 5 procent minder

Los van hun opleiding, het aantal uur dat ze werken, of ze een managementfunctie hebben of niet, in welke provincie ze wonen en in welke branche ze werkzaam zijn: vrouwen verdienen volgens dit onderzoek 5 procent minder dan mannen.

Kleiner salarisverschil tussen top en gewone werknemer
Lees ook

Kleiner salarisverschil tussen top en gewone werknemer

Om de salarissen te vergelijken tussen mannen en vrouwen, branches en opleidingen, hanteert het NSO de mediaan (het middelste getal in een oplopende rij getallen, in dit geval jaarsalarissen). De mediaan voor het bruto jaarsalaris voor alle vrouwen uit het onderzoek is 35.006 euro, voor alle mannen 37.650. 

De loonkloof tussen hoogopgeleide mannen en vrouwen (zo'n 6000 euro) is hoger dan tussen lageropgeleide mannen en vrouwen (iets meer dan 1400 euro). Leeftijd lijkt weinig uit te maken, blijkt uit het onderzoek. Zowel onder als boven de 36 jaar verdienen vrouwen 5 procent minder.

Wel lopen de salarisontwikkelingen van mannen en vrouwen pas na de 36 jaar uiteen. Tot die leeftijd gaat de ontwikkeling gelijk op. 

Loonkloof makkelijker bespreekbaar

De onderzoekers trekken een grens bij 36 jaar, omdat zij in de resultaten zagen dat veel vrouwen rond hun dertigste er even uit zijn vanwege het krijgen van een kind. Daardoor lopen ze een grotere achterstand op in salaris. 

Hoogleraar Organisatiepsychologie Jaap van Muijen die namens Nyenrode het onderzoek uitvoerde, is hoopvol dat de loonkloof daadwerkelijk kleiner is geworden ten opzichte van twee jaar geleden. "Ik weet dat een aantal bedrijven er doelbewust mee bezig is. Bij werkgevers is het onderwerp inmiddels ook makkelijker bespreekbaar geworden."

Helemaal zeker weten doet hij het niet. Het onderzoek hanteert een aantal andere definities, bijvoorbeeld voor opleiding, dan de vorige editie uit 2019. Daardoor kunnen veel resultaten niet 1 op 1 worden vergeleken. "Of de loonkloof dus echt kleiner is geworden, weten we pas als er nieuwe cijfers zijn van het Centraal Bureau voor de Statistiek." 

Minder doorgroeimogelijkheden

Wel heeft hij een verklaring voor de smallere kloof tussen laagopgeleide mannen en vrouwen. "Die salarissen liggen veel dichter bij elkaar, er zijn minder doorgroeimogelijkheden. Als hogeropgeleide heb je echt nog stappen te maken als je een schaal lager instroomt." 

Het salarisonderzoek besteedt niet alleen aandacht aan wat werknemers in loondienst verdienen, maar gaat ook uitgebreid in op hun werkomstandigheden tijdens de coronapandemie. Bijna driekwart van de ondervraagden zegt iets te hebben gemerkt van de verschillende coronamaatregelen. 

Meningen verdeeld over thuiswerken

Hoe hoger de opleiding, hoe meer emotionele druk de respondenten voelden. Dat gold met name voor vrouwen onder de 36 jaar. Relatief weinig deelnemers (minder dan 11 procent) ervoer extra financiële druk door de coronacrisis.

Over het thuiswerken zijn de meningen verdeeld. Meer dan de helft van de werknemers heeft thuis een (eigen) werkplek. Ruim 30 procent van de ondervraagden zegt productiever te zijn geworden door het thuiswerken, maar een even groot percentage zegt dat het juist een negatief effect heeft gehad op wat ze gedaan krijgen.

Lees meer over
Nyenrode Business UniversiteitLoonkloofSalarisArbeidArbeidsmarktArbeidsparticipatieOnderwijsNederland