Kip eet hoornaar met gps-tracker en al op: hoe effectief is het zenderen van dieren?
Biologen van het EIS-kenniscentrum zagen onlangs hun werk verloren gaan toen een Aziatische hoornaar (een soort wesp) met hun zender om opgegeten werd door een kip. Ook bij ander dieren zoals vogels, zeehonden en dolfijnen wordt gebruik gemaakt van zenders om zo hun gedrag in de gaten te kunnen houden. Maar hoe effectief is dat zenderen van dieren eigenlijk?
Met de zender hoopten de biologen achter de plaats van het nest van de insecten te komen. De Aziatische hoornaar hoort namelijk niet thuis in Nederland, en moet daarom bestreden worden. Maar dat liep dus net even anders toen de onfortuinlijke hoornaar een kip tegenkwam. Ook twee andere gezenderde wespen konden de onderzoekers niet naar het nest leiden. Ze konden het gewicht van het zendertje namelijk niet dragen.
De hoornaars werden als eerste gespot door de Overijsselse Annemarie Kaptein. Zij trof de beestjes aan in haar achtertuin en trok daarop aan de bel. "Ik ben geen wespenkenner, maar ik kende de gewone Europese hoornaar en deze was veel donkerder en had gele pootjes, dat heeft de Europese niet. Toen ben ik op internet gaan zoeken wat het was."
Zodoende kwam Kaptein erachter dat het waarschijnlijk om de Aziatische hoornaar ging, en dat de Europese Unie deze beestjes liever kwijt dan rijk is. "Dat wist ik niet, maar ik kwam er via internet achter dat er opgeroepen werd om melding te maken van de dieren. Toen heb ik dat gedaan en binnen een paar dagen stonden de onderzoekers van EIS in de tuin."
Met behulp van zendertjes op de wespen probeerden de onderzoekers vervolgens te achterhalen waar het nest van de dieren zich bevond. Maar dit viel dus nog niet helemaal mee.
Ruimtelijk gedrag
"Dieren worden gezenderd om hun ruimtelijke gedrag te onderzoeken", legt hoogleraar gedragsbiologie Marc Naguib uit. "Je kan een dier niet altijd met een verrekijker volgen en met een zender is het toch mogelijk om de beweging van het dier te analyseren."
"We doen dit bijvoorbeeld bij schildpadden, ooievaars en ander vogels", vervolgt Naguib. "Zo kunnen we erachter komen hoe groot hun territorium is, hoe vaak de dieren elkaar tegenkomen, waar ze langs vliegen en hoe de migratieroutes lopen."
Hierbij is het volgens Naguib van belang dat de dieren niet verstoord worden. "Daarom zijn er regels waaraan de zenders moeten voldoen, bijvoorbeeld over het gewicht van de zender, het diersoort waarvoor de zender gebruikt mag worden, en onder wat voor omstandigheden."
Zelf heeft Naguib goede ervaringen met het zenderen van vogels. "Ik heb bijvoorbeeld het broedseizoen van nachtegalen en koolmezen in Nederland geanalyseerd met zenders en maandag ga ik naar Australië om zebravinken te zenderen."
Weinig problemen
"Het gaat bijna nooit mis, blijkt uit onderzoeken", vervolgt Naguib. "Er zijn heel weinig situaties waarbij zenders problemen veroorzaken en dat komt omdat er dus zulke strenge regels gelden. Ik heb weinig negatieve effecten gezien."
Toch lukte het de onderzoekers met hun technologische hulpmiddelen niet om het nest van de hoornaars op te sporen. Uiteindelijk was het namelijk Kaptein zelf die het nest met het blote oog wist te traceren nadat de onderzoekers waren afgedropen.
"Ik heb het op de ouderwetse manier gedaan", legt Kaptein uit. "Ik heb met de spullen van de biologen een wesp gevangen en gemarkeerd. Toen ben ik deze wesp blijven volgen en zag ik dat hij steeds binnen anderhalve minuut terug was bij het lokpunt. Zo wist ik dat het nest dichtbij moest zijn."
23 meter hoogte
En dat bleek te kloppen, want de wespen zaten nog geen dertig meter verderop – alleen wel op 23 meter hoogte. "Het is bizar. Ze zaten op anderhalve meter onder de top van de bomen. Het nest was wel een halve meter groot."
Het nest in de tuin is inmiddels verwijderd en over een paar dagen zal blijken of alle hoornaars inderdaad verdwenen zijn. De hongerige kip, Eddy genaamd, maakt het gelukkig goed.