Imposter syndrome

Wendy en Kimberly voelden zich 'bedriegers': 'Wanneer zien ze dat ik niets kan?'

Door Floor Bakhuys Roozeboom··Aangepast:
© privéfoto'sWendy en Kimberly voelden zich 'bedriegers': 'Wanneer zien ze dat ik niets kan?'
RTL

Wendy Koerten en Kimberly Keulers leken op het eerste gezicht zelfverzekerde vrouwen die elke dag met opgeheven hoofd naar hun werk vertrokken. Maar dat was maar schijn. Beiden hadden last van het zogenoemde imposter syndrome, waardoor ze het gevoel hadden elk moment keihard door de mand te kunnen vallen. "Help, ik ben een bedrieger, want ik doe maar wat."

Het leek Wendy Koerten (40) zeven jaar geleden allemaal voor de wind te gaan. Ze had een goede baan als communicatieadviseur bij de Nederlandsche Bank. Haar leidinggevenden waren tevreden over haar. Collega’s, vrienden en familieleden zagen haar als succesvol en zelfverzekerd. Maar van binnen voelde ze zich heel anders. "Ik functioneerde prima, maar onder de oppervlakte sluimerde een verlammende onzekerheid. Altijd was er dat stemmetje dat fluisterde: 'oh mijn god, ik kan dit helemaal niet. Waarom hebben ze mij in hemelsnaam aangenomen? Ik doe maar wat. Wanneer komen ze erachter? Wanneer zien ze dat ik eigenlijk niets kan. Ooit komt het moment dat ik door de mand val'."

Herkenbaar? Dan heb je - net als Wendy - misschien last van het imposter syndrome, in het Nederlands ook wel het oplichterssyndroom genoemd. En troost je: je bent zeker niet de enige die hier last van heeft. Volgens Amerikaans onderzoek zou zo’n zeventig procent van de vrouwen hiermee worstelen, tegenover zo’n 35 procent van de mannen.

Zeer emotionele Imanuelle Grives: 'Ik wilde gewoon kapot, Eva'
Lees ook

Zeer emotionele Imanuelle Grives: 'Ik wilde gewoon kapot, Eva'

Eerder deze week vertelde actrice Imanuelle Grives aan tafel bij Jinek ook last te hebben van het imposter syndrome. Maar wat is het nou eigenlijk precies? Hoewel het woord 'syndroom' een beetje aan een ziekte doet denken, gaat het hier niet om een officiële medische diagnose of psychische aandoening. De term 'imposter syndrome' is in de jaren zeventig verzonnen door een Amerikaanse psycholoog, om naam te geven aan een specifieke vorm van onzekerheid die mensen vooral hindert in hun professionele leven. 

"Mensen die last hebben van het imposter syndrome voelen zich in professionele situaties vaak een bedrieger, omdat ze zich - voor hun eigen  gevoel - beter voordoen dan ze in werkelijkheid zijn", legt coach en bedrijfskundige Vreneli Stadelmaier uit. Zij verdiepte zich in Nederland als eerste in het imposter syndrome en schreef er een boek over: F*ck die onzekerheid! Tegenwoordig geeft ze vanuit haar organisatie SheConsult ook theatercolleges bij organisaties om mensen bewust te maken van het imposter syndrome en hoe je ermee om kunt gaan.

Zelfvertrouwen groeit niet mee

Volgens Stadelmaier hebben mensen die worstelen met het imposter syndrome moeite om hun eigen succes toe te schrijven aan hun talent of vaardigheden: "Goede prestaties plaatsen ze buiten zichzelf en schrijven ze toe aan toevalstreffers of geluk. Fouten of mislukkingen bevestigen juist hun gevoel: ik ben niet goed genoeg. En ook al groeit de lijst met successen die ze hebben geboekt, hun zelfvertrouwen groeit niet mee. Altijd steekt weer dat gevoel de kop op: er komt een dag dat ik door de mand val."

Hoewel ook mannen last kunnen hebben van het imposter syndrome, komt het bij vrouwen veel meer voor, zo bleek uit Amerikaans onderzoek. Stadelmaier zette in Nederland een eigen onderzoek op poten en ook daaruit bleek dat vrouwen er vaker mee worstelen dan mannen: van de Nederlandse vrouwen herkent 75 procent imposter-gevoelens en van de Nederlandse mannen de helft. Van de vrouwen heeft 65 procent er regelmatig last van, tegenover 35 procent van de mannen. Bij dit onderzoek werd ook gevraagd of respondenten door hun onzekerheid geneigd zijn de lat voor zichzelf heel hoog te leggen. 38 procent van de mannen zei dit te doen, tegenover maar liefst 72 procent van de vrouwen.

'Alle emancipatie ten spijt: al met al worden vrouwen nog steeds vaak behandeld alsof ze minder zijn dan mannen'

Maar hoe komt het dan dat vrouwen er zoveel meer last van hebben? Dat heeft volgens Stadelmaier met verschillende factoren te maken. "Allereerst is daar de opvoeding, waarbij meisjes - bewust of onbewust - nog vaak meekrijgen dat er qua prestaties minder van hen wordt verwacht. En ook later moeten vrouwen zich nog steeds vaak twee keer zo hard bewijzen als mannen om hetzelfde te kunnen bereiken. Zo worden vrouwen vaak afgerekend op wat ze al kunnen, terwijl bij mannen veel meer wordt gekeken naar hun potentie", zegt Stadelmaier. "Alle emancipatie ten spijt: al met al worden vrouwen nog steeds vaak behandeld alsof ze minder zijn dan mannen. En dat heeft z’n weerslag op hun zelfvertrouwen."

Dat betekent trouwens niet dat vrouwen die last hebben van imposter-gevoelens allemaal heel onzekere typjes zijn. Stadelmaier: "In mijn coachingspraktijk begeleid en train ik regelmatig zeer succesvolle vrouwen. Vrouwen aan de top van het bedrijfsleven, die komen voorrijden in een auto met chauffeur. Maar ook zij vertrouwen mij regelmatig toe: "Hoeveel succes ik ook heb, ik blijf bang dat ik op een dag door de mand val. Wanneer zien ze dat ik een oplichter ben?"

Volgens Stadelmaier zijn dit soort gevoelens en gedachten voor veel mensen herkenbaar, maar niet iedereen heeft er evenveel last van. En niet iedereen gaat er hetzelfde mee om: "Je hebt bijvoorbeeld mensen die gaan overcompenseren door extra hard te werken, met als resultaat dat ze op den duur vaak opgebrand raken. Maar je hebt ook mensen, en dat zie ik vaker bij vrouwen, die juist vluchtgedrag gaan vertonen. Bijvoorbeeld door uitdagingen en promoties uit de weg te gaan of genoegen te nemen met een baan onder hun niveau. Eeuwig zonde."

'Ik kom niet meer'

Voor Wendy is dat herkenbaar. Bij haar leverde de angst om door de mand te vallen zoveel stress op dat ze uiteindelijk besloot haar uitdagende baan in te ruilen voor een parttime functie onder haar niveau. "Aan de ene kant voelde dat als een opluchting", vertelt ze. "Aan de andere kant was het natuurlijk ook ontzettend zonde. Want ik schoof wel zo even mijn ambitie, drive en financiële onafhankelijkheid aan de kant. En dat allemaal vanwege die stomme onzekerheid."

Na een tijdje ging het knagen en besloot ze het er weer op te wagen met een mooie functie als communicatieadviseur bij Delta Lloyd. "Ik was helemaal van plan om weer met frisse moed te beginnen. Maar vanaf de eerste dag voelde ik me weer zó gestrest. De adrenaline gierde door m'n lijf. Het ging gewoon niet. Na twee dagen heb ik mijn manager gebeld met de boodschap: ik kom niet meer."

'Als ik niet ergens meteen in uitblonk, voelde dat als falen'

Ook Kimberly Keulers (38) herkent zich in Stadelmaiers beschrijving van vluchtgedrag. "Als kind was ik echt een zondagskind. Zonder heel erg mijn best te hoeven doen, was ik in veel dingen goed. Dat lijkt fijn, maar ik ontwikkelde daardoor een ook verlammend soort perfectionisme. Ik deed vooral waar ik goed in was en vond het moeilijk om te voelen wat ik nou echt wilde. En als ik ergens niet meteen in uitblonk, voelde dat als falen. Als ik succes had, voelde dat altijd als een toevalstreffer. Het lukte me niet om successen echt op mezelf te betrekken. En ook al zagen andere mensen mij als slim, ik bleef onzeker."

Ook later, in haar werk, bleef ze hier last van houden. Ze had verschillende banen in de werving en selectie, maar voelde zich nooit op haar plek. "In iedere baan die ik had, was ik bang dat op een dag mijn manager zou bellen met de boodschap: 'Kimberly, het gaat niet goed'. Uit angst om door de mand te vallen, hield ze zichzelf klein. Promoties liet ze aan zich voorbij gaan. Op vacatures van banen die ze echt graag wilde, reageerde ze niet.

"En als ik dan wel een keer iets nieuws probeerde en het lukte niet meteen, dan zag ik dat als een bevestiging: zie je wel, je kunt het gewoon niet." Uiteindelijk kwam de omslag na een traject bij een loopbaancoach. "Ik besloot me aan te melden voor een coachingsopleiding en bij mijn aanmelding ontmoette ik een vrouw tegen wie ik voor het eerst uitsprak met welke gevoelens ik worstelde. En zij zei: 'joh, dat herken ik helemaal'. Ik was er altijd van uitgegaan dat ik de enige was die hiermee worstelde. Maar toen besefte ik: er zijn ook anderen die dit ervaren. Dat alleen al was een enorme opluchting."

Negatieve papegaai

Vreneli Stadelmaier drukt mensen - vrouwen én mannen - die worstelen met het imposter syndrome dan ook op het hart: "Praat erover. En als het je echt hindert in je werk: zoek hulp. Want als goede getalenteerde mensen zichzelf klein houden uit onzekerheid, dan is dat gewoon ontzettend zonde. En hoe vervelend en verlammend negatieve gedachten ook kunnen zijn, er zijn manieren om er beter mee om te leren gaan."

Volgens Stadelmaier kan het bijvoorbeeld helpen om het negatieve stemmetje in je hoofd te visualiseren als een papegaai die op je schouder zit, die je probeert te behoeden voor negatieve ervaringen. "Die papegaai heeft het beste met je voor, maar hij heeft niet altijd gelijk", zegt Stadelmaier. Gelukkig kun je ook leren om die papegaai op de belangrijke momenten te negeren. Bijvoorbeeld door te zeggen: 'hallo papegaai, ik zie dat je er zit, ik hoor wat je zegt, maar ik kies ervoor om even niet naar je te luisteren'. "In het begin is dat moeilijk, maar hoe vaker je het oefent, hoe beter je erin wordt. En op den duur zul je zien dat die papegaai steeds vaker z’n mond houdt."

Inmiddels heeft Kimberly haar draai helemaal gevonden. Ze is aan de slag gegaan als coach en helpt nu zelf vrouwen op weg naar hun droombaan. Van negatieve gedachten heeft ze nog steeds wel eens last, maar ze weet nu beter hoe ze ermee moet omgaan. "Natuurlijk denk ik nog wel eens: wie ben ik nou? Waarom zouden mensen naar mij moeten luisteren? Maar ik blijf er niet meer in hangen. Ik besef nu dat ik me in mijn werk niet anders hoef voor te doen dan ik ben. Ik zie nu in: juist door gewoon mezelf te zijn, ben ik op m’n best."

Ook Wendy is haar imposter-gevoelens inmiddels de baas. "Nadat ik ontslag had genomen bij Delta Lloyd, realiseerde ik me dat het zo niet verder kon. Ik heb een sabbatical genomen en ben flink met mezelf aan de slag gegaan. Zo heb ik stukje bij beetje leren inzien dat gedachten - hoe vervelend ook - ook maar gedachten zijn. Je kunt die gedachten niet altijd sturen, maar of je ernaar luistert, heb je zelf in de hand."

Ook Wendy helpt tegenwoordig andere vrouwen meer geluk en zelfvertrouwen te vinden in hun werk. "Onzekerheid kan heel eenzaam voelen. Maar door al die coachingsgesprekken ben ik gaan beseffen dat we allemaal niet zo verschillend zijn. Ik spreek zoveel vrouwen die denken: 'help, ik ben een bedrieger, want ik doe maar wat'. Maar ik kan inmiddels uit ervaring zeggen: iedereen doet maar wat. En dat is vaak goed genoeg."

Lees meer over
Imanuelle GrivesWerkgelegenheidPsychologieVrouwenemancipatieWerkdrukFobieën en angstenPersoonlijk