Nooit meer

Selina (35) wil nooit meer een prenatale depressie meemaken

Door Anne Broekman··Aangepast:
© iStockSelina (35) wil nooit meer een prenatale depressie meemaken
RTL

Al zolang ze zich kan herinneren was Selina van den Brink (35) gevoelig en angstig. Dit werd steeds erger, waardoor ze tijdens haar derde zwangerschap een prenatale depressie kreeg. "De baby beschouwde ik als een indringer die ons gezin kapot kon maken."

"Ik was acht weken zwanger van mijn derde kind. In het weekend voor de eerste echo was ik plots minder moe en misselijk. Ik dacht dat dit misschien tekenen waren van een miskraam. Bij die gedachte voelde ik een golf van opluchting. Vreselijk, en ik schrok er enorm van. De echo liet echter een stevig kloppend hartje zien. En ergens, heel diep van binnen, was ik daar toch wel gelukkig mee. Maar al gauw overheerste weer de somberheid."

"Ik voelde helemaal niets voor de baby in mijn buik. In mijn wanhoop riep ik naar mijn man dat het kindje uit mijn lichaam moest en dat ik het liefst naar een abortuskliniek wilde. Afschuwelijk, ook voor hem. Dit is iets waarmee ik heel lang heb geworsteld. Hoe kún je zoiets zeggen? De enige verklaring die ik heb, was dat ik totaal niet mezelf was. Als ik kijk naar foto’s van mezelf uit die tijd, herken ik mezelf amper. Mijn ogen staan dof en triest, precies hoe ik me toen ook voelde."

Selina en haar dochter Sage, zes weken na de bevalling: "Het ging toen eigenlijk heel goed met ons. Ik voelde me steeds meer mezelf en kan oprecht zeggen dat ik me op dat moment weer echt blij, trots én gelukkig voelde."
Selina en haar dochter Sage, zes weken na de bevalling: "Het ging toen eigenlijk heel goed met ons. Ik voelde me steeds meer mezelf en kan oprecht zeggen dat ik me op dat moment weer echt blij, trots én gelukkig voelde."

“Ik ben altijd al gevoelig geweest. Thuis ging er veel aandacht naar mijn zus, die vaak met zichzelf in de knoop zat. Daardoor voelde ik me niet gezien. Als coping mechanisme ging ik inzoomen op de behoeften van een ander en me daarop aanpassen. Dus als iemand rust wilde, werd ik heel stil. Ik wist totaal niet meer wat ik zelf wilde. Ook was ik erg perfectionistisch. Op school ging ik voor de hoogste cijfers, een onvoldoende halen voelde echt als falen."

Bang om fouten te maken

Later, toen ik volwassen was, moest mijn huis er altijd netjes uitzien. Net als mijn kinderen. Zat er een gaatje in de legging van mijn dochter, dan was ik meteen bang dat anderen zouden denken dat ik een slechte moeder was. Op mijn werk was ik erg bang om fouten te maken. Een verslag las ik wel honderd keer na voordat ik het inleverde. In mijn privéleven was ik ook onzeker. Als ik iemand een appje stuurde en het duurde even voordat ik een reactie kreeg, dan was ik bang dat ik iets verkeerd had gezegd. Dan liet ik mijn man mijn berichtje nalezen, om te checken wat ik 'fout' had gedaan."

"Groette een andere moeder mij niet op het schoolplein, dan dacht ik meteen dat ze mij niet mocht. En zo kwamen er de hele dag gedachten bij me binnen, die ik negatief invulde. Ik wilde iedereen pleasen, zelfs mensen die ik niet eens aardig vond. Het was vermoeiend en tijdrovend, niet gek dus dat ik vaak erg moe was."

“Deze groeiende onzekerheid had een grote impact op mij. Zo durfde ik niet meer de telefoon op te pakken als een vriendin belde. Want wat als zij met mij wilde afspreken en ik kon niet, dan zou ik haar teleurstellen. Dan kon ik maar beter helemaal niet opnemen en later via de app vragen waarom zij had gebeld. Dan had ik in ieder geval even de tijd om rustig na te denken over mijn reactie. Ik kreeg stemmingswisselingen en huilbuien. Ik werd steeds angstiger. Ik zat veel thuis, waar het veilig was, en begon dingen te vermijden. Een bezoekje aan de winkel was al een uitdaging."

Somber

"Dit ging zo door tot ik vijf jaar geleden zwanger raakte. Een derde kindje was zeer gewenst en gepland. Omdat ik zelf geen eisprong heb, moest ik net als de twee eerdere zwangerschappen het medische traject in. Maar waar het bij mijn dochter en zoon wel even duurde voordat het raak was, was ik nu bij de eerste poging zwanger. Vol verbazing keek ik naar de positieve test. Ik voelde meteen dat ik er niet blij mee was. Misschien moest ik even aan het idee wennen en zou ik er later wel blij mee zijn als het besef eenmaal geland was, dacht ik."

"Maar die blijdschap kwam niet. In tegendeel, het nare gevoel nam toe. Ik was somber, huilde veel en was doodsbang voor wat een derde kind voor ons gezin zou betekenen. Straks werd onze balans verstoord of waren de twee oudsten er helemaal niet blij mee. De baby beschouwde ik als een indringer die ons gezin kapot kon maken. Ik zag enorm veel beren op de weg en riep steeds tegen mijn man dat ik er spijt van had dat we voor een derde kind waren gegaan."

"Ik schaamde me enorm voor mijn gevoelens en ik voelde me eenzaam. Niemand die ik kende had hier last van gehad, zelf kende ik dit ook niet van mijn twee eerdere zwangerschappen. Als ik mijn klachten googelde, zag ik alleen informatie over postnatale depressies. Terwijl ik heel erg behoefte had aan verhalen van lotgenoten die mij lieten zien dat er licht was aan het einde van de tunnel."

Hulp vragen

Alleen met mijn man, zus en vader deelde ik mijn gevoelens. Zeker voor mijn man was dit erg pijnlijk. Soms zei ik dat we beter helemaal geen kinderen hadden moeten krijgen. Mijn gevoel voor de kinderen was afgevlakt. Ik wíst wel dat ik van ze hield, maar ik voelde het niet meer. Het voelde allemaal zo uitzichtloos. En ik was hartstikke bang dat dit zou uitmonden in een postnatale depressie."

"Gelukkig vroeg ik op tijd hulp. De aanleiding was een grote woede-uitbarsting van mij naar mijn dochter toe, toen zij op een avond niet kon slapen. Ik gilde totaal over mijn toeren dat ze moest gaan slapen en mij met rust moest laten. Ik wist dat ik te ver was gegaan en van schrik ben ik thuis weggegaan. Een half uur lang reed ik schreeuwend en huilend rond in mijn auto. Toen ik thuiskwam zat mijn man met een betraand gezicht op de bank. Hij smeekte me om hulp te gaan zoeken, en dat heb ik gedaan."

'Nog zeker twee jaar heb ik met schuldgevoelens geworsteld'

"Via de huisarts kwam ik bij de praktijkondersteuner terecht. Met haar had ik een goede klik en ik voelde me veilig bij haar. Onze gesprekken sleepten me door de vier laatste maanden van mijn zwangerschap. Met 39 weken werd ik ingeleid. Op eigen verzoek, want ik kón niet meer. De bevalling ging snel, binnen drie uur was onze dochter Sage geboren. Toen ze op mijn borst werd gelegd, was ik meteen hartstikke verliefd op haar. Mijn man zei dat het was alsof er een knop omging en ik weer ‘terug’ was. Ik voelde sinds maanden weer blijdschap en geluk, waar ik zo dankbaar voor was."

Mooie wereld

"Nog zeker twee jaar heb ik met schuldgevoelens geworsteld. Dan keek ik naar mijn dochtertje en dacht ik: hoe kan ik nou zulke vreselijke dingen over jou gedacht hebben? Maar mijn psycholoog zei steeds dat ik er niets aan kon doen. Dat ik ziek was en die liefde heus wel voor mijn kind voelde, maar er niet bij kon. Als een mantra herhaalde ik dit. Toch heb ik nog lange tijd het idee gehad dat ik gefaald had. Dit werd pas minder toen ik in therapie aan mijn negatieve zelfbeeld ging werken. Ik schreef op wat er in mij omging en werd me daardoor bewust van mijn gedachten en hoe vaak ik daar een eigen realiteit vol negatieve conclusies van maak. Klinkt simpel, maar dat was een enorme eyeopener."

"Ook ben ik de confrontatie met mijn angsten aangegaan, door bijvoorbeeld toch die telefoon op te pakken. Heel graag wilde ik weer gaan paardrijden, dat was vroeger mijn hobby. Maar dat durfde ik niet, ik was bang dat ik het niet meer zou kunnen en voor gek zou staan. Toen mijn oudste dochter op paardrijles ging, besloot ik ook een afspraak voor mezelf te maken. Trillend en zwetend ging ik naar de eerste les, het liefst was ik naar huis omgekeerd. Maar ik zette door, ook om mijn kinderen het goede voorbeeld te geven dat je je niet moet laten leiden door angst. En ik wilde écht leven, in plaats van thuiszitten en het leven en de jaren door mijn vingers voorbij te laten glijden. Nooit meer wil ik me thuis opsluiten uit angst om gekwetst te worden of 'fouten' te maken, terwijl de wereld zo mooi is."

"Iedereen heeft weleens gehoord over postnatale depressies, maar over een prenatale donderwolk hoor je maar weinig. Daar wil ik meer aandacht voor. Dit onderwerp is echt nog een taboe. De maatschappij vindt dat je happy op een roze wolk moet zitten als je zwanger bent, compleet met babyshowers en bolle-buik-fotoshoots. Dat mooie beeld zie je ook alleen maar in bladen en op social media."

Anderen helpen 

"Er is onbegrip, zo van: wat zeur je nou, wees blij dat het überhaupt gelukt is om zwanger te raken. Maar een prenatale depressie is voor de moeder ook erg ingewikkeld. Je snapt zelf niet eens waarom je je zo voelt en niet blij kunt zijn, en zulke oordelen maken het nog moeilijker om je ware gevoelens te delen. Dus dan hou je je mond. Maar dat doe ik niet meer."

Ik ben eerlijk over mijn ervaringen, in de hoop anderen te helpen. Daarom ben ik een coachingspraktijk voor zwangere vrouwen met angstklachten begonnen. Het is eenzaam om in je eentje met angsten en demonen te worstelen. Dat heb ik ook te lang gedaan. Ik durfde geen hulp te vragen, uit angst dat mensen mij zwak zouden vinden. Terwijl het juist zo sterk is als je je kwetsbaar durft op te stellen. Pas dan kun je herstellen en echt jezelf zijn."

Wil je geen aflevering van deze rubriek missen? Klik dan op de Nooit Meer-tag hieronder en vervolgens linksboven op 'Volgen'.

Nooit meer? 

Wil jij ook je verhaal kwijt en vertellen wat je 'nooit meer' wil meemaken, doen of juist laten? We zijn benieuwd naar jouw verhaal. Mail ons op weekendmagazine@rtl.nl

Lees meer over
Nooit meerDepressieBevalling