Nooit meer

Irene verloor haar man Johan aan de gevolgen van kanker

·Aangepast:
© iStock Irene verloor haar man Johan aan de gevolgen van kanker
RTL

Drieënhalf jaar geleden verloor Irene (47) haar grote liefde Johan aan de gevolgen van kanker. Zulk intens verdriet wil ze nooit meer meemaken, zelfs als dat betekent dat ze de rest van haar leven alleen blijft.

Irene: "Nooit had ik gedacht dat ik tegen Johan, mijn eerste en allergrootste liefde, zou zeggen: ‘Ga maar, het is goed zo.’ Ik zou eerder verwacht hebben dat ik helemaal in paniek en overstuur zou zijn op zijn sterfbed, maar dat was niet zo. Er kwam juist een enorme rust en kalmte over me heen. Ik wist dat hij moe gestreden was. Zijn lichaam was op. Hij had zo hard gevochten, nu verdiende hij rust. Eindelijk."

Vonk

"Ik was pas elf toen ik Johan ontmoette. We komen beiden uit de bollenstreek. Al op jonge leeftijd pelde ik tulpenbollen tijdens de zomervakantie bij een bedrijf in ons dorp. Johan hielp ook mee. Ik vond 'm leuk en gezellig, maar ik was natuurlijk nog maar een kind en totaal niet met verliefdheden bezig. Dat veranderde op mijn zestiende, toen we na een dag werk met een hele groep vrienden naar het zwembad gingen. Daar kusten Johan en ik elkaar voor het eerst. Vanaf dat moment was het dik aan tussen ons. De vonk was er gewoon en alles viel op z’n plek toen we samenkwamen."

Irene en Johan op hun trouwdag
Irene en Johan op hun trouwdag

"Ik was 21 toen we trouwden. Twee jaar later werd onze oudste zoon geboren. We kregen drie heerlijke jongens samen. Als mensen hoorden dat wij al zo jong samen waren, vroegen ze me weleens of ik niet ‘iets gemist’ had in mijn jeugd. Welnee, dacht ik dan. Ik had precies gevonden waarnaar ik op zoek was, waarom zou ik nog verder kijken? Ook van het jong moeder worden heb ik nooit spijt gehad. Juist niet, kan ik nu wel zeggen. Anders had ik nu met drie jongere kinderen gezeten die misschien amper herinneringen aan hun vader zouden hebben. Onze zoons hebben hun vader goed gekend en ze zullen hem nooit vergeten."

Naar voorgevoel

"Het was een zomerse dag, nu zes jaar geleden, toen Johan met onze middelste zoon op de bank aan het stoeien was. Ineens zag ik een bult in zijn nek. Dat vond ik gek, maar Johan zei dat hij er geen last van had. Ik besloot het in de gaten te houden. De bult werd groter en ook aan de andere kant van zijn nek ontstond een bult. Ik googelde op deze symptomen en meteen verscheen de term non-hodgkin op mijn scherm. Lymfeklierkanker. Ik schrok en deelde dit met Johan, die mijn zorgen wegwuifde. Hij voelde zich goed, had nergens pijn en liep iedere week acht kilometer hard op het strand. Bijna op mijn knieën heb ik hem gesmeekt om naar de huisarts te gaan voor een check. Eindelijk ging hij overstag. Ik had een naar voorgevoel dat mij onrustig maakte."

'Ik schrok en werd ontzettend bang. Kanker, dat betekende doodgaan, dacht ik'

"De huisarts schrok zichtbaar bij het zien van Johans bulten en stuurde ons meteen door naar het ziekenhuis, waar we de volgende dag terecht konden. Daar werd Johan opnieuw onderzocht. Het bleek dat werkelijk alle klieren in zijn lijf waren opgezet. Direct kwam de diagnose: lymfeklierkanker. Dit was mijn grootste angst. Ik schrok en werd ontzettend bang. Kanker, dat betekende doodgaan, dacht ik. De arts stelde ons gerust en volgens de brochure die we meekregen, was de ziekte goed behandelbaar en leven veel patiënten nog tientallen jaren met deze soort kanker. Dat gaf ons moed. Zo van: áls je dan kanker moet krijgen, dan maar dit."

Beschadigd beenmerg

"Johan begon al snel met zijn eerste chemokuur, die bedoeld was om de ziekte in slaap te krijgen. Met een beetje mazzel was de volgende kuur pas jaren later weer nodig. Maar een maand na het stoppen van de eerste kuur voelde Johan onder de douche alweer een opgezette klier in zijn lies. De arts was stomverbaasd en Johan kreeg weer een nieuwe chemokuur die gelukkig wel goed aansloeg. In januari 2016 zat ik met Johan in de wachtkamer voor een controle. Ineens werd hij onwel. Zijn bloed werd onderzocht, met een verpletterende uitslag. Johan had helemaal geen witte bloedcellen meer, die juist belangrijk zijn voor het afweersysteem. Zijn beenmerg was beschadigd geraakt door de chemokuren en maakte deze juist zo belangrijke cellen niet meer aan. Vanaf dat moment ging het bergafwaarts met Johan."

"Hij was voor alles vatbaar. In 2016 heeft hij in totaal wel 4,5 maand in het ziekenhuis gelegen. Hij kreeg een schimmel in zijn longen en in zijn hersenen. Ondertussen groeide er weer één klier in zijn oksel. Deze klier zorgde ervoor dat zijn botten al hun kalk afstootten, dat weer in het bloed terechtkwam. Zijn nieren en hart konden dit niet aan. Wel drie keer ben ik naar het ziekenhuis geroepen om afscheid te nemen, maar iedere keer sloeg Johan zich er toch weer doorheen. Hij zei zelf ook steeds dat hij het ging redden. Daar was hij als rasechte optimist heilig van overtuigd."

Loodzwaar jaar

"Dat laatste jaar, waarin we steeds tussen hoop en vrees leefden, was loodzwaar. Voor iedereen. Ik zag mijn grote, sterke man aftakelen naar iemand die ik moest helpen met douchen en aankleden. Om stoom af te blazen begon ik blogs te schrijven. Dat hielp me om alles op een rijtje te zetten. Ik bleef hoopvol, net als Johan. In december van dat jaar had Johan een controle. Zijn bloedwaardes waren enorm verbeterd, zijn arts deed nog net geen vreugdedansje. Die avond was Johan aan het afwassen toen hij ineens een koortsrilling kreeg. De thermometer gaf 38,6 aan. Met spoed gingen we naar het ziekenhuis. Daar kwam hij niet meer levend uit."

Irene met haar zoons en man
Irene met haar zoons en man

"Plots ging Johan hard achteruit. Hij was zo ziek, alles in zijn lichaam was kapot en aangetast. Hij had geen enkel gezond longblaasje meer. Zijn enige hoop was een stamceltransplantatie, maar voor dat traject was hij veel te zwak. Ik zat met onze middelste zoon aan Johans bed toen de kamer ineens volliep met artsen. ‘We kunnen echt niets meer voor hem doen. We gaan stoppen met zijn medicatie’, zei zijn behandelend arts met tranen in zijn ogen. Ik ging niet huilen of schreeuwen. Ik bleef heel rustig en dacht meteen: dan hoop ik voor Johan dat het niet lang meer duurt. Onze andere zoons kwamen snel naar het ziekenhuis en de familie kwam afscheid nemen. Hij gaat straks dood, dacht ik steeds vol verbazing. Het voelde surreëel."

Loslaten

"Johan werd afgekoppeld van de zuurstof en medicatie, daarna kreeg hij wat extra morfine. De verpleegkundige liep even weg om een slaapmiddel voor hem te halen. Maar dat was niet eens nodig. Ik merkte dat Johan anders ging ademhalen, haast raspend. Ik bracht mijn gezicht naar zijn gezicht en zei tegen hem dat hij zo hard gevochten had en nu mocht loslaten en gaan. Binnen tien minuten was hij overleden. Mijn lieve man en grote liefde, pas 46 jaar oud."

"Het is ronduit klote dat Johan dood is. We waren versmolten met elkaar. Ik mis hem elke dag. Maar ik denk nooit: waarom hij? Daar krijg ik toch geen antwoord op. Ik ben ook nooit boos geweest op het lot. Ik probeer positief te blijven. Het gemis is immens, maar ik heb wel mooi de leukste man ter wereld gehad. Daar hou ik me aan vast. Natuurlijk heb ik baaldagen, dan moet ik ineens heel hard huilen. Maar dat mag ook gewoon. De corona-tijd is niet makkelijk voor ons. De mondkapjes en beschermende kleding geven me flashbacks van de tijd dat wij zo rondliepen op de IC toen Johan zo ziek was. Zijn ziekte en overlijden zijn een trauma waarmee ik moet leren leven."

Warm, hecht gezin

"Je grote liefde verliezen is ongelooflijk zwaar. Dat weerhoudt me ervan om ooit nog een nieuwe relatie te beginnen. Met Johan ben ik een deel van mezelf verloren en dat wil ik nooit meer meemaken. Ik durf dat niet nog eens aan en het is de vraag of ik ooit mijn hart nog ga openstellen."

"Johan en ik hadden gespaard voor een mooie gezinsreis als we 25 jaar getrouwd zouden zijn. Dat heeft hij niet gehaald. Vorig jaar heb ik die rondreis door Indonesië toch gemaakt, samen met de jongens. Ik wist dat ik er anders spijt van zou krijgen. Bij mijn ene zoon zie ik Johans lach, de ander heeft zijn blik en een ander weer zijn handigheid. Het wordt nooit meer zoals het was, maar ik ben heel trots op hoe we met Johans ziekte en overlijden zijn omgegaan. We zijn nog steeds dat warme, hechte gezin."

Wil je geen aflevering van deze rubriek missen? Klik dan op de Nooit meer-tag hieronder en vervolgens op 'Nooit meer'.

Lees meer over
Nooit meerKankerGezondheidLiefde