Nooit meer

Mieke wil haar eetstoornis en verslavingen voor altijd achter zich laten

Door Anne Broekman··Aangepast:
© iStockMieke wil haar eetstoornis en verslavingen voor altijd achter zich laten
RTL

Al sinds haar puberjaren leed Mieke Epker (53) aan een eetstoornis en verslavingen. Het was een donkere periode waar ze nooit meer naar terug wil. Tegenwoordig helpt ze lotgenoten. "Het niet eten was voor mij een verslaving en een overlevingsmechanisme geweest. Drank werd mijn nieuwe toevlucht."

"Het begon met stiekem mijn brood weggooien op school. Het gaf me een goed gevoel als ik de hele dag niets at. Ik voelde me waardeloos en kon niets, maar dít wel. Eindelijk was ik ergens goed in. Het is een misvatting dat alle jonge meiden met deze eetstoornis willen afvallen om net zo dun te zijn als fotomodellen. Ik vond mezelf helemaal niet te dik. Niet eten was voor mij een manier om het leven aan te kunnen. Ik vond mezelf stom en was niet goed genoeg, dat idee zat stevig vast in mijn hoofd. Ik voelde me vreemd, alsof ik van een andere planeet kwam. Het leven snapte ik niet. Waarom waren andere mensen wel blij? Waarom konden zij wel vrienden maken? Ik voelde me intens eenzaam en praatte er met niemand over."

Catharina wil nooit meer de bruiloft van vrienden fotograferen
Lees ook

Catharina wil nooit meer de bruiloft van vrienden fotograferen

"Als kind voelde ik me ongewenst. Ik groeide op in een gereformeerd gezin waar ik het vijfde kind was. Ik was ongepland, iets wat mijn moeder vaak benadrukte als ze zei dat vier kinderen eigenlijk genoeg waren geweest voor haar. Mijn moeder had donker haar, net als de andere kinderen thuis. Ik was de enige met blond haar en leek dus ook anders. Net zoals ik thuis de enige linkshandige was. Als ik moeite had met iets uitknippen, werd ik uitgelachen. Niet alleen thuis voelde ik me ongewenst. Op school had ik weinig vrienden en werd ik gepest. Ik was heel verlegen, als de juf mij een vraag stelde kreeg ik al een rode boei.

Ik was veertien jaar toen anorexia mijn leven insloop. Het avondeten kotste ik weer uit. Dat viel niet op want thuis werd er amper op me gelet. Vaak ben ik flauwgevallen van de honger. Thuis zat ik steeds tegen de verwarming aan omdat ik het continu koud had. Op mijn zeventiende dacht ik: van mij hoeft het leven niet meer. Dat was serieus, ik zag echt geen uitweg meer. Ik was extreem mager, dat viel mijn ouders uiteindelijk ook wel op. Ik weet niet meer hoe het precies gegaan is, maar in die periode kwam ik bij het Riagg terecht. Daar zou ik hulp krijgen, maar het ging alleen maar over eten. Nooit werd er gevraagd hoe ik me voelde en waarom ik niet meer at. Ik kreeg een eetlijst mee, die ik thuis in de prullenbak gooide."

Ene na de andere verslaving

"De omslag kwam toen er op een dag een klasgenoot aan de deur stond. Ze vroeg me of ik iets leuks met haar wilde gaan doen. Er was dus toch iemand die mij leuk vond, besefte ik vol verbazing. Dat was voor mij het zetje om weer te gaan eten. Weliswaar heel weinig, maar genoeg om iets aan te sterken en in leven te blijven.

Het niet eten was voor mij een verslaving en een overlevingsmechanisme geweest. Nu moest ik andere manieren vinden om mijn pijn te onderdrukken. Drank werd mijn nieuwe toevlucht. In de jaren die volgden waren er steeds andere dingen waaraan ik verslaafd raakte: roken, chips eten, eindeloos tv kijken. Acht jaar geleden schoot ik weer terug in een eetstoornis, nadat iemand zei dat ik was aangekomen. Ik sloeg lunches over en ging dwangmatig veel bewegen. Maar ik was inmiddels getrouwd en mijn man zag dat het helemaal niet goed ging met mij. Toen pas besloot ik in therapie te gaan."

'Voor het eerst in mijn leven nam ik een wijntje omdat ik het lekker vond, niet omdat ik me rot voelde'

"Voor het eerste praatte ik over mijn jeugd en bijbehorende trauma’s en gevoelens. Ik moest leren om zelfvertrouwen en eigenwaarde te krijgen. Altijd paste ik me aan een ander aan, maar wie was ik nu? Waar hield ik eigenlijk van? Dat moest ik gaan ontdekken. Geleidelijk aan genoot ik weer van eten én van het leven. En nam ik een wijntje omdat ik het lekker vond, niet omdat ik me rot voelde.

In die tijd deed ik een opleiding tot psychosociaal werker, mijn scriptie schreef ik over mijn eetstoornis. Ik voelde heel sterk dat ik al die ellende niet voor niets had meegemaakt en dat ik anderen wilde helpen. Drie jaar geleden opende ik mijn eigen praktijk die gespecialiseerd is in eetproblemen. Of eigenlijk: mensen die op welke manier dan ook obsessief met eten bezig zijn. Anderen helpen is prachtig. Mijn leed is nu niet meer een verprutst leven, maar heeft juist een functie. Ik geef mijn cliënten geen eetlijsten en voedingstips, maar ik ga naar de kern. 'Jij begrijpt het tenminste echt', hoor ik vaak van hen. Een groter compliment kun je mij niet geven."

"Nooit meer wil ik terug naar die rottijd waarin mijn leven werd beheerst door mijn eetstoornis. Ik wil mezelf zijn en me gelukkig voelen, en niet meer afhankelijk zijn van een ongezond overlevingsmechanisme. Als ik honger heb, wil ik lekker een broodje nemen, in plaats van na te gaan wat ik die ochtend al gegeten heb. Het kost heel veel tijd en energie om daar de hele dag mee bezig te zijn.

Als iemand mij vroeger mee vroeg om iets leuks te gaan doen, bijvoorbeeld een terrasje pakken, dacht ik alleen maar: 'Oh nee, straks moet ik dan ook nog een bitterbal eten'. Nu denk ik: gezellig! Het gaat hartstikke goed met mij. Mijn relatie met eten is weer gezond, ik denk helemaal niet meer na bij wat ik eet. Gebeurt er iets rottigs, dan bel ik een vriendin of bespreek ik het met mijn man, in plaats van als reactie te stoppen met eten. Dat is een enorme winst, waar ik ongelooflijk trots op ben."

Wil je geen aflevering van deze rubriek missen? Klik dan op de Nooit meer-tag hieronder en vervolgens links bovenin op 'volgen'.

Lees meer over
Nooit meerEetstoornisAnorexia