De vijf spelregels van... uitstelgedrag
Het wemelt van de ongeschreven regels in het leven. Wetmatigheden die niemand je vertelt, maar waar iedereen een mening over lijkt te hebben. In deze rubriek nemen we iedere week een situatie of gelegenheid onder de loep: hoe hoort het daar eigenlijk? Deze week: de vijf spelregels van uitstelgedrag.
De situatie
Vrijdagmiddag. Bijna weekend! Je denkt aan je lijstje met to do’s, en dan vooral de dingen die er met potlood opstaan. Geen bloedspoed, wel belangrijk. Je btw-aangifte doen bijvoorbeeld, een belletje naar je oma, je vakantiefoto’s bundelen en toch eens een afspraak maken met een personal trainer. Nu niet hoor. Morgen. Maandag. In de pruimentijd. Hoe moet dat nou, met dat uitstelgedrag?
De spelregels
1. Trap niet in je eigen smoesjes
Nu is geen goed moment. Morgen begin ik met lijnen. Of, het is nu even niet zo’n goed moment om zuiniger te doen, maar het gaat wel lukken als … deze dure periode achter de rug is, als ik eenmaal een andere woning of baan heb. Tijd is iets waarvan we steevast het gevoel hebben dat er later meer van zal zijn, weet psycholoog Roos Vonk. "Dat is opmerkelijk wanneer je bedenkt dat er met iedere dag minder tijd over is voor de rest van je leven." Inderdaad. Die smoesjes verzinnen we voor onszelf om nog even aan de realiteit te ontsnappen. "Het lijkt alsof we later minder zullen voelen en alsof we later meer tijd zullen hebben." Geloof je het zelf? Nou dan.
2. Laat je niet uit het veld slaan
Je leunde achterover op vakantie, zat ineens thuis door corona of maakte een zalige wandeling langs de kustlijn. Heerlijk even mijmertijd, om de bedenken wat je nog allemaal wil met je leven. En wat vooral ook niet. Maar nu het wekelijkse rad weer op volle toeren draait, kom je nergens aan toe en zie je alle hindernissen weer van dichtbij. Logisch, maar laat je daardoor vooral niet uit het veld slaan. Zoom liever even uit en kijk nog eens goed naar wat je precies wil doen en waarom. Geen zin om je oma te bellen, niet leuk om de btw te doen, geen tijd voor een uurtje sporten? Doe het toch. Huppakee.
3. Lach jezelf een beetje uit
"Ja, nee, sorry. De 'Spelregels' van deze week komen wat later, want ik moest eerst mijn kruidenpotjes nog even op alfabetische volgorde zetten." Ook op minuten-niveau geldt: zoom af en toe even uit. Loop je op Facebook te loeren, weessokken te sorteren of keukenkastjes uit te ruimen, terwijl je eigenlijk een deadline moet halen? Lach jezelf even uit, met liefde uiteraard, want al dat getreuzel is gewoon verkapte onzekerheid. Nergens voor nodig, dus vooruit met de geit.
4. Maak het meetbaar
Stel: je wilt stoppen met snoepen. Maar ja, over twee weken ben je jarig dus voor die tijd is het geen handig moment. En er liggen nu al pepernoten in de winkel en da’s zo lang geleden! Een handje kan toch best. Want het is vrijdag en ja. Dus. Nou. Het was trouwens best een klein handje, dus ééntje extra kan nog wel. Weg is je wens. Beter maak je het meetbaar en stel je niet uit maar in. Alleen op zaterdag een snack en de rest van de week niet. Bijvoorbeeld. Of je zoekt uit hoeveel gram pepernoten je nu eigenlijk naar binnen hebt gewerkt en hoeveel minuten wandelen dat eigenlijk kost om weer op nul te staan.
5. Vind een vennoot
Zitten die rondzwervende vakantiefoto’s je dwars, doe het dan niet alleen. Nodig een vriendin uit, beloof chocola en thee (of wijn) en doe het samen. Zie het niet als een klus, maar als een trip down memory lane. Je hebt een leuke middag, mooie herinneringen en aan het eind van de dag een vakje af te vinken. Lekker!